„Gelijkheid, vrijheid, broederschap.” In de Haagse rechtbank ging Mpanzu Bamenga dinsdag 223 jaar terug in de tijd om uit te leggen waarom de marechaussee zou moeten stoppen met het meewegen van etniciteit bij het selecteren van reizigers voor een controle. Volgens Bamenga worden deze drie basisprincipes, die in 1798 voor het eerst werden vastgelegd in de Nederlandse grondwet, nog lang niet altijd toegepast.
Wanneer Bamenga vanuit een ander Schengenland naar Nederland reist, wordt hij op het vliegveld vaak uit de rij gehaald en naar zijn paspoort gevraagd. Binnen de Schengenzone voor vrij reizen mag de marechaussee alleen steekproefsgewijs controleren, bij vluchten uit niet-Schengenlanden mag iedereen om het paspoort worden gevraagd.
Bij grensovergangen met België en Duitsland wordt Bamenga met zijn auto naar eigen zeggen regelmatig apart genomen door marechaussees op een motor. Samen met piloot Robby Gobardhan, die dezelfde ervaringen heeft, en diverse mensenrechtenorganisaties eist Bamenga dat etniciteit niet langer als selectiecriterium wordt gehanteerd.
Geldsmokkelaars
De Koninklijke Marechaussee erkent dat hun donkere huidskleur een rol speelt bij de regelmatige selectie van Bamenga en Gobardhan. In april 2018 bijvoorbeeld toen de marechaussee op Eindhoven Airport bij een vlucht uit Italië specifiek uitkeek naar reizigers met een ‘niet-Nederlands uiterlijk, snel lopend en keurig gekleed’. Personen die aan dit profiel voldeden zouden weleens Nigeriaanse geldsmokkelaars kunnen zijn. Bamenga, geboren in Congo en al jaren Nederlands staatsburger, werd als gevolg hiervan aan een speciale controle onderworpen.
„De grens is bereikt, ik verzet me, ik accepteer het niet meer”, zei Bamenga dinsdag over deze behandeling. „Ik gun het mezelf niet en onze kinderen niet.” Volgens Bamenga wordt Nederlanders zoals hij het gevoel gegeven dat ze verdacht zijn en hier niet horen. „Etnisch profileren is oneerlijk, traumatisch en het tast de menselijke waardigheid aan.” In een eerder interview met NRC vroeg hij zich af wat dat is, een ‘niet-Nederlands uiterlijk’.
Tijdens de rechtszaak bleek dinsdag dat de marechaussees die Bamenga op Eindhoven Airport hadden gecontroleerd hun boekje te buiten waren gegaan. In het kader van het ‘mobiel toezicht veiligheid’ binnen de Schengenzone mogen ze reizigers alleen selecteren op basis van het vermoeden van illegaal verblijf. Niet omdat ze zich mogelijk schuldig maken aan criminele activiteiten, zoals het smokkelen van geld. „Ik hoop niet dat dat nu nog zo gebeurt”, zei de vertegenwoordiger van de marechaussee.
Volgens de landsadvocaat maakten de marechaussees zich niet schuldig aan etnisch profileren, omdat naast etniciteit ook andere selectiecriteria gelden, zoals destijds het snelle lopen en netjes gekleed zijn. „Het spijt de marechaussee dat Bamenga en Gobardhan het gevoel hadden gediscrimineerd te zijn”, zei de landsadvocaat. „Maar dat wil niet zeggen dat ze ook zijn gediscrimineerd.” Er zou namelijk een „objectieve en redelijke rechtvaardiging” zijn voor het gebruik van etniciteit. Als marechaussees niet meer naar huidskleur mogen kijken dan zouden de controles „minder gericht” en daarmee minder effectief worden.
Mochten de eisers gelijk krijgen, dan is het de vraag of selectie op basis van etniciteit in de praktijk ook wordt uitgebannen. Een vaak genoemde mogelijkheid daarvoor is het gebruik van zogenoemde ‘stopformulieren’. Daarop zouden marechaussees moeten verantwoorden waarom ze iemand staande hebben gehouden.Op 22 september doet de rechtbank uitspraak.