Foto Jan Dirk van der Burg

Typisch Nederland: Welstand is een onkruidvrij bestaan

Een van de variabelen waaraan de welstand in Nederlandse woonwijken kan worden afgemeten is de mate van opschietend onkruid tussen de tegels. Een oprit met strakke mosvrije tegelgroeven communiceert een verantwoordelijk, opgeruimd bestaan. Gedijt het heermoes, de paardenbloem of het gras tussen de tegels? Dan is de verloedering begonnen. Dat is toch de heersende voortuinconventie. Als ik mensen tussen de tegels zie priegelen moet ik altijd aan het gedicht van wijlen F. Starik denken: „Gras overwoekert de wereld / Overal steekt het de kop op / kijk maar tussen de tegels. Het laat zich niet wegschoffelen, uitroeien, plattrappen: / gras is overal. Gras komt al-tijd terug.”

Die waarheid moet een paar keer per jaar worden bestreden. De wegen die naar een onkruidvrij bestaan leiden zijn legio. Wegspuiten met chemische bestrijding is niet verboden maar lijkt minder voor te komen. Een spuiter die ik sprak in Sint-Annaland had bijvoorbeeld een azijnoplossing gebruikt, ik rook dat hij niet loog. Dan zijn er speciale onkruidbranders op de markt. En liefhebbers pakken een troffel of keukenmesje voor het precisiewerk. Of in de categorie ‘grootmoeders tips’: mensen die kokend water tussen de groeven gieten.

Maar het meest voorkomende is de onkruidkrabber op stok. Boekhouder Paul uit Nederweert vindt het eigenlijk wel een lekker klusje: fysieke inspanning met een meditatief randje.

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg

Foto Jan Dirk van der Burg