Dagblad de Volkskrant had literair recensent Arjan Peters niet mogen ontslaan na aantijgingen van ongepast gedrag tegenover schrijfsters. De krant moet Peters een vergoeding van 370.000 euro betalen. Dat heeft het gerechtshof in Amsterdam dinsdag bepaald. In september 2020 oordeelde een kantonrechter nog dat de Volkskrant Peters terecht de deur gewezen had.
In mei 2020 bracht NRC naar buiten dat Peters door de Volkskrant op non-actief was gesteld naar aanleiding van ongepast gedrag tegenover vrouwelijke auteurs. Verschillende schrijfsters werden door Peters persoonlijk benaderd voordat hij hun werk in de krant besprak. Zo sprak hij af met een schrijfster en liet haar de recensie van haar werk lezen voordat die in de krant verscheen. In december werd Peters door de krant ontslagen.
Het hof ziet voor het ontslag „geen voldragen ontbindingsgrond” en vindt dat er geen sprake is van een „#metoo-situatie”. Peters heeft in zijn contacten met schrijfsters volgens de rechter „laakbaar gehandeld, maar niet stelselmatig misbruik gemaakt van zijn machtspositie als recensent”. Tegenover de krant heeft de recensent ook niet „willens en wetens gelogen” over deze contacten. Het verbreken van de arbeidsrelatie met Peters noemt het hof dan ook „prematuur”, een intern onderzoek naar de zaak zou „onzorgvuldig uitgevoerd” zijn.
Vervallen pensioensopbouw
De 370.000 euro die de krant Peters moet betalen komt bovenop een eerder toegekende transitievergoeding van ruim 32.000 euro. Het bedrag van 370.000 is opgebouwd uit salaris dat de 58-jarige Peters misloopt tot aan de pensioengerechtigde leeftijd en vervallen pensioenopbouw. Hij werkte sinds 1992 voor de Volkskrant.
In 1998 raakte Peters al eens in opspraak toen bleek dat in de krant negatieve recensies van zijn hand verschenen van boeken die hij tegen betaling aanprees in commerciële nieuwsbrieven. Naar aanleiding daarvan publiceerde de krant twee maanden lang geen boekrecensies van Peters.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/05/data58423334-a904af.jpg)