Tiny Merkx-Rutten (70) heeft Covid. Ze wordt straks in een kunstmatig coma gebracht en neemt afscheid van haar naasten. Haar vriend Piet van Gaal (rechts) is bij haar, evenals haar dochters Natasja Schuurs (voeteneinde) en Anuska Fleuren (links). Tiny ligt op de Covid-IC van het Jeroen Bosch ziekenhuis in Den Bosch.

Foto Ilvy Njiokiktjien

‘Vol is vol, zeggen we wel eens, maar dat is niet waar’

Drukte op de ic Het Jeroen Bosch Ziekenhuis in Den Bosch heeft IC-verpleegkundigen gevraagd hun meivakantie af te zeggen of te verkorten. Want de IC ligt vol. Toch komen er nog meer coronapatiënten bij. Hier zijn afgelopen jaar tal van verpleegkundigen ingestort.

Jo van Bussel was vroeger IC-verpleegkundige en geeft nu leiding aan honderd intensivecareverpleegkundigen in Den Bosch. Elke dag is het passen en meten. De afdeling heeft 22 bedden open en nog één bed vrij. Dat zijn 34 verpleegkundigen-diensten in 24 uur. Hij heeft vorige week iedereen moeten vragen z’n meivakantie af te zeggen of te verkorten.

Het werk op een intensive care is zwaar, zegt Van Bussel, en het gaat altijd door. Er is geen speling, geen ruimte om even iets anders te doen. Op geen enkele verpleegafdeling overigens. Het rooster moet drie keer per dag, acht uur achtereen, worden gevuld. Met hoog gekwalificeerd personeel. Dat weet wanneer je de patiënt meer zuurstof moet geven of minder. Wanneer je iemand op zijn buik moet draaien of op zijn rug. Wanneer de cijfertjes op alle apparatuur op naderend onheil wijzen.

De verpleegkundige controleert voortdurend alles: het bewustzijn, de hartfunctie en de beademing. Of de darmen goed werken, of iemand plast. Er moet bloed worden afgenomen ter controle, medicijnen worden gegeven, vocht en voeding.

Het ziekteverzuim is normaal gesproken laag op deze afdeling: 2,5 à 3 procent. Nu is het 4,8 procent. In sommige ziekenhuizen wel 10 tot 20 procent.

Ook hier zijn afgelopen jaar tal van verpleegkundigen ingestort, vertelt Van Bussel. „De één kreeg spanningen thuis omdat haar partner zijn werk verloor door de lockdown. De ander raakte in een echtscheiding. Sommigen hadden last van het werk zelf: 30 procent van de Covid-patiënten verliet de afdeling niet levend. „Dat kan je als verpleegkundige enorm aangrijpen.”

Hij probeert, samen met medisch hoofd Peter de Jager, nu te voorkomen dat verpleegkundigen overbelast raken. En om ze lange tijd te behouden. Ze hebben een hele reeks maatregelen bedacht, waarvan de meeste binnen de cao vallen, maar eerder eigenlijk niet werden toegepast. De Jager: „We zijn in Nederland niet scheutig met preventieve zorg voor het personeel, maar we doen van alles om ze achteraf te laten reïntegreren. Ik zou zeggen: iets meer van te voren doen. Anders redden we het op de lange termijn niet.”

Powernap

Ten eerste moeten verpleegkundigen buiten de schooltijden op vakantie kunnen, zegt Van Bussel. „We hebben een brief opgesteld voor de school met daarin het verzoek of de kinderen buiten de vaste vakanties om vrij kunnen krijgen.” De kosten voor een afgezegde vakantie betaalt het ziekenhuis.

Mensen die extra werken om anderen te ontzien, krijgen 21 dagen extra vrij. Die kunnen ze onbeperkt opnemen, later, zodat er geen stuwmeer ontstaat van vrije uren. De Jager heeft het plan, als het ooit weer rustiger wordt in het ziekenhuis, om verpleegkundigen soms doorbetaald thuis te laten zitten – maar wel op afroep beschikbaar.

Er is ook een bureau dat medewerkers helpt die door de lockdown in financiële problemen zijn gekomen, bijvoorbeeld doordat hun partner zijn of haar inkomen verloor. Een persoonlijke gratificatie gaat voortaan met een persoonlijk briefje naar de medewerker. Kosten voor een psycholoog worden vergoed en iedereen mag per dienst een powernap van 20 minuten houden in een speciale stoel.

Intensivist Peter de Jager (links) tijdens de voorbereidingen van het plaatsen van een tracheostoma in een Covid-patiënt. Een tracheostoma is een opening in de hals, naar de luchtpijp toe. Via deze opening wordt een buisje ingebracht in de luchtpijp. Foto Ilvy Njiokiktjien

Antoinette Paans (32) IC-verpleegkundige

Elke paar weken leggen Antoinette Paans en haar man thuis de roosters naast elkaar. Heeft hij nachtdienst, dan moet zij ’s nachts thuis zijn. En andersom. Ze hebben drie kleine kinderen.

Antoinette geeft de precieze dagen dat zij kan werken door aan de roosteraars van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. De ene week drie dagen, de andere week vier – momenteel zelfs meer. Zij is IC-verpleegkundige, 32 jaar, haar man is politieman. Ze hebben nog geluk, zegt ze, dat de afdeling rekening houdt met hun privé-rooster.

Toen de tweede coronagolf in het najaar kwam opzetten, begon het Antoinette te veel te worden. Ze had de eerste golf doorstaan – hard werken, beschermende kleding, veel patiënten die dood gingen. Naasten die er niet bij mochten zijn.

Maar de basisschool ging in december weer dicht en als je na een avonddienst om 01.00 in bed ligt, laat staan na een nachtdienst, en ’s ochtends weer les moet geven aan je kinderen, dan is dat zwaar. De kinderen gingen maar een dag in de week naar school, want er was gevraagd de leraren zo veel mogelijk te ontlasten. Antoinette was óp maar bleef werken.

De intensive care van het Jeroen Bosch Ziekenhuis heeft vorige week de verpleging gevraagd hun vakanties af te zeggen. Want de intensive care ligt vol. Veertien Covid-19 patiënten, vandaag, en acht anderen.

Antoinette draait extra diensten, het gaat weer beter met haar. Hoe is ze de afgelopen maanden hersteld? „Ik heb met een psycholoog gepraat en ik heb een man met wie ik goed kan praten.” En de scholen zijn weer open (behalve tijdens de vakantie). Dat scheelt.

Wat de spanning afgelopen jaar opdreef, was dat mensen in haar omgeving corona ontkenden. „Dan had ik net doodzieke patiënten verzorgd en dan vond ik het confronterend dat sommige mensen zich verzetten tegen de maatregelen en de ernst van Covid in twijfel trekken.”

Waarom krijgen Covid-19-patiënten voorrang op andere patiënten? Antoinette legt uit: „Ze dienen zich aan en hebben acuut zuurstof nodig. Als we dat niet geven, gaan ze dood. We houden ze hier in leven, we nemen vitale lichaamsfuncties over. Dat kun je niet afzeggen. Zoals je een operatie wel kunt uitstellen.”

Gaat ze dit vak dertig jaar volhouden? Antoinette is heel lang stil. En zegt dan: „Ik vind het moeilijk om zo ver vooruit te kijken. Maar die intentie heb ik wel.”

 


 

Eline Schippers (30) IC-verpleegkundige

Eline Schippers rijdt 55 kilometer naar haar werk. Na een nachtdienst moet ze haar best doen om niet in slaap te vallen in de auto. Vroeger ging ze eerst twee uur slapen in het ziekenhuis en dan reed ze om tien uur naar huis. Nu heeft ze een zoon van tien maanden – een heel goeie reden om meteen naar huis te rijden.

Het ziekenhuis ligt te vol om haar geplande vakantie op te nemen en dus draait Eline (30) dezer dagen extra diensten op de intensive care.

„Vol is vol, zeggen we wel eens, maar dat is niet waar. We hebben momenteel dertien Covid-bedden op de IC, en gisteren werd de veertiende tóch opgenomen. Er ging er vervolgens één met de helikopter naar een ander ziekenhuis. En er kwamen er vanochtend weer twee bij.”

Eline, haar man – die leraar is en dus gebonden aan de schoolvakanties – en hun zoontje gaan volgende week vier dagen naar de zee. Beter iets dan niets.

Ze hebben het geluk dat de opa’s en oma’s alle opvang van hun zoontje doen. Ze zijn inmiddels bijna allemaal ingeënt.

De nachten zijn soms kort – als Eline midden in de nacht thuiskomt en om 06.00 uur wordt wakker gekraaid door haar zoon. „Maar ik word zo blij van dat mannetje.” Eline werkt 28 uur per week – de ene week drie dagen dienst, de andere vier.

Werken op de Covid-IC kan zwaar zijn. „Het is een heftige, grillige ziekte. De onzekerheid voor families is groot. Sommige patiënten zijn wakker maar zo uitgeput dat ze niet eens een glas water kunnen drinken. Dan zakt het zuurstof-gehalte meteen. Als dat te laag wordt, moeten ze worden geïntubeerd – een dikke zuurstofslang naar de longen. Dat vinden sommige mensen eng. Want we brengen je onder zeil en je weet niet zeker of je er weer uit komt. We proberen veel tegen iemand te praten, gerust te stellen.”

 


Verpleegkundigen op de Covid-IC, op Koningsdag. Foto Ilvy Njiokiktjien

Tiny Merkx-Rutten wordt aan de beademing gelegd. Ze zou volgende week gevaccineerd worden. Foto Ilvy Njiokiktjien

IC-arts Sjoerd Pustjens legt een lijn aan bij Tiny Merkx-Rutten, vlak nadat zij aan de kunstmatige beademing is gelegd. Foto Ilvy Njiokiktjien

Intensivist Miriam Moviat (links) brengt samen met verpleegkundigen Antoinette Laans-Koning en Eline Schippers (niet in beeld) bij Tiny Merkx-Rutten de tube aan voor kunstmatige beademing. Foto Ilvy Njiokiktjien

Intensivist Miriam Moviat (links) op de kamer van Tiny Merkx-Rutten, nadat ze haar in een kunstmatig coma heeft gebracht en aan de beademing heeft gelegd. Foto Ilvy Njiokiktjien

Intensivist Peter de Jager (tweede van rechts) in overleg op de intensive care. Foto Ilvy Njiokiktjien

Het uitzicht op natuurgebied De Moerputten, gezien vanuit het raam van de IC-kamer van Tiny Merkx-Rutten. Foto Ilvy Njiokiktjien