Toezichthouder onderzoekt het delen van locatiedata van T-Mobile-klanten met CBS

locatiegegevens Het CBS had jarenlang toegang tot privacygevoelige informatie van T-Mobile-klanten. Of de wet is overtreden, wordt onderzocht.

Een reiziger in de Amsterdamse metro.
Een reiziger in de Amsterdamse metro. Foto Ramon van Flymen/Hollandse Hoogte/ANP

Telecomprovider T-Mobile heeft het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) jarenlang toegang gegeven tot de verkeersgegevens van de eigen klanten. Naar aanleiding van onderzoek van NRC gaat het Agentschap Telecom, bijgestaan door de Autoriteit Persoonsgegevens, onderzoeken of T-Mobile en CBS de wet overtraden.

Lees ook:
Hoe het CBS en T-Mobile de privacy schonden

Verkeersgegevens zijn data die worden verwerkt bij elektronische communicatie, of de facturering ervan. Ze zijn erg privacygevoelig, kunnen precies vertellen wie wanneer waar was en met wie iemand contact had.

Vanaf januari 2018 werkten CBS-medewerkers op het hoofdkantoor van T-Mobile in Den Haag, waar ze locatiedata van mobiele bellers analyseerden. Het CBS wilde een algoritme ontwikkelen dat op basis van de locatiedata van één mobiele provider het mobiliteits- en verblijfsgedrag van Nederlanders zou kunnen meten. Zulke informatie is gewild bij gemeenten en provincies. Zo kunnen beslissingen worden genomen over investeringen in infrastructurele projecten, of het afsluiten van gebieden tijdens drukte. Ook T-Mobile zou het algoritme mogen gebruiken om zo mobiliteitsinformatie te kunnen leveren. De samenwerking duurde tot april vorig jaar.

Naar buiten toe verklaarden beide partijen dat het CBS alleen geanonimiseerde gegevens van T-Mobile kreeg aangeleverd. T-Mobile-klanten werden niet geïnformeerd over het feit dat de provider samen met het CBS hun locatiedata onderzocht om te kijken of er geld mee te verdienen was.

Uit documenten die NRC met een beroep op de Wet Openbaarheid van bestuur heeft opgevraagd bij het CBS is gebleken dat CBS-medewerkers via laptops bij T-Mobile toegang hadden tot niet-geanonimiseerde locatiedata. Op basis van deze informatie beginnen het Agentschap Telecom (AT) en de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) het onderzoek. Volgens het AT hebben beide partijen die toegang verzwegen in regulier overleg dat de toezichthouder heeft met het CBS en T-Mobile.

‘Hypergevoelige gegevens’

„Beide toezichthouders nemen de zaak bijzonder serieus”, zo laten ze in een toelichting weten. „Als CBS-medewerkers inderdaad toegang hebben gehad tot verkeersgegevens van T-Mobile-klanten, zou dat nieuwe informatie zijn voor AT en AP: dit is eerder niet ter sprake gekomen.”

In een reactie erkent het CBS dat vijf medewerkers bij T-Mobile onderzoek hebben gedaan op „gepseudonimiseerde persoonsgegevens”. Dit zijn verkeersgegevens waaruit de unieke IMSI-nummers van telefoons zijn verwijderd. Ze gelden nog steeds als persoonsgegevens, ze kunnen door het gebruik van aanvullende informatie over iemand toch aan personen worden gelinkt. T-Mobile erkent ook dat de CBS’ers met gepseudonimiseerde data werkten, maar in tegenstelling tot het CBS, de AP en privacy-experts zijn dat volgens de telecomprovider geen persoonsgegevens.

In een toelichting stellen de toezichthouders dat telecomdata op zich, los van de vraag welke data gelden als persoonsgegevens, „hypergevoelig” zijn. „Bij volledige toegang tot telecomdata kun je iemand de hele dag volgen. Je kunt zien waar iemand woont, waar hij werkt, waar hij winkelt, hoe vaak hij naar het ziekenhuis gaat, wat zijn stamkroeg is, hoe vaak hij zijn ouders, zus of vrienden bezoekt en waar die wonen. Daarom nemen AT en AP deze zaak zeer serieus en moet de onderste steen boven.”

In het projectplan dat bij het WOB-verzoek vrijkwam, staat dat de CBS’ers bij T-Mobile „volledige toegang” hadden tot de data van de telecomprovider. In de documenten zijn ook aanwijzingen te vinden dat de CBS-medewerkers toegang hadden tot direct herleidbare persoonsgegevens in de vorm van de originele IMSI-nummers van telefoons. Het CBS en T-Mobile ontkennen dat.

Het CBS zegt „meer in dialoog” te willen met de AP. „Achteraf gezien was een bezoek aan de AP over deze pilot verstandiger geweest”, aldus het CBS in een schriftelijke reactie.

CBS & T-Mobile pagina 10-11