Benzeen, zwavel en mangaan: deze schadelijke stoffen zitten in benzine die al jaren door Nederlandse bedrijven naar Afrikaanse landen worden geëxporteerd. En daaraan moet van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) zo snel mogelijk een einde komen.
Want de gevolgen zijn volgens de inspectie ernstig. Benzeen is kankerverwekkend, zwavel leidt tot extra fijnstof en de combinatie van mangaan en zwavel maakt de katalysator van een auto kapot. En dat leidt weer tot extra emissie van andere gevaarlijke stoffen.
Donderdag publiceerde onderzoeksinstituut TNO een rapport waaruit volgens de Inspectie blijkt dat „de bevolking zo extra en onnodig wordt blootgesteld aan verhoogde gehaltes kankerverwekkend benzeen, zwaveldioxide en fijnstof”. In Nederland is dit al lang verboden, maar de brandstofproducenten maken volgens de Inspectie maximaal gebruik van de lagere veiligheidsnormen in sommige Afrikaanse landen. „De grenzen worden opgezocht”. De inspectiedienst ILT, toezichthouder van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, noemt de donderdag gepubliceerde bevindingen „zorgwekkend”.
De gebruikte stoffen zorgen voor een hoger octaangetal en zijn goedkoper dan de stoffen die in Europa moeten worden gebruikt en in elk geval niet in die concentratie in brandstof mogen voorkomen. Volgens TNO is een goede kwaliteit brandstof „van cruciaal belang om de gezondheid van mensen en het milieu te beschermen”. En dat belang staat los van de leeftijd van een voertuig, de technologie of de mate van onderhoud.
Het gaat om acht Nederlandse olie- en chemiebedrijven die niet met name worden genoemd, maar in de praktijk gaat het om de hele sector van olieproducenten, raffinagebedrijven en handelaren. Op korte termijn moet het beleid veranderen, vindt de Inspectie, anders volgen er dwangsommen. Bedrijven in Nederland mogen dan alleen nog maar brandstoffen exporteren, ook naar landen buiten de Europese Unie, die aan alle Europese eisen voldoen.
Olieproducenten maken bewust gebruik van lagere veiligheidsnormen in Afrika
In een reactie zegt brancheorganisatie VNPI het toe te juichen als landen met strengere normen voor de brandstof komen. „Dan verdwijnt de vraag uit de markt naar brandstoffen met meer milieuschadelijke componenten.” De oliebranche wil van de ILT weten „wanneer zij vinden dat wij tekort schieten in onze zorgplicht en wanneer niet.”
Nu TNO de schadelijke effecten duidelijk heeft bewezen zegt de Inspectie de bedrijven in Nederland aan te kunnen spreken op hun zorgplicht. Die plicht is wettelijk verankerd in de Nederlandse wetgeving. Als een bedrijf vermoedt dat zijn product gevaarlijk is voor mens of milieu, moet er alles aan gedaan worden om die risico’s weg te nemen of op zijn minst te beperken.