Voor ondertitelaars is het Songfestival ‘een feestje’

Voor doven en slechthorenden Teletekstpagina 888 is springlevend. Maandelijks maken 4,5 miljoen mensen gebruik van het werk van de ondertitelaars van de NPO. In deze songfestivalweek is het voor hen alle hens aan dek.

Een ondertitelaar luistert naar een uitzending, spreekt de tekst begrijpelijk na en corrigeert vervolgens waar nodig.
Een ondertitelaar luistert naar een uitzending, spreekt de tekst begrijpelijk na en corrigeert vervolgens waar nodig. Foto Dieuwertje Bravenboer

Het Songfestival moet voor iederéén te volgen zijn, dus worden Nederlandse commentatoren ondertiteld, is er een gebarentolk, ondertiteling voor bezoekers in Ahoy, audiodescriptie die voor blinden en slechtzienden beschrijft wat er op het beeld gebeurt én zijn er ‘sign dancers’, die voor dove kijkers de muziek uitbeelden.

„Het Songfestival is het hoogtepunt van toegankelijkheid”, zegt Paul van den Bogart. Hij is chef van Access Services van de NPO, de dienst die bij de publieke omroep onder meer de ondertitels, audiodescriptie, gebarentolken en gesproken ondertiteling verzorgt. De ondertitelingsredactie bevindt zich op de begane grond van het NPO-gebouw op het Mediapark in Hilversum. Normaal is het een komen en gaan van medewerkers, nu werkt het grootste deel thuis. Alleen de echte live-ondertiteling vindt hier nu – door de coronamaatregelen – fysiek plaats. Naast grote televisieschermen waarop alle NPO-zenders dag en nacht te zien zijn, zijn er circa tien kleine ondertitelingshokjes waarin slechts ruimte is voor een bureau, een bureaustoel, twee computerschermen, en een speciaal toetsenbord met afkortingen erop.

Vooral voorbereiding

„Het Songfestival is vooral voorbereiding”, legt Van den Bogart uit. „We ondertitelen de liedjes van de artiesten, in de originele taal. Het draaiboek van de shows hebben we al in bezit, dat scheelt. We zetten de namen van de deelnemende artiesten correct in ons systeem.” Hij vergelijkt het liedjesevenement met de Eredivisie. „Een achternaam van een speler wil je ook niet verkeerd spellen. Daarvoor kan een redacteur ‘afkortingen’ gebruiken. De tiende Ajax-speler is ‘A10’, zo werken we ook met het Songfestival.” „Voor ons”, zegt Van den Bogart, „is het deze week een feestje”.

Al ruim veertig jaar worden de programma’s van de publieke omroep (NPO) via Teletekstpagina 888 ondertiteld, voor doven en slechthorenden. Het begon met alleen Achtuurjournaals, tegenwoordig worden (bijna) alle NPO-zenders door in totaal vijfendertig medewerkers ondertiteld, van ’s ochtend vroeg tot ’s avonds laat. De dienst is bedoeld voor doven en slechthorenden, maar maandelijks maken 4,5 miljoen mensen gebruik van ondertiteling. „Mijn dochter zet de ondertiteling aan als ze chips eet”, zegt Wies Hermans lachend.

Op de ondertitelingsredactie in Hilversum werken 35 medewerkers. Foto Dieuwertje Bravenboer

Hermans werkt al 21 jaar als ondertitelaar. In een van de kleine, vierkante hokjes legt ze het ondertitelingsproces uit. Op één scherm is de live-uitzending zichtbaar. In een microfoon herhaalt Hermans, duidelijk en scherp articulerend, wat er gezegd wordt in de uitzending. De computer zet haar stem om in tekst, die op het tweede computerscherm verschijnt. Na controle verstuurt ze de ondertiteling naar de kijker. Het lijkt op napraten, maar Hermans nuanceert dat gelijk. „Je zet de teksten zo letterlijk mogelijk om. Daarnaast maak je in je hoofd een redigeerslag om het compact en leesbaar te houden. Als iemand veel ‘eh’ zegt, haal je dat eruit.”

Een minuut uitzendvertraging

Bij de meeste live-uitzendingen zien de ondertitelaars het beeld niet eerder dan de kijkers thuis. Maar de dagelijkse talkshows worden met één minuut ‘uitzendvertraging’ uitgezonden. „Zodat wij tijd hebben om correct te ondertitelen”, verduidelijkt Hermans. Eén redacteur spreekt de tekst uit, een tweede controleert de omgezette teksten.

Die menselijke correctie is nodig, omdat de spraakherkenningssoftware fouten maakt . „De naam ‘Pieter Omtzigt’ gaat bij mij áltijd fout. Dat wordt ‘Peter Omtzet’ of ‘Pieter Ontzet’”, lacht Hermans. Weerberichten zijn ook berucht, zegt haar chef. „‘Bewolking’ wordt ‘bevolking’, ‘nattigheid’ wordt ‘natte geit’.” Hermans: „Als goede, ervaren redacteur wéét je dat. Het is schrijven, spreken, lezen en redigeren te gelijk.”

„Je hebt ook grappige foutjes”, zegt Van den Bogart. „Prinses Ariane werd ‘Arie Haan’. Achteraf lach je daar om. We corrigeren het wel voor on demand, want het staat jarenlang op internet.”

De ondertitelingsredactie kwam vorig jaar in het nieuws nadat een talkshowgast van Op1 in de ondertiteling ‘kutwijf’ werd genoemd. „De betreffende redacteur baalt daar nog steeds van. Het programma kwam ten einde, de microfoon van de ondertitelaar stond open, de ondertitelaar zei iets en voordat we het doorhadden, was het al uitgezonden”, legt Van den Bogart uit.

Hermans: „Het is niet fijn, zeker niet voor de persoon in de uitzending zelf. We hebben uitgebreid onze excuses aangeboden.”