Terugvechten of lesgeven

Nicolien Mizee

Kortgeleden zag ik een film waarin een precisiebombardement wordt voorbereid op een huis waar een stel terroristen een aanslag voorbereidt. Als de piloot zijn vinger al op de knop heeft, holt een klein meisje naar het huis. Moet die raket wel of niet worden afgevuurd?

„Schieten!”, riep ik. Want ik zag al aankomen dat er een langdurige discussie tussen de dienstdoende officieren ging volgen en het is net als met voetbal: als je te lang rondpingelt voor het doel, wordt het niks meer.

Ik bleek gelijk te hebben: de rest van de film wordt er rondgetelefoneerd tussen politici en legerofficieren en uiteindelijk sterft het meisje alsnog.

Toch vond ik het niet netjes van mezelf om „schieten!” te roepen. Ik heb nooit een oorlog meegemaakt, ik heb geen recht van spreken. Anderzijds: ik heb maar heel weinig meegemaakt. Als ik me daardoor liet beperken, zou ik bijna niets meer kunnen zeggen. Dan zou ik mijn vak niet kunnen uitoefenen. Wat te doen?

Ik ging te rade bij twee mensen die een oorlog hebben meegemaakt: de filmer Sergej Eisenstein en de schrijver George Orwell.

Eisenstein zegt: „Als een revolutie ook maar één kindertraan kost, is hij mislukt.”

Orwell vindt een dergelijke zienswijze „sheer sentimentality”. Zijn redenering is als volgt: soms valt de ene groep de andere aan. Je kunt dan twee dingen doen: terugvechten of je direct overgeven. Door overgave spaar je levens. Maar je komt mogelijkerwijze in een politiestaat te leven waar je niet meer mag zeggen wat je wilt. Dat leidt ertoe dat je niet meer mag denken wat je denkt, niet meer mag voelen wat je voelt, en een dergelijk leven is erger dan de dood. We moeten daarom terugvechten, zo hard en snel mogelijk. Het doden van vrouwen en kinderen is niet erger dan het doden van soldaten. We zijn allemaal mensen en dood gaan we toch.

Orwell schreef dit in 1944, in een zwaar gebombardeerd Londen. Hoe zou hij nu over het maken van burgerslachtoffers denken? Nederland en Irak? Israël en Hamas? Wat zou hij zeggen als hij naar Eye in the sky kijkt, de film waarin het kleine meisje op de verkeerde tijd op de verkeerde plaats is?

Mijn vermoeden is dat Orwell er nog precies hetzelfde over zou denken. In Animal Farm en 1984 en in zijn essays waarschuwt hij ons keer op keer voor totalitaire regimes. Pacifisme vond hij gemakzuchtig. „Als je zegt dat je tegen geweld bent, moet je erachteraan zeggen dat je je land door de Duitsers wil laten innemen”, schreef hij in zijn column ‘As I please’.

Eisenstein kon erover meepraten. Het werken werd hem door Stalin onmogelijk gemaakt. Hij ging lesgeven. Ook daar was hij niet vrij om te zeggen wat hij dacht. Zou hij die kindertraan inmiddels willen betalen voor vrijheid van spreken, werken? Ik kan me niet anders voorstellen.

Zo krijg ik Orwell en Eisenstein postuum aan mijn zijde. Een gevaarlijke manier van redeneren. Ik kan maar beter mijn mond houden. Maar dan pas ik zelfcensuur toe, en dat deugt al evenmin. Ik kom er niet uit. Ik zal moeten wachten tot het oorlog is.

Nicolien Mizee is schrijver en vervangt Frits Abrahams tijdens zijn vakantie.