Brieven

Brieven 6/7/2021

Geweld

Verdraaid verleden

Naarmate ik ouder word en mijn verleden zich langer uitstrekt, krijgt dit in de publieke ruimte steeds meer magisch-mythische proporties. Zo blijk ik tegelijkertijd lid te zijn geweest van twee elkaar hevig bestrijdende linkse bewegingen, het maoïsme en het marxisme-leninisme. In een eerdere bespreking van mijn recente boek Geloof in geweld wordt uitvoerig over mijn maoïstische vrienden van vroeger gesproken, nu blijk ik in een andere recensie van Hubert Smeets in NRC juist in leninistisch-marxistisch sferen te hebben verkeerd. (De aantrekkelijkheid van politiek geweld, 2/7) In beide gevallen gaat het om volstrekte onjuistheden en voor zover ze bewust zijn gemaakt, om leugens, die de bril waardoorheen mijn boek gelezen wordt, kleuren. Ik heb in het verleden inderdaad, overigens op een steeds kritischer wijze, over Mao en Marx, niet over Lenin, geschreven. Maar nooit ben ik op enige wijze bij de genoemde politieke bewegingen betrokken geweest. Sterker nog, vanaf mijn eerste baan in de kerkelijke hulpverlening, waarbij ik betrokken was bij de steun aan christenen achter het toenmalige IJzeren Gordijn, tot aan al mijn latere filosofische teksten heb ik het marxisme-leninisme fel bestreden. Het is pijnlijk om er nu als een aanhanger van te worden geportretteerd.

Utrecht

Slachthuizen

Laat doden aan overheid

Tommy Wieringa wijt de misstanden in slachthuizen aan het overhevelen van het toezicht van Volksgezondheid naar Landbouw in 2003: „De slager keurt sindsdien zijn eigen vlees”. (Berichten uit het slachthuis, 3/7.) Maar de diepere oorzaak ligt elders. Vroeger werden dieren niet in commerciële omgevingen gedood, maar in gemeentelijke abattoirs. De ondernemers waren daar ‘te gast’. De keurmeesters waren de baas en lieten dat duidelijk merken. Als kind van een vleesgrossier kwam ik daar geregeld mee in aanraking. Mijn vader had een gebouw op het gemeentelijk slachthuisterrein in Alkmaar waar het vlees werd verwerkt, terwijl het vee daarvoor in de centrale ruimte onder toezicht werd geslacht. De sfeer was: de beesten moeten dood omdat mensen vlees eten en dat doen wij fatsoenlijk. Excessen heb ik nooit geconstateerd. Ook de slachters waren nette mensen. Ik vermoed dat dat ook kwam omdat er overvloedig toezicht was. De privatiseringsgolf heeft dit doen ophouden. In heel Nederland zijn de gemeentelijke openbare slachthuizen ruim voor het jaar 2000 opgeheven, omdat het voor de lokale overheden te duur zou zijn. Een herstel van de oude situatie is dringend gewenst: het slachten dient weer onder de vleugels van de overheid te gebeuren. Het doden van dieren is een te ernstige zaak om aan de markt over te laten. Doden dient weer een overheidsmonopolie te worden.

Amstelveen

Vaccinaties

Decadent

Minister Hugo de Jonge vindt je niet laten vaccineren „iets decadents” hebben. Mensen die gevaccineerd zijn met AstraZeneca en Janssen zijn minder goed beschermd tegen het coronavirus dan de groepen die Pfizer of Moderna kregen of nog krijgen. Ook na vaccinatie is er grotere kans op het oplopen van corona en daarmee een grotere kans op long Covid. Deze mensen zullen de ziekenhuizen niet belasten, maar ondervinden wel ernstig nadeel in hun levensomstandigheden. Heeft het onthouden van een betere bescherming aan deze mensen ook niet iets decadents? Omdat ze niet optimaal beschermd zijn, blijven ze aangewezen op de bescherming van de beter gevaccineerden. Misschien kan Den Haag degenen die tegen wil en dank één of inmiddels twee vaccin(s) met AstraZeneca hebben ontvangen nog een Pfizer aanbieden om ook hen de bescherming te bieden die anderen wel is of nog wordt gegund. In landen om ons heen gebeurt dat al.

Zwolle

Correcties/aanvullingen

Menadonezen

In het artikel Altijd extreem geweld in de Oost (3/7, W8-11) was sprake van Medanonezen. Dat moet Menadonezen zijn.