‘GEEN – MIGRANTEN’. In grote spuitbusletters staat het al een jaar op de kas van een orchideeënkwekerij. Een schuurtje, rond oudjaar in brand gestoken, staat er nog altijd verkoold bij. Welkom in De Lier, op de plek waar de gemeente Westland deze maand groen licht gaf voor de bouw van een wooncomplex voor 688 arbeidsmigranten.
Best veel, zoveel alleenstaande mannen in een buurtje van zo’n tweehonderd omwonenden. Mooie boerderijtjes aan het water, oude woonhuizen met namen als ‘Buitenlust’, trampolines ingegraven in de gazons. Op een inspraakavond deze maand waren ze furieus. „Dit geeft overlast.” „Dit gaat de hele buurt ontwrichten.” „We wonen straks in het Oostblok.”
Het CBS meldde deze week dat er door de coronacrisis minder arbeidsmigranten naar ons land kwamen. Uiteraard is dat tijdelijk. De wereld veert terug in haar oude vorm, alsof ze gemaakt is van memory foam, en ook de Polen-hotels schieten weer uit de grond. De glastuinbouw is hier nu eenmaal „de drijvende economische kracht”, aldus de Westlandse wethouder. „Zonder arbeidsmigranten kunnen we niet.”
Dat argument hoor je telkens. Zij doen nu eenmaal het vuile werk waar wij zelf geen zin in hebben. Alsof het land anders zou instorten. Hebben we het hier soms over verpleging, wegenbouw, onderwijs? Welnee, het gaat om productiewerk, grotendeels bedoeld voor export. Heel het Westland staat vol geldmachines van glas, waar Oost-Europeanen het laatste werk doen dat nog niet is gerobotiseerd.
Verkas die kassen liever meteen naar Polen. Hoeveel orchideeënkwekers en tomatentelers zijn er nodig, in dit piepkleine glazen speldenknopje? Zijn die economische opbrengsten het werkelijk waard om het landschap te ruïneren met glas, asfalt en beton? Om de hele sociale samenhang van een dorp te ontwrichten door er honderden werkmannen in barakken te proppen, waar ze elke avond afgemat aan het bier gaan?
Zeer terecht pleit adviescommissie AZVC nu voor een „brede welvaartsbenadering” in het arbeidsmigratiebeleid. Kijk verder dan de economische belangen.
Onlangs bezocht ik een groep Bulgaarse uitzendkrachten, tijdelijk gehuisvest bij kunstinstelling West Den Haag. Elke ochtend brengt een busje ze van het Voorhout naar hun werkplek, een theater ergens in het land, waar ze acht uur lang een meerstemmig strijdlied zingen. Betaald volgens de Nederlandse cao Toneel en Dans. Pauzetijden als bij Bol.com: elk half uur vijf minuutjes.
Het is een kunstproject van Dries Verhoeven dat zichtbaar maakt wat we anders wegstoppen in kassen en distributiecentra. Stikstof, corona, overstromingen, klimaat: op alle fronten worden we gedwongen de inrichting van ons land radicaal te veranderen. De absurditeit van hoe wij omgaan met goedkope arbeid mag hierbij niet ontbreken.