Hoe kijken we later terug op de Covidfilm? Er is heel wat gedraaid in huiskamers afgelopen jaar. Zoom-horror. Claustrofobisch, onbestendig relatiedrama. Navelstarende videodagboeken. Meestal lijkt het bezigheidstherapie in afwachting van betere tijden.
Love in a Bottle van Paula van der Oest kan je wel voor je plezier zien. Twee millennials die elkaar vlak voor de eerste lockdown troffen op vliegveld Milaan – dan het epicentrum van de Europese uitbraak – zoeken contact via Facetime. De Amsterdamse Lucky (Hannah Hoekstra) is parfumeur, de Londenaar Miles ict’er. Zij is zinnelijk, druk, direct en creatief, hij is cerebraal, rustig, ontwijkend en methodisch. Geheide liefde dus, die zich in de lente van 2020 via Whatsapp, emoji’s, filmpjes en Facetime ontrolt. Maar toch ook volgens de ijzeren wetten van de romkom, dus attractie van tegenpolen, aftasten, eerste schermseks, ruzie, verwijdering, bijleggen, meer seks, en dan ten slotte de essentiële emotionele blokkade. Of je die overwint op afstand?
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/06/data72234351-da1327.jpg)
Met Love in a Bottle ga je mee of niet. Ervaar je dit urbane duo als onuitstaanbaar hip en schattig, zet je dan schrap voor anderhalf uur geneuzel en koket gedoe via sociale media. Maar zelfs als je hun interactie bij vlagen als gladjes ervaart, kan je toch vallen voor de sympathieke en zeg maar gerust geile band die Hannah Hoekstra en James Krishna Floyd opbouwen. Dat het snuffelen aan geposte slipjes een sleutelrol speelt, lijkt een statement. Beeld en geluid is aardig, maar voor de liefde blijft tast en geur essentieel. Anderhalve meter is dan net iets te veel.