Anders-dan-anders is het concertaanbod door corona niet alleen naar vorm, maar ook naar inhoud. Zou het in een regulier seizoen voorkomen dat dirigent Hartmut Haenchen (78), in 2017 ‘dirigent van het jaar’ volgens Opernwelt , binnen twee maanden met zijn twee musicerende kleinzoons te gast is bij PhilharmonieZuid en debuteert (!) bij het Noord Nederlands Orkest?
Nog een voordeel van een muziekleven met beperkte reisbewegingen: er liggen rijke kansen voor Nederlandse solisten. Voor sopraan Annemarie Kremer, internationaal actief, zal het hoogst onwennig zijn geweest te worden aangekondigd als „geboren te Emmer Compascuum en getogen in Ter Apel”, maar de livestream van het concert op Omrop Fryslân, RTV Noord en RTV Drenthe (een samenwerkingsafspraak tot de zomer) rechtvaardigde die aankondiging. Kremer ontsteeg overigens subiet de regioreuk met intense, rijkgeschakeerde uitvoeringen van de orkestliederen van Strauss en Wolf; repertoire waarin ook dirigent Hartmut Haenchen excelleerde. Met haar warme, vol-dramatische geluid lijkt Kremer nog steeds aan kracht te winnen. Zowel voor de tederheid als de extase van de liederen bleek ze ideaal getypecast. Het Noord Nederlands Orkest werd door Haenchen aangevuurd tot diepe zuchten en detailrijke articulatie. Dat de symfonische symbiose soms nog iets scherper kon, daaraan dacht je – meegevoerd door romantische vervoering en opwinding – nauwelijks.
Iets minder borrelend werkte de chemie tussen orkest en dirigent in Tsjaikovski’s Zesde symfonie (‘Pathétique’). Waar je bij dirigenten als Jansons of Gergiev de avondjaponnen als het ware hoort zweven en ruisen in het ‘Allegro con grazia’ regeerde hier een meer ernstig-zware, van frivoliteit gevrijwaarde elegantie. Ook de opening van het derde deel klinkt doorgaans meer kwikzilverig, maar de mars kreeg energiek en imposant gestalte.
Dat Annemarie Kremer Strauss’ lied Morgen („Und Morgen wird die Sonne wieder scheinen”) zong als antwoord op het opsmuksloos tragische slotdeel van de Pathétique was een ontroerende meesterzet. Juist nu.