Na een paar minuten besef je dat bij Kirill Michanovski man en werk samenvallen. Zijn film Give Me Liberty is een vrolijk pandemonium, en ook Michanovski zit geen moment stil. Woorden stuiteren alle kanten op, betogen hebben soms een begin, midden en eind, maar nooit in die volgorde.
We spreken de Russisch-Amerikaanse filmmaker in 2019 in de strandtent in Cannes. Michanovski ziet het als zijn taak het volle leven in film te vangen, zegt hij. En veel voller dan in Give Me Liberty wordt het leven niet. Hij put uit eigen ervaring, reed ooit negen maanden gehandicapten rond in winters Milwaukee. „De zwaarste baan van mijn leven. Je leert mensen kennen maar vooral de komedie van het leven. Deze film is niet autobiografisch, wel persoonlijk.”
Michanovski: „Zit er een levensfilosofie in Give Me Liberty? We spraken veel over de Amerikaanse droom. Wat is dat? Gaat het over geld en status of over vrijheid? Enfin, we dronken in de kroeg met een kerel in een T-shirt met die slogan ‘Give Me Liberty Or Give Me Death’. In mijn script droeg iemand zo’n T-shirt en ging vervolgens dood. Dat schrapte ik later weer, maar als filmtitel voelde het gewoon goed. Waar het op slaat? Welja, vraag de Beatles waarom die onderzeeër geel is. Staan zij ook met hun mond vol tanden, wat ik je brom.
„Niet dat Amerikaanse droom mij zo bezighoudt, de film begon gewoon met losse anekdotes uit mijn tijd als chauffeur. Dat ik rond middernacht zes mensen in rolstoelen ophaal bij een dansfeest. Net als de eerste sneeuw valt, gps was er nog niet. Alles raakt onder de sneeuw, ik verdwaal, we rijden rondjes, heel langzaam. Al die gehandicapten hebben een spraakprobleem, je wilt niet horen hoe zij hun ongenoegen uiten. Ik stap paniekerig uit om de sneeuw van een richtingbord te vegen, raak ik mijn sleutels kwijt. Dus daar zitten we met zijn zessen, in the middle of nowhere.
„Die scène zit niet in de film, maar ik herinner mij hoe schuldig ik mij voelde toen. Kijk ik er nu op terug, dan is het heerlijke tragikomedie. Arme jongen, hij doet zo zijn best en maakt er toch een rommeltje van. Daar gaat de film over. Vic is deels op mij gebaseerd, en wat hem drijft? Hij lijkt me verloren en een beetje bang voor het leven. Misschien is zijn talent dat hij zich thuis voelt bij mensen met een beperking. Iemand zegt: ‘God houdt niet van lelijke mensen, dus moeten wij dat maar doen.’
„Ik wilde van meet af aan werken met non-acteurs. Had ik Viggo Mortensen achter het stuur van het busje gecast dan scheelt dat gelijk 10 miljoen dollar budget. Maar het moest echter dan echt zijn. Het voordeel van non-acteurs: repeteren is onnodig, ze hoeven alleen zichzelf te zijn. Toch heb je ook goede en slechte non-acteurs. De goede zijn briljant, maar kunnen niemand anders spelen dan zichzelf. Je moet scherp casten.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/07/data73382459-904f44.jpg)
„Wat (hoofdrolspeler) Chris Galust betreft, die Vic speelt: hij is intens en raadselachtig, maar wist niks van acteren. Mijn plan was hem een maand te trainen maar enfin, dat werd een stoomcursus van een half uur en draaien maar. We gooiden de baby in het water: zwemmen maar! Chris verzoop niet. Een wonder. Hallelujah! Wat een bikkel om niet te breken met het gewicht van die hele film op je schouders. De stress gaf hem misschien wel die nerveuze energie.
„De opnames in het busje waren een ramp. Een uur om de rolstoelen vast te sjorren en de rest in de riemen te krijgen. Al die oudjes voelen overal pijntjes. Ik wilde dat ze veilig en comfortabel waren, maar de realiteit was chaos, gevaar, vrieskou en een vloer vol modder. Het was oorlog man, totale oorlog! En nu? Give Me Liberty moet je in de bioscoop zien. Ik vind dat regeringen burgers moeten dwingen naar de bioscoop te gaan. Eens per week en een flinke boete als je spijbelt. We houden je in de smiezen ventje! Ik geloof in de totale dictatuur van de cinema, niet in de democratie van internet.”