Het Rotterdamse Vers Beton bestaat tien jaar en heeft een nieuwe missie. Het online magazine is openlijk progressief en streeft naar een „eigenzinnige en eerlijke stad”. In oktober komt er een harde paywall en moet je betalen om Vers Beton te kunnen lezen.
Vers Beton sprong ooit in „een gat” in het lokale medialandschap, vertellen mede-oprichter en hoofdredacteur Eeva Liukku (1983) en uitgever Hilde Westerink (1979). „Er was een gemis aan debat en diepgang in de journalistiek”, vindt Liukku.
De laatste jaren is dat gedicht, zeggen ze. Liukku: „Het AD Rotterdams Dagblad heeft op zaterdag achtergrondverhalen en duiding. NRC heeft een Rotterdam-katern, we hebben start-ups zoals Bogue en Gers zien komen en gaan.” Westerink: „En dan is er nog stadsomroep Open Rotterdam. We hebben nu best een rijk medialandschap. We zijn op het punt gekomen dat we concurrentie ervaren.”
In de missie staat dat Vers Beton is voor de betrokken, nieuwsgierige én progressieve Rotterdammer. Sluit Vers Beton niet een grote groep uit? In maart stemde een op de drie Rotterdammers op een rechtse partij.
Westerink: „Ja, maar deze mensen lezen ons nu ook niet. We zijn er niet voor iedereen. Om supporters te krijgen, is het belangrijk dat we een bepaalde, specifieke groep Rotterdammers aanspreken. Dat wil niet zeggen dat je niet welkom bent als VVD’er, maar het kan zijn dat onze thema’s je minder aanspreken of dat thema’s, voor jouw gevoel, ontbreken”
Liukku: „We gaan ook geen artikelen maken om PVV’ers te pleasen. Dat hebben we nooit gedaan ook.”
Hoe is die nieuwe missie ontstaan?
Liukku: „In het begin zei ik dat onze redactie de optelsom was van alle meningen van redacteuren. Maar een redactie maakt altijd keuzes. Nu is expliciet geformuleerd hoe we dat doen.”
Westerink: „Als zakelijk leider van Vers Beton heb ik ook een profiel nodig om mensen aan te spreken.”
Was er discussie binnen de redactie?
Westerink: „We kregen veel steun, maar sommigen vonden het lastig.”
Liukku: „Iemand was bang dat we te elitair zouden worden, en minder mensen zouden aanspreken.”
Wat merkt de lezer ervan?
Westerink: „We stellen bepaalde dingen niet meer ter discussie. Bijvoorbeeld dat kunst en cultuur belangrijk is en dat een stad dat nodig heeft.”
Liukku: „Een opiniestuk dat voorstelt om de kunstsector te saneren, ja, dat gaan wij niet publiceren. Of een opiniestuk waarin bijvoorbeeld wordt gepleit voor een hek om de stad. Het betekent overigens niet dat we niet signaleren dat deze ideeën leven, we beschrijven ze wel. Of dat we Leefbaar Rotterdam als grootste partij in de gemeenteraad negeren.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/01/data54258858-12b2d4.jpg)
Bij de Vers Beton-debatten wil je misschien wel tegengeluid horen?
Westerink: „Nee. Op een bepaalde manier niet. Ik heb geen interesse in het verhaal van iemand die de culturele sector wil saneren. Dit is een discussie die wij voorbij zijn. Wij vinden de culturele sector belangrijk. Punt. Klimaatverandering eveneens. Daar hoef ik geen tegengeluid te horen.”
Betekent het dat jullie kritisch zijn over plannen van VVD en Leefbaar en positief over GroenLinks?
Beiden: „Nee!”
Liukku: „Vers Beton is niet partijgebonden. We blijven verre van partijpolitiek. Als GroenLinks er een potje van maakt, of de SP, of welke partij dan ook, dan schrijven we daarover. Dat staat helemaal los van onze missie. We hebben gekozen voor het begrip ‘progressief’. Dat is breed, niet per se links. Het gaat over vooruitstrevend, we willen niet terug naar een soort geïdealiseerd verleden.”
Is er behoefte aan een progressief medium?
Liukku: „Politiek is Rotterdam al twintig jaar een hele rechtse stad. Ironisch genoeg heeft dat rechtse beleid ervoor gezorgd dat die ‘bakfietsmiddenklasse’ is binnengehaald. Met rechts beleid hebben Leefbaar Rotterdam en partners dus vooral GroenLinksers en D66’ers naar Rotterdam getrokken: de politieke tegenstander. Er is nu echt een beweging gaande.”
De nieuwe missie is streven naar een eigenzinnige en eerlijke stad. Dat klinkt activistisch.
Liukku: „Het is niet zo dat we nu een lijstje met activistische artikelen klaar hebben liggen. Het geeft ons wel richting. Neem de artikelen over de huidige woonpolitiek. Die zijn nu al best activistisch. Tijdens het referendum over de Woonvisie van de gemeente zochten we nadrukkelijk ook naar voorstanders van de visie om hun verhaal te doen. Dat zie ik nu niet meer zo snel gebeuren.”
„In ons stijlboek zaten al progressieve keuzes die je niet zo snel bij een rechts medium zou zien. Bijvoorbeeld dat wij het n- woord niet gebruiken, dat wij gevoelig zijn rond diversiteit. De manier waarop je een debat voert, zegt ook iets over hoe je erin staat. Dat is nu duidelijker.”
Schrijven over een eigenzinnige en eerlijke stad is anders dan ernaar streven. Is het nog journalistiek?
Liukku: „Wij zijn sowieso een podium voor journalistiek én opinie. Maar ook bijvoorbeeld in een analyse is het heel lastig een feitelijke beschrijving los te koppelen van je mening.”
Westerink: „Je kunt jezelf als journalist niet loskoppelen van je eigen wereldbeeld. Er is niet zoiets als totaal onafhankelijke verslaglegging.”
Liukku: „Onderzoeksjournalistiek is het boven tafel krijgen van feiten. Onze missie heeft vooral te maken met waarom we onderzoek doen naar onderwerp A, en niet naar B.”
Wat willen jullie de komende tien jaar bereiken met Vers Beton?
Westerink: „Op korte termijn willen we meer betalende supporters trekken: van 900 naar 2.000 gaan. Als we dat halen, kunnen we groeien. Zo niet, dan houden we op te bestaan.”
Liukku: „Het is nog steeds een zoektocht om het financieel stabieler te krijgen allemaal.”
Westerink: „Vers Beton is een belangrijke stem in de stad. We hopen dat mensen dat niet pas gaan zien als we verdwenen zijn.”