Amsterdam mag het verhuren van woonruimte voor vakantieverhuur via sites als Airbnb niet verbieden. Dat heeft de bestuursrechter in de hoofdstad vrijdag geoordeeld. De gemeente stelde vorige zomer een dergelijk ‘Airbnb-verbod’ in voor drie gebieden in de binnenstad: Burgwallen-Oude Zijde, Burgwallen-Nieuwe Zijde en de Grachtengordel-Zuid. De zaak daartegen werd aangespannen en gewonnen door Amsterdam Gastvrij, een organisatie die de belangen vertegenwoordigt van huizenbezitters die hun woning via Airbnb of andere verhuur- en vakantieplatforms aanbieden.
Woningeigenaren in Amsterdam moeten een vergunning hebben om hun huis maximaal dertig nachten per jaar te mogen verhuren voor vakantieverblijven. Afgelopen zomer besloot het Amsterdamse college van burgemeester en wethouders dat de vergunningen in de drie betreffende wijken per 1 juli afgeschaft werden en dat woningeigenaren daar ook geen aanspraak meer op konden maken. Dit werd geregeld onder de Huisvestingswet uit 2014. Volgens de rechter mag een dergelijk vakantieverhuurverbod niet via deze wet geregeld worden.
Het verhuurverbod op het Amsterdamse Wallengebied en een deel van de grachtengordel was een poging het toerisme in de hoofdstad aan banden te leggen. Dat was volgens de stad nodig omdat veel inwoners overlast zouden ervaren van een overdaad aan toeristen, met name in de binnenstad. De gemeente stelde destijds dat een op de vijftien Amsterdamse woningen voor vakantieverhuur werd aangeboden. Wie in de betreffende buurten toch een woning verhuurde voor vakantieverblijven riskeerde een boete van ruim 20.000 euro.