Halvewege Mitra vraagt de uit Iran gevluchte zeventiger Haleh (Jasmin Tabatabai) aan haar broer Mohsen (Mohsen Namjoo) of hij geen wraak wil. Hij heeft zojuist beschreven hoe er decennia eerder in een Iraanse gevangenis gewichten aan zijn testikels werden gebonden als marteling. Het moment is confronterend én bevreemdend, want dit gespannen gesprek vindt plaats in een alledaagse Nederlandse schoenenwinkel. Een verkoper, die geen Iraans spreekt, besluit het gesprek met de vraag of Mohsen heeft beslist welke schoenen hij wil.
De film van Kaweh Modiri, die opgroeide in Nederland maar Iraanse wortels heeft, toont treffend hoe onwetend we soms zijn over de geschiedenis die nieuwe Nederlanders meedragen. Via flashbacks leren we dat Halehs dochter, die in Iran in het verzet zat, in de jaren tachtig werd verraden en geëxecuteerd. Als Haleh, die in Nederland een succesvolle academische carrière heeft opgebouwd, te horen krijgt dat de verraadster van haar dochter mogelijk naar Arnhem is geïmmigreerd, kan ze dat niet loslaten. Aan het Nederlands recht heeft ze niets, toch wil ze genoegdoening.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/01/data66685192-122b65.jpg)
Voor Modiri is de film persoonlijk: het verhaal is geïnspireerd door de executie van zijn eigen halfzus in Iran. De thrillerachtige plot en interessante dilemma’s rond schuld en vergeving zorgen dat je blijft kijken. Ondanks dat de stuurse Haleh niet de gemakkelijkste hoofdpersoon is om met mee te leven en je soms verlangt naar iets meer informatie over bijvoorbeeld de Iraanse verzetbeweging die een cruciale rol speelt in de film.