De verwachtingen waren hoog, toen Wopke Hoekstra in december als lijsttrekker van het CDA werd gepresenteerd. De aanloop was rommelig, met een lijsttrekkersverkiezing die Hugo de Jonge met nog geen driehonderd stemmen verschil won van Pieter Omtzigt, en met blijvende onvrede in de partij over De Jonge, die in december terugtrad. Maar toen Hoekstra aantrad werd er opgelucht ademgehaald in de partijtop. Nu zou er rust komen. Duidelijkheid. En een overtuigende premierskandidaat die het op zou kunnen nemen tegen VVD-leider Mark Rutte. Al vrij snel was in de peilingen een lichte stijging te zien. In het CDA werd gesproken van het ‘Wopke-effect’.
Drie maanden later en vlak voor de Tweede Kamerverkiezingen is de stemming in het CDA omgeslagen – en de peilingen ook. De partij staat nu op 16 tot 18 zetels. De campagne gaat niet zoals gehoopt, het lukt Wopke Hoekstra nog niet om de verwachtingen waar te maken. En nu daalt het CDA juist in de Peilingwijzer, een gewogen gemiddelde van de peilingen door I&O Research, Ipsos en Kantar.
De momenten waarop het CDA het nieuws domineerde gingen niet over ideeën of plannen, maar over incidenten met en uitspraken door Hoekstra. In het begin van de campagne ging Hoekstra met Sven Kramer schaatsen in sporthal Thialf – tegen de coronamaatregelen van het kabinet in. Hoekstra moest daar toen, overal waar hij kwam, steeds weer excuses voor maken. Vorige week zei hij dat hij de WW in wil korten, van twee naar één jaar. In het AD en De Telegraaf, belangrijke kranten voor het CDA omdat ze veel gelezen worden door hun kiezers, verschenen brieven van lezers die het een slecht idee vonden. Hoekstra werd er daarna steeds weer naar gevraagd en moest overal uitleggen dat de maatregel onderdeel was van een groter plan met meer maatregelen.
Zo moet de CDA-campagne reageren op, rechttrekken en verduidelijken van wat eerder niet goed ging of onduidelijk was.
Wat is er aan de hand in het CDA? Het lukt Wopke Hoekstra niet om een momentum te creëren, zeggen CDA’ers. Niet wrijven in een vlek, luidt het aloude, bekende adagium van Jack de Vries, de oud-spindoctor van Jan Peter Balkenende. Dat is, zeggen CDA’ers, precies wat Hoekstra wel doet. In de partij klinkt de angst ook dat het een zelfversterkend effect krijgt en dat de manier waarop de campagne nu loopt Hoekstra alleen maar afleidt.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2021/03/data68284764-995624.jpg)
Niet goed uit de verf
Heel veel momenten om de campagne nog naar zijn hand te zetten heeft Hoekstra ook niet meer. Woensdag was hij te gast in Nieuwsuur, waar hij al na een paar minuten aan het vertellen was wat hij zélf niet goed had gedaan in de campagne. „Er hadden dingen, ook door mij, anders gemoeten.” Over zijn WW-plan zei Hoekstra: „Ik heb zelf voor onrust gezorgd.”
Hij heeft nog twee grote televisiedebatten om het grote publiek te bereiken. En juist in die debatten lukt het Hoekstra tot nu toe niet om goed uit de verf te komen. In het eerste tv-debat, van RTL, werd hij door kijkers in een onderzoek als laagst gewaardeerd van alle deelnemers.
Deze week stond Hoekstra vijftig minuten lang tegenover GroenLinks-leider Jesse Klaver in een tv-debat dat geleid werd door Jeroen Pauw. Beide partijen mochten twee stellingen indienen. Het lukte Hoekstra niet om de regie in het gesprek naar zich toe te trekken, ook niet bij zijn eigen onderwerpen. In een debat over het minimumloon had Hoekstra de cijfers niet paraat, hij wilde die na het debat uitzoeken, samen met Klaver. Pauw: „Dan moet hij met u uitzoeken wat er in úw verkiezingsprogramma staat?”
CDA’ers hadden er met buikpijn naar gekeken. En ook na dat debat bleek uit een flitspeiling van I&O Research dat Hoekstra als het minst overtuigend werd gezien door kijkers.
Omtzigt mist de inhoud
Er zijn CDA’ers, die net buiten het campagneteam en de top staan, die af en toe spelen met de gedachte: hoe was de campagne van het CDA verlopen als niet Wopke Hoekstra maar Pieter Omtzigt lijsttrekker was geweest? Als het aan Omtzigt ligt, zou het in ieder geval een inhoudelijker campagne zijn geweest. Vrijdagavond ging hij in een digitale bijeenkomst in gesprek met leden over het boek dat hij deze campagne schreef, over de Toeslagenaffaire en met voorstellen om Nederland beter te maken. Tegen de ruim tweehonderd mensen die meekeken en vragen mochten stellen, zei Omtzigt dat hij inhoud miste in de campagne. „In deze verkiezingen zie ik erg weinig plannen van politici op tafel liggen.’’ Hij had gehoopt dat er een gesprek zou ontstaan in de verkiezingstijd over de voorstellen in zijn boek: over de rechtsstaat en hoe die „gerepareerd’’ moet worden en over het belang van tegenmacht.
Dat wil nog niet echt lukken – ook niet in de campagne van het CDA. Omtzigt, die vermoeid is en wat gas terug heeft genomen, zit niet in het campagneteam. Hoekstra begint meestal pas over zijn populaire nummer 2 als anderen hem ernaar vragen. En ook andersom geldt dat Omtzigt maar weinig aandacht schenkt aan de partijplannen of de lijsttrekker.
Dat is goed te zien op Twitter, Omtzigt is daar erg actief. Maar tussen al die honderden berichten is één grote afwezige: de nummer 1 van het CDA, lijsttrekker Wopke Hoekstra. Pas na lang scrollen, anderhalve maand terug in de tijd, is er sporadisch een berichtje over een mediaoptreden van Hoekstra terug te vinden.
De sociale media van Omtzigt staan wel vol met berichten over zijn boek, over het belang van tegenmacht, over wanneer hij waar signeert. Hij deelt posters die hij zelf liet ontwerpen, niet in de huisstijl van het CDA met grote foto’s van kandidaten die fel belicht zijn. Op de posters van Omtzigt staat zijn naam in hoofdletters en teksten als: „Óók voor de kleine man” en „Nieuw sociaal contract”. Het logo van het CDA staat er klein bij.