Het geld van de gemeenten raakt op, en dat gaat iedereen merken

Gemeentefinanciën Slechts twaalf gemeenten staan onder curatele, maar uit 336 toezichtbrieven blijkt dat vrijwel alle gemeenten financiële problemen hebben.

Geheel boven: sporen van achterstallig onderhoud op straat in Stadskanaal.
Geheel boven: sporen van achterstallig onderhoud op straat in Stadskanaal. Foto Kees van de Veen

Speeltuinen, bibliotheken, zwembaden, de muziekschool en het enige theater in de regio. Johan Hamster, wethouder Financiën (ChristenUnie) van Stadskanaal, bezuinigt al tien jaar „op alles wat los en vast zit”. Ook over de eigen ambtenaren en het welzijnswerk is de kaasschaaf gegaan, vertelt hij. Alleen door de lasten voor inwoners te verzwaren, lukte het de gemeente voorzieningen open te houden.

Tot dit jaar. Na 18 miljoen euro aan bezuinigingen in de afgelopen tien jaar moet de gemeente dit jaar nóg eens 7 miljoen bezuinigen. Het ging de gemeenteraad te ver. De raadsleden willen Stadskanaal niet „kapotbezuinigen”. Dus besloten ze een niet-sluitende begroting in te leveren bij de provincie. „Als we voorzieningen eenmaal sluiten, komen ze niet meer terug”, zegt wethouder Hamster.

Niet alleen voor de ‘Knoalsters’ (de inwoners van Stadskanaal) zijn de financiële problemen van hun gemeente inmiddels voelbaar. Zoetermeerders zien dat hun rozentuin niet meer door de gemeente wordt verzorgd. De wegen in Oost-Groningen zijn lange tijd niet onderhouden. In Den Helder geldt dat voor de straatverlichting, in het Gelderse Elburg voor de oude synagoge.

Sluimerende financiële crisis

Het zijn, zo zag NRC, de uiterlijke symptomen van een sluimerende financiële crisis op lokaal niveau. In vrijwel alle gemeenten zijn, ongeacht de politieke samenstelling van de colleges, de tekorten inmiddels zo hoog opgelopen dat de lucht uit begrotingen is verdwenen. Subsidies voor welzijns-, culturele en sportinstellingen zijn verdwenen, er is gekort op armoedebeleid, wijkgelden en essentiële taken als onderhoud en dienstverlening. En voelbaar voor veel inwoners: de lasten zijn tegelijkertijd omhooggegaan.

NRC las 336 toezichtbrieven die de provincies sturen in antwoord op de ingediende begrotingen van 2021-2024, en sprak met wethouders en gedeputeerden met de portefeuille Financiën. Van de 355 Nederlandse gemeentes werden er 19 niet meegeteld, omdat ze pas zijn gefuseerd of dat komend jaar doen. 12 gemeenten staan onder curatele, omdat zij hun begroting voor 2021 én hun meerjarenbegroting niet sluitend kregen. Maar uit de brieven blijkt dat een derde van de gemeenten geen sluitende begroting over 2021 kon inleveren.

Vrijwel alle overige gemeenten hebben moeten bezuinigen, hun reserves aangesproken of lasten verhoogd, of gaan dat doen om de komende vier jaar hun begrotingen sluitend te krijgen of te houden. Dat gaat, zo schrijven meerdere provincies, ten koste van investeringen. Zo schrijft een aantal: „Gemeenten zijn hierdoor steeds minder in staat om zich in te zetten voor grote maatschappelijke opgaven en urgente transities.”

Bijna zonder uitzondering wordt in de brieven gerept over „taakstellingen” en „ombuigingen”, eufemismen voor bezuinigingen. Zo lopen in Haarlem de bezuinigingen op tot 4 miljoen in 2024, in Heerlen is „net als voorgaande jaren met een stofkam door de begroting gegaan” en wordt dit jaar 8 miljoen bezuinigd en de komende vier jaar 20 miljoen euro. In Eemnes is de netto schuldquote (verhouding schuld en inkomsten) zo hoog dat de provincie Utrecht die als „risicovol” bestempelt. Den Haag heeft alle reserves ingezet en kan „toekomstige tegenvallers” niet meer compenseren.

„Weinig gemeenten staan onder curatele. Als je de foto bekijkt, lijkt het dus goed te gaan”, zegt de Zuid-Hollandse gedeputeerde Floor Vermeulen (VVD). „Maar in de film loopt het op een gevaar af: geen enkele gemeente in Zuid-Holland heeft nog vet op de botten en overal is met kunst- en-vliegwerk de begroting sluitend gemaakt.” „Het is niet minder dan een stille ramp”, zegt de Friese gedeputeerde Sander de Rouwe (CDA). „Het is geen catchy onderwerp. Het haalt het grote nieuws wel, maar pas als er heel veel voorzieningen verdwijnen, zoals het zwembad en de bibliotheek. Ik kan op een briefje meegeven dat dat over drie of vier jaar massaal gebeurt. Gemeenten raken alles kwijt.”

Oorzaak ligt in 2015

De oorzaak van de structurele tekorten ligt in 2015, toen gemeenten verantwoordelijk werden voor onder meer de jeugdzorg en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Juist daar zijn grote tekorten ontstaan, jaarlijks 1,7 miljard euro volgens een recent onderzoek in opdracht van het Rijk en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), omdat er tegelijkertijd door de rijksoverheid werd bezuinigd op het zorgbudget van gemeenten.

In veel van de 336 brieven staat iets over dit ‘sociaal domein’: hogere lasten dan begroot in Almere, toenemende kosten in het Limburgse Beekdaelen, bezuinigingen „elders nodig” vanwege stijgende kosten in Edam-Volendam, „post jeugdzorg” blijft zorgelijk in Utrechtse Heuvelrug.

Jon Herselman (VVD) uit het Zeeuwse Kapelle, de langstzittende wethouder van Nederland en accountant, rekent voor: „In 2017 hadden we in Zeeland op het sociaal domein een tekort van 17 miljoen euro, in 2019 56 miljoen per jaar. Het zal best dat het niet overal het beste is georganiseerd, maar het is kul dat het nergens goed is georganiseerd.”

Wethouder Hamster vertelt dat de begroting van Stadskanaal inmiddels voor meer dan 60 procent uit kosten voor het sociaal domein bestaat. „Terwijl we in 2013 een van de financieel gezondste gemeenten waren van de toen 23 Groningse gemeenten. Alle signalen stonden toen op groen, alle kerngetallen waren goed.”

Ligt de slechte financiële positie niet aan de gemeente zelf? Nee, zegt Hamster, „in de jaren erna zijn we geen rare projecten begonnen, hebben we niet gespeculeerd met grond of megalomane projecten opgestart. Als je er zelf een potje van maakt, dan moet je ook op de blaren zitten. Maar dat is hier niet aan de hand.”

Zo urgent zijn volgens lokale bestuurders hun structurele financiële problemen, dat ze vorige zomer demonstreerden bij het Binnenhof, zeldzaam voor wethouders en burgemeesters. Minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken, D66) zei toen eerst een beter beeld te willen krijgen. Inmiddels onderhandelen gemeenten en Rijk over de vraag of er geld bij moet.

Over drie of vier jaar verdwijnt het zwembad of de bibliotheek

Sander de Rouwe (CDA) gedeputeerde

Lees ook over gemeentelijke financiën: De verschraling is in Zwijndrecht al ingezet

Gedeputeerde IJzebrand Rijzebol uit Groningen (CDA) vindt het „de hoogste tijd dat de minister gaat happen in plaats van alleen zeggen dat ze gaat onderzoeken. Als zij een betere methode heeft om gemeenten gezond te maken, wie ben ik dan om dat tegen te spreken? Maar ik heb geen plannen gehoord. D’r mot nou eens wat beweging in komen.” Als dat niet gebeurt, kunnen de gevolgen groot zijn. Tijdens een recente toespraak voor de VNG waarschuwde voorzitter Jan van Zanen, burgemeester van Den Haag: „Dan kunnen wij misschien zelfs geen rol meer spelen in het Klimaatakkoord. Dan kunnen wij de Omgevingswet niet uitvoeren.”

Voor nieuwe bankjes was in Stadskanaal nog geld.

Foto Kees van de Veen

Niet alleen meer geld nodig

Wijzen de gemeenten niet te makkelijk naar de minister? Zij bepalen immers zelf of er een sportcentrum moet komen, zij kunnen geld binnenhalen door de onroerendezaakbelasting of afvalstoffenheffing te verhogen. Nee, zegt Marc Rosier (VVD), wethouder in Zoetermeer, resoluut. „Nieuwe taken zijn onhaalbaar als de financiën niet eerst op orde zijn.” Meer geld is volgens hem niet de enige oplossing, er is ook een structuurwijziging nodig. Zo ziet hij bij de Wmo dat hij dat het Rijk een zogenoemd abonnementstarief instelde, waardoor iedereen een beroep kan doen op de gemeente voor bijvoorbeeld huishoudelijke hulp, ongeacht de hoogte van het inkomen. „Dat zorgde voor een aanzuigende werking.”

Lees ook dit artikel: Gemeenten verhogen belastingen huizenbezitters en afvalstofheffing

Terwijl gemeenten voormalige rijkstaken moesten uitvoeren, beperkt regelgeving van het Rijk de mogelijkheden eigen beleidskeuzes te maken, zeggen lokale bestuurders. De Zuid-Hollandse gedeputeerde Vermeulen heeft daar wel een metafoor voor: „Gemeenten kregen wel een boot, maar geen stuur en geen peddels. Succes ermee!”

Lees over het Gemeentefonds: Het platteland wil niet ‘bloeden’ voor de Randstad

Dit voorjaar beginnen de onderhandelingen over een herverdeling van het Gemeentefonds, waarmee het Rijk gemeenten voor 85 procent van hun inkomsten voorziet. Van het eerste concept zijn veel wethouders geschrokken: zo gaan 159 gemeenten, waaronder bijna alle in Friesland en Groningen en de vier grote steden, er vanaf 2023 financieel op achteruit. Een nu financieel gezonde gemeente als Heemstede zal volgens het voorstel 2,7 miljoen euro moeten inleveren, 73 euro per inwoner. „We zien de risico’s aankomen”, zegt wethouder Nicole Mulder (GroenLinks).

Kunstwerk in het centrum van Stadskanaal dat verwijst naar het turfverleden.

Foto Kees van de Veen

Spanningen in lokale politiek

Vrijwel alle politieke partijen zeggen in hun verkiezingsprogramma’s iets over het Gemeentefonds; de kans is dat er bij onderhandelingen voor een nieuw kabinet oog voor de financiële perikelen zal zijn. „Alle wethouders zullen zeggen dat de koek groter moet”, zegt wethouder Derk Reneman (VVD) in Hoogeveen. „Dat zeg ik ze na.”

Hij stelt voor, net als sommige anderen, de begroting voor het sociaal domein gelijk te schakelen met die van het ministerie van VWS, die jaarlijks een beetje groeit. „Dan is het realistisch.” Anders moeten gemeenten zelf meer belastingen kunnen heffen, waardoor hun inkomsten stijgen, zegt Reneman: „Het is van tweeën een: het Rijk komt met meer geld in het Gemeentefonds of de gemeente haalt meer uit de bevolking. Ik prefereer het eerste. Het tweede kost tijd, er wordt al dertig jaar discussie over gevoerd.”

De Friese gedeputeerde De Rouwe ziet onderwijl dat de financiële problemen tot spanning leiden in colleges en gemeenteraden. „De wethouder moet uitleggen dat de belastingen omhooggaan, maar de voorzieningen worden teruggeschroefd. Wie wil dan nog wethouder worden? Wie wil elke keer de boodschap geven: we moeten het zwembad sluiten, we krijgen de bibliotheek niet rond?” Hetzelfde voorspelt wethouder Derk Reneman: „Gemeenten worden spookorganisaties. Het wordt beheren en saneren. Geen enkele politieke partij kan teruggaan naar de kiezer met de boodschap: dit kan ik voor je doen.”

Correctie (1 maart 2021): In een eerdere versie van dit artikel stond 118 in plaats van 120 Dat is hierboven aangepast.