Analyse

‘Stateloze’ multinationals zoals Shell zijn minder ongrijpbaar dan ze leken

Klimaatzaak De CO2-uitstoot van Shell is groter dan die van Nederland. Dat geeft het bedrijf volgens de rechterlijke uitspraak van woensdag een eigen verantwoordelijkheid voor reductie. De rechter wijzigt zo de rolverdeling tussen multinationals en samenleving.

Leden van Milieudefensie en andere milieuorganisaties luisteren woensdag bij de rechtbank in Den Haag naar het vonnis in de klimaatzaak tegen Shell.
Leden van Milieudefensie en andere milieuorganisaties luisteren woensdag bij de rechtbank in Den Haag naar het vonnis in de klimaatzaak tegen Shell. Foto Bart Hoogveld/ANP

Het was een zwarte week voor de producenten van, voorheen, het zwarte goud.

Olie.

Woensdag kozen beleggers in ExxonMobil twee oppositiekandidaten in de raad van commissarissen. Ze negeerden daarmee de voordrachten van de top van het concern. De twee nieuwkomers moeten ExxonMobil bijsturen naar een ‘groener’ beleid. Voor Amerikaanse begrippen was deze ingreep in de personele bezetting een aandeelhouderscoup zoals je ze zelden ziet.

Vlak daarvoor hadden de aandeelhouders van een andere oliegigant, Chevron, massaal (61 procent) hun steun uitgesproken voor concrete doelstellingen om de broeikasgasuitstoot tot nul terug te brengen in 2050. Het Chevron-bestuur had het voorstel ernstig ontraden. Beleggers negeerden dat en steunden juist de Nederlandse financiële activist Follow This die de motie op de agenda van de aandeelhoudersvergadering had gezet. Geen coup, wel een waar schot voor de boeg.

Maar het meest onverwachte gebeurde in Den Haag, de stad waar olie- en gasconcern Shell zetelt. Shell is officieel een Brits bedrijf, maar heeft zijn hoofdkantoor in Nederland. Vandaar dat een rechtszaak van vijf Nederlandse milieuorganisaties en sympathisanten onder leiding van Milieudefensie tegen Shell in Nederland werd gevoerd. De uitspraak van de meervoudige rechtbank ging de wereld over.

Shell moet onmiddellijk maatregelen nemen om de uitstoot van CO2 terug te brengen, zodat er in 2030 sprake is van een netto reductie van 45 procent ten opzichte van 2019. De opwarming van de aarde is een directe bedreiging voor de mensenrechten in Nederland, inclusief de Wadden (de Waddenvereniging was een van de klagers), oordeelt de rechtbank. Shell draagt daaraan bij met zijn mondiale uitstoot en moet daarom in het héle concern actie ondernemen.

Het vonnis heeft Shell verder in het defensief gedrongen. Twee weken eerder had actiegroep Follow This op de aandeelhoudersvergadering 30 procent van de stemmen behaald voor zijn klimaatmotie om het ondernemingsbeleid sneller te vergroenen. Shell had de motie ontraden. Shell had namelijk een eigen motie om steun te vragen voor zijn beleid om broeikasgasuitstoot sneller te verminderen. Daar stemde 90 procent van de Shell-beleggers vóór.

Wat de minderheid van de beleggers via Follow This aan Shell vroeg, ging minder ver dan wat de rechtbank nu afdwingt. Dat roept de vraag op: heeft de rechter bij Shell een coup gepleegd? Anders gezegd: wie is na dit vonnis de baas bij Shell, of bij een vergelijkbare grote onderneming met vestigingen in meerdere landen op meerdere continenten? Is dat de directie, onder toezicht van de commissarissen, zoals dat in de praktijk is gegroeid en in de wet is geregeld? Zijn het beleggers, al dan niet van activistische aard? Of milieugroepen? Of blijkt dat nu de rechter te zijn?

Nieuwe machtsverhouding

Weinigen hadden verwacht dat het vonnis – door Shell „teleurstellend” genoemd – zo ver zou gaan. De rechter wijzigt eenzijdig de rolverdeling én de machtsverhouding tussen Shell, de samenleving en zijn beleggers. De aandeelhoudersvergadering wordt als besluitvormend gremium compleet gepasseerd, om niet te zeggen: genegeerd. Dat zal (een deel van) de Britse beleggers die hun zeggenschapsrechten als geen ander verdedigen rauw op het dak vallen.

Het vonnis leest ook als een radicaal andere invulling van de gegroeide verhouding tussen politiek en samenleving aan de ene kant en multinationals als Shell aan de andere.

In de opvatting van Shell zijn grote ondernemingen in politiek beladen thema’s, zoals de energietransitie, volgend. Ze proberen de politiek en de besluitvorming te beïnvloeden, met gelobby of soms met dreigementen. Uiteindelijk moeten ze de uitkomst van het politieke proces volgen. Dat is niet alleen de houding van Shell, het is de doorsnee opinie in de ondernemingswereld.

De vergadering van aandeelhouders wordt als besluitvormend gremium compleet gepasseerd, om niet te zeggen: genegeerd

Voor bedrijven als Shell is het ook de veilige optie. Energiebedrijven zijn altijd afhankelijk van overheden. Voor concessies om ‘hun’ olie en gas te winnen. Voor politieke steun in het buitenland. En voor de controle op de normen, zoals milieuregels.

Bovendien: Shell heeft eerder hoogoplopende conflicten gehad, zoals bij het plan uit 1995 om het olieplatform Brent Spar te laten afzinken in zee. Protest volgde, een consumentenboycot dreigde, plan geschrapt.

Shell dacht een slimme praktische oplossing te hebben, maar het publiek pikte dat niet.

Dominante multinationals

De politiek, het publiek én Shell werden er door Brent Spar aan herinnerd dat multinationals geen ‘gewone’ ondernemingen zijn. Ze overstijgen nationale grenzen en soms ook nationaal toezicht. Hun omzet is soms groter dan de economie van het land met hun hoofdkantoor.

De afgelopen vijftig jaar zijn ze de dominante ondernemingsvorm geworden. Niet omdat ze met zoveel zijn, want zelfstandigen en het midden- en kleinbedrijf zijn met meer. Ze zijn dominant omdat ze kapitalen investeren, grote werkgevers zijn, onderzoek en ontwikkeling financieren én grensoverschrijdend werken.

Juist vanwege hun ‘staatloosheid’ zijn ze ogenschijnlijk ongrijpbaar en hebben ze voor het uitkiezen waar ze bijvoorbeeld belasting betalen, zoals de strijd tussen de Europese Commissie en Amerikaanse techreuzen als Apple en Amazon laat zien.

Wie houdt multinationals dan op het maatschappelijk juiste pad? Dat moeten ze zelf doen, wetende dat beleggers, actiegroepen, media, consumenten en politici meekijken. Na de Brent Spar-affaire raakte het begrip license to operate binnen Shell in zwang. Dat is een vage norm, die zoveel wil zeggen als: zolang Shell zich voegt naar de maatschappelijke opvattingen heeft het bestuur de vrijheid zelf zijn bedrijf te leiden. De samenleving cq politici ontwerpen het kader van de maatschappelijke opvattingen, het bedrijf volgt.

Daar maakte de rechter woensdag een eind aan. De rechtbank introduceert een andere, naar eigen zeggen „ongeschreven zorgvuldigheidsnorm”. De rechtbank omschrijft de (opnieuw) vage norm zo: het is onrechtmatig om te „handelen in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt”.

De aandeelhouders komen er in het vonnis bekaaid vanaf

Het is een puur nationale norm, die bepaalt wat Néderlandse burgers en inwoners van het Waddengebied van Shell mogen verwachten. Daarbij tekent de rechtbank aan dat de uitstoot van Shell groter is dan die van Nederland als geheel. Het concern moet zijn eigen verantwoordelijkheid nemen en juist niet alleen maar de ontwikkelingen in de maatschappij volgen en aan „staten en anderen een voortrekkersrol” toekennen.

Wat critici van machtige multinationals altijd als bezwaar zagen, namelijk dat die bedrijven zich als een soort staten gedragen, dat ze misschien ook wel een ‘staat in de staat’ zijn geworden, ziet de rechter juist als een oplossing. Shell is gelijkwaardig aan een nationale staat met zijn verplichting voor uitstootreductie van broeikasgassen.

De aandeelhouders komen er in het vonnis bekaaid vanaf. Dat gebeurt net op het moment dat grote beleggers, zoals de Nederlandse pensioenfondsen, zich manifesteren als partijen die zélf meer richting willen geven aan de strategie van de olie- en gasondernemingen waarin zij investeren. Symbool daarvan is de actiegroep Follow This. In zes jaar is die uitgegroeid van de zoveelste luis in de pels bij Shell tot een niet te negeren machtsfactor pro radicale duurzaamheid.

Lees ook: Olieconcerns staan nu van alle kanten onder druk

Follow This en andere milieuactivistische beleggers willen invloed terugwinnen in het bedrijfsbeleid, dat het exclusieve domein is geworden van bestuurders en commissarissen.

Maar bij Shell schakelt de rechter de beleggersinvloed simpelweg uit. Follow This is tevreden, maar denken de beleggers die Shell twee weken geleden stéúnden er ook zo over? De beurskoers is sinds woensdag wat in mineur, maar meer ook niet.

‘Financiële offers’

De license to operate van de top van Shell is passé. De ruimte voor directievoorzitter Ben van Beurden is de vrijheid om de „reductieverplichting naar eigen inzicht na te komen”, zegt de rechtbank. Dat klinkt als een degradatie van directie en commissarissen van beslissers tot uitvoerders. Van Shell, zo zegt de rechter, mogen ook „financiële offers worden geëist om CO2-uitstoot en daarmee gevaarlijke klimaatverandering tegen te gaan”. Dat zal onvermijdelijk ook ten koste gaan van aandeelhouders.

Daar had Shell al op gepreludeerd, zoals Shell altijd met alle mogelijke scenario’s rekening houdt. In de opsomming van risico’s in het jaarverslag over 2020 noemt het bestuur naast de economie, de oliemarkten, rechtszaken en nog veel meer ook het tempo waarin de samenleving koers zet naar een fossielarme economie.

Shell houdt dat ‘risico’ scherp in de gaten. Want als het concern achterblijft bij wat de samenleving wil, betekent dat klanten- en reputatieverlies. Maar als Shell voorop gaat, doet ze misschien investeringen die niets opleveren. De rechter laat het bedrijf geen andere keus. Daarmee is de rechter nu in feite de baas.