‘Vóórdat u uw ontlasting doet, dient u tien chloortabletten in de toiletpot te werpen. Bedek ze en zorg dat de ontlasting en de tabletten gedurende één uur goed met elkaar mengen. Trek vervolgens door.”
:format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data47400408-fa03fd.png|https://images.nrc.nl/0gaYzcCngUK2sUU0GNNd1iFkatM=/1920x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data47400408-fa03fd.png|https://images.nrc.nl/ir0K8PKlxd66w810CGBnZG9lxTU=/5760x/filters:no_upscale():format(jpeg):fill(f8f8f8,true)/s3/static.nrc.nl/images/gn4/data47400408-fa03fd.png)
Garrie van Pinxteren
Dat staat in de instructies die ik heb meegekregen toen ik incheckte op mijn hotelkamer in Shanghai. Ik moet daar veertien dagen in quarantaine blijven, omdat ik naar China terugkeer vanuit het buitenland.
Ik mag mijn poep dus alleen na desinfectie in het riool van Shanghai laten stromen. Want stel je voor dat daar nog resten van het coronavirus in zitten. Zeer onwaarschijnlijk en best wel paranoïde, maar het geeft goed aan hoe oplettend men hier is. En met resultaat: er zijn al tijden vrijwel geen coronabesmettingen meer.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data69600742-7eb62e.jpg)
De stewardess die mij op de vlucht vanuit Nederland vriendelijk begroet, is net als haar collega’s gehuld in een wit pak. Ze heeft bovendien plastic beschermhoesjes over haar schoenen, de pijpen van haar pak zijn dichtgetaped. Ze draagt blauwe handschoenen, een goed mondkapje en een veiligheidsbril. Haar haar zit verstopt onder een capuchon.
„We blijven op de heenreis altijd één nacht in Amsterdam, dan vliegen we weer terug”, vertelt ze. Hun witte pak mag alleen op de hotelkamer uit. „Na terugkomst moeten we net als jullie veertien dagen in quarantaine”, vertelt ze met een glimlach.
Het spijt haar oprecht dat ze geen warme maaltijd kan serveren. „Dat durven we niet aan met corona, we geven alleen voorverpakt eten.”
Ze vraagt me een QR-code te scannen en een vragenlijst in te vullen. Dan krijg ik een code terug die ik moet fotograferen om straks aan de douane te tonen. Het is de tweede keer dat ik deze gegevens invoer. Voordat je überhaupt mag vliegen, moet je een groene gezondheidscode van de Chinese ambassade krijgen. Die krijg je alleen na twee recente Covid-19-tests, afgenomen bij een door de Chinese ambassade goedgekeurde kliniek.
Direct na aankomst in Shanghai begint het geschreeuw en geblaf van instructies: eigenwijs zijn is duidelijk geen optie. Ik krijg een buisje mee met mijn naam. Op naar de teststraat. Een vrouw steekt eerst een staafje in mijn neus, dan in mijn keel. Door naar de douane. De vrouw aarzelt. Mogen journalisten China wel weer in? Ze vraagt het een collega en belt haar chef. Ben ik trouwens nog in andere landen geweest? Even zweeft haar inreisstempel boven mijn paspoort, maar ze durft niet. Liever nog een keer bellen.
Dan mag ik mijn koffers van de band halen en een nieuwe QR-code scannen. Opnieuw dezelfde vragen. We worden met een man of twintig bij elkaar gezet: vier buitenlanders en verder Chinezen. Onze paspoorten worden ingenomen. „Dat krijg je pas terug als je in het hotel bent”, blaft een man. Naar welk hotel we dan gaan? „Je mag niet kiezen. Je merkt het wel.”
Eenmaal in het hotel mogen de buitenlanders als laatste inchecken. „Stay on the bus. Stay!” Eerst worden de koffers gedesinfecteerd. Krijgen we iets te drinken? Het blijken de chloortabletten. En weer een QR-code. Die leidt naar een app. Daarop moeten we elke dag twee keer onze temperatuur invullen, zodat dokter Wei die in de gaten kan houden. Ik kan op die app ook de temperatuur van al mijn buren zien.
Wat heerlijk om eindelijk op de hotelkamer te zijn! Dat met die chloortabletten heb ik alleen nog niet aangedurfd. Er staat namelijk een vetgedrukte waarschuwing bij: „Ga het toilet pas weer binnen nadat u de ruimte goed heeft geventileerd!” Geen enkel raam op deze kamer kan open. Zouden ze bang zijn dat het virus via het raam alsnog ontsnapt?