Bij een geweldsuitspatting in het grensgebied van Tadzjikistan en Kirgizië zijn donderdag in totaal 39 doden en ongeveer 175 gewonden gevallen. De wapenstilstand die donderdagavond volgde, houdt voorlopig stand. Dat meldt persbureau AP vrijdag. Vanwege de onduidelijke grenzen in het gebied ontstaan tussen de twee voormalige Sovjetlanden vaker confrontaties over water en land. Het geschil ontaardde deze week volgens Radio Free Europe/Radio Liberty in uitzonderlijk zware gevechten in de regio.
Het gevecht ontstond woensdag rond de watervoorziening dicht bij het dorpje Kok-Tash. Tadzjiekse grenscontroleurs probeerden hier camera’s op te hangen om de watertoevoer te controleren, waarop de Kirgiezen protesteerden tegen de plaatsing van de camera’s. Uiteindelijk begonnen lokale voor- en tegenstanders stenen naar elkaar te gooien. Snel daarna arriveerden de krijgsmachten van zowel Tadzjikistan als Kirgizië, die op elkaar hebben geschoten.
In de dorpen rondom het grensgebied werden de inwoners geëvacueerd. Meer dan zevenduizend Kirgiezen moesten hun woning verlaten. De Kirgizische autoriteiten lieten op vrijdag weten dat 31 mensen zijn overleden. Tadzjikistan meldde in elk geval 8 doden.