Recensie

Recensie Muziek

Jonge musici tonen lef en spelvreugde op het Grachtenfestival

Grachtenfestival Dit weekend ging het Grachtenfestival van start. Tot en met zondag zijn er door heel Amsterdam concerten, van klassiek tot wereldmuziek en experimenteel theater.

De Syrische zanger en oedspeler Nawras Altaky tijdens zijn voorstelling ‘Labels aren’t our names’.
De Syrische zanger en oedspeler Nawras Altaky tijdens zijn voorstelling ‘Labels aren’t our names’. Foto Melle Meivogel

Het Grachtenfestival claimt ‘heel Amsterdam als decor’, en dat decor lag er in het openingsweekend schitterend bij. Zonovergoten terrassen en grachten vol boten verbonden de maar liefst zeventig locaties waar het festival zich afspeelt. Een andere gemene deler: lef en maakplezier. In totaal zijn er tot en met zondag zo’n negentig concerten, veelal door jonge makers, uiteenlopend van klassiek tot wereldmuziek en experimenteel theater.

Sommige locaties waren verrassender dan andere. Zoals de prachtige Posthoornkerk in de Haarlemmerstraat, waar primarius Margot Kolodziej van het ADAM Kwartet toegaf dat ze er wel honderd keer was langsgefietst zonder van het bestaan te weten. Het ADAM Kwartet, dat aan de Nederlandse Strijkkwartet Academie studeert, verbond Mozart aan eigentijdse muziek van Pulitzer-winnaar Caroline Shaw. Haar Entr’acte was een spel van samenkomen en divergeren: een klassieke geste rond een zuiver akkoord ontspoorde in allerlei klankfantasieën, waarbij de ideeën en technieken over elkaar heen buitelden. Daarna bracht het viertal Mozarts ‘dissonantenkwartet’ (Nr. 19) met energie en overtuiging. Soms klonk er nog iets schril of wankel, maar ADAM heeft duidelijk een verhaal te vertellen. Als toegift speelden ze een opzwepende volksdans uit Pavel Fischers Morava.

In de Melkweg wijdde een jong sterrenensemble rond violist Shin Sihan (1994) zich aan Stravinsky’s L’histoire du soldat. Als winnaar van de vorige Grachtenfestivalprijs is Sihan dit jaar artist in residence en hij is deze week nog veelvuldig te horen – een aanrader. Het verhaal van de soldaat die zijn ziel (en viool) aan de duivel verpatst werd verteld door NPO Radio4-presentator Ab Nieuwdorp, die in een ambigue rol als presentator en verteller een geestige eigen draai gaf aan de tekst van C.F. Ramuz. Sommige grapjes waren wat flauw, maar dat is in het origineel ook zo. Bovendien maakten Nieuwdorps actuele vergelijkingen het verhaal wel meer toegankelijk. L’histoire du soldat dankt zijn eeuwigheidswaarde ook niet aan Ramuz’ rijmen, maar aan de glasheldere messentrekkersmuziek waarmee Stravinsky ze verguldde. Recht voor z’n raap en ongekunsteld, en toch eindeloos fascinerend. Sihan en co deden de noten eer aan.

Lees ook: Wat hoor je als de muziek stopt?

Schemerige klanksculptuur

Gewaagd was From the sun’s perspective van het House of Makers in het Compagnietheater. De voorstelling zou eigenlijk vorig jaar al te zien zijn, maar moest toen geannuleerd worden.

Met muziektheater ‘voorbij wat we horen en zien’ probeerden de makers ook slechthorend en slechtziend publiek te omarmen. Het resultaat was een schemerige klanksculptuur van gloeilampen en blacklight, etherische zang en altvioolimpro, elektronica en dans. Door het vergaande vervagen van grenzen dreigde vormloosheid, maar met concentratie en overgave hielden de dansers en musici de boog gespannen. De apotheose was een rituele rondedans met slagwerk, groepszang en fluit- en tapdanssolo’s – een welverdiende loutering.

De zondagavond eindigde in Paradiso, waar de Syrische zanger en oedspeler Nawras Altaky optrad met een eclectisch ensemble. Arabische muziek, dus? Ja – en meer. In opdracht van het Grachtenfestival componeerde Altaky Labels aren’t our names, een programmatisch werk tegen het denken in hokjes en grenzen. Altaky is een magnetiserende performer, die goed aanvoelt dat hij de laatste jaren enige roem heeft vergaard als ‘de vluchteling die zo mooi zingt en oed speelt’, en hij verzette zich tegen dat naamloze exotische cliché door het te overstijgen.

Na een gevoelig lied-met-oed volgden aanstekelijke grooves, Zappaeske overgangen, gierende sax- en trombonesolo’s en een spokenwordintermezzo in het Arabisch en Engels, waarbij Altaky in zijn kaftan als een tai-chi-meester over het podium danste. Klarinettist Ghaeth Almaghoot bewoog hemel en aarde en de frêle contrabassiste Fuensanta Méndez stal de show met haar vervoerende zang. Soms ontbrak het de arrangementen aan raffinement, maar een surplus aan gochme, spelvreugde en muzikale intelligentie compenseerde dat. Nawras Altaky luidt de naam.