‘Shells verlies is een overwinning voor de hele Nigerdelta’

Oliewinning in Nigeria Shell moet Nigeriaanse boeren een schadevergoeding betalen. De uitspraak van het Haagse hof schept een precedent, vinden zij. „Het is als een wonder.”

Nigeriaanse boeren onder wie Eric Dooh (rechts) zitten in 2012 in de rechtbank voor aanvang van de rechtszaak van Milieudefensie tegen Shell.
Nigeriaanse boeren onder wie Eric Dooh (rechts) zitten in 2012 in de rechtbank voor aanvang van de rechtszaak van Milieudefensie tegen Shell. Foto Robin Utrecht

De vorige keer dat hij zijn geborduurde fez droeg was twee jaar geleden, bij de begrafenis van een traditionele leider. Op de laatste vrijdag van januari zette Eric Dooh het tweehonderd jaar oude erfstuk echter weer op. Via Zoom zou hij de uitspraak van het Haagse gerechtshof in hoger beroep volgen, in de zaak die zijn vader en drie andere boeren uit de Nigerdelta in 2008 waren begonnen tegen Shell, ondersteund door Milieudefensie. Tientallen hectares van hun landbouwgrond en visvijvers zijn onbruikbaar geworden door olie uit pijpleidingen van Shell.

In een hotel in ‘oliestad’ Port Harcourt, hoorden betrokkenen die dag dat het bedrijf aansprakelijk is voor de gevolgen van de olielekken die drie van de vier boeren had getroffen, en hun een schadevergoeding moet betalen. Het hof komt later nog met een uitspraak over de vierde boer. Vanaf dat moment had hij geen dag rust, vertelt Dooh een week later. „Uit de hele Nigerdelta, uit alle deelstaten, kreeg ik felicitaties en berichten.”

Het feest ging enkele avonden later door op zijn erf in het dorp Gokana. De familie Dooh verhuisde daarheen nadat hun dorp Goi onbewoonbaar werd door de olievervuiling. „Het was geweldig”, zegt Dooh. „Dorpelingen vroegen ‘ben jij het echt, die van Shell gewonnen heeft?’ Dat iemand als ik dit kan bereiken, dit precedent van wereldklasse, is als een wonder. Het is een overwinning voor de hele Nigerdelta.”

Men vroeg ‘ben jij het echt, die van Shell won?’

Eric Dooh , zoon van overleden eiser

Toen er zo’n tweehonderd bezoekers op zijn erf zaten, riep Dooh zijn voorouders aan. Het werd muisstil terwijl hij met brandy een plengoffer bracht en de namen van zeven voorvaderen declameerde, die van zijn vader als laatste. Deze had hem vlak voor zijn dood in 2012 gezegd de moed niet op te geven. Lees ook: ‘Shell breekt belofte om troep op te ruimen’„Ik vertelde hem dat zijn optimisme over de zaak terecht was.”

‘Unieke uitspraak’

Al even verheugd is Chima Williams, advocaat en directeur van Environmental Rights Action (ERA), de Nigeriaanse zusterorganisatie van Milieudefensie. Met zijn toenmalige Milieudefensiecollega’s benaderde hij de vier boeren in 2007 en 2008, om de zaak in Nederland voor te bereiden. Het was belangrijk dat ze uit drie verschillende deelstaten uit de Nigerdelta kwamen, als symbool voor decennia van olievervuiling in de hele delta. Uit dit gebied, zo groot als de Benelux, haalt Shell het leeuwendeel van de één miljoen vaten die het dagelijks in Nigeria oppompt.

De uitspraak noemt Williams om vele redenen uniek. Zo wordt het olieconcern aansprakelijk gesteld voor schade die „niet genoemde” slachtoffers leden. „Zo’n tienduizend anderen zijn ook slachtoffer geworden van de drie olielekken”, zegt hij. „Zij kunnen ook een vergoeding claimen, mits ze de geleden schade onderbouwen.”

Lees ook: Naar Nigeriaanse standaarden was dit een prima oliedeal

Even uniek is dat het hof Shell opdraagt de pijpleiding bij het dorp Oruma te voorzien van een modern ‘lekdetectiesysteem’, zodat olietoevoer tijdig kan worden gestaakt. „Dit moet een precedent scheppen, zodat álle pijpleidingen in de Nigerdelta zo’n systeem krijgen en olievervuiling tot het verleden gaat behoren.”

Hoeveel pijpleidingen zo’n systeem al hebben, wil Shell niet zeggen. Evenmin wil het bedrijf antwoorden op andere vragen gerelateerd aan pijpleidingen in Nigeria. Volgens cijfers van Shell zelf heeft het bedrijf tussen 2011 en 2020 zo’n 1.330 kilometer aan pijpleidingen vervangen in de Nigerdelta, die nu vermoedelijk over zo’n systeem beschikken. Maar dat is slechts een klein deel van de zesduizend kilometer pijpleidingen die Shell beheert in de Nigerdelta.

Dertien jaar

Ferdinand Giadom, geoloog van de universiteit van Port Harcourt, verwacht niet dat Shell zijn leven zal beteren door de uitspraak. Sinds 2010 doet hij onderzoek naar de olievervuiling in de Nigerdelta, onder meer voor VN-milieuorganisatie UNEP. Shell zelf legt de schuld voor de vervuiling in de Nigerdelta steevast bij dieven die olie aftappen uit de leidingen, zegt hij. Volgens recente Shell-cijfers zouden die verantwoordelijk zijn voor 156 van de 163 olielekken in pijpleidingen in 2019 in de Nigerdelta.

„In 2014 besprak ik allerlei scenario’s met Shell om de pijpleidingen beter te bewaken: werk met drones, fotografeer de oliedieven, zet satellieten in. Zorg dat je veiligheidspersoneel zijn werk beter doet. Ik heb er nooit meer iets van gehoord. Nu breken dieven een pijpleiding open op twintig meter afstand van waar een beveiliger zit. Je gaat bijna geloven dat de oliebedrijven belang hebben bij de status quo.”

De zaak van Milieudefensie en de boeren duurde dertien jaar, waarbij twee van de eisers zijn overleden. De hoogte van de schadevergoeding moet nog worden bepaald. Shell kan nog in cassatie gaan bij de Hoge Raad. Die procedure heeft echter geen schorsende werking op de uitspraak van het hof, er wordt dan alleen gekeken of het Nederlandse recht juist is toegepast.

James Oguru (28) uit Oruma, de jongste van de tien kinderen van eiser Fidelis Ayoro, hoopt dat als de vergoeding rond komt het ‘goede leven’ kan worden hervat uit de tijd vóór de vervuiling, toen de visvijvers en bananenplantages van zijn familie floreerden. Dan kan hij het collegeld betalen om zijn master filosofie te halen „en misschien te promoveren”. Voor nu heeft de operatie aan de ogen van zijn vader, die zo goed als blind is, de hoogste prioriteit. „Dat konden we tot nu toe niet betalen.”

Eric Dooh rekent op compensatie van al die jaren aan gederfde inkomsten van het bedrijf van zijn vader, die dertig man personeel in dienst had bij zijn bakkerij, kippenfokkerij en vier visvijvers. „Als ik het geld heb, en alle olie is opgeruimd, ga ik het hele bedrijf in Goi opnieuw opbouwen. Maar wel met dijkjes van beton in plaats van wallen van modder rond de visvijvers. Zodat als er weer olie heen stroomt via de kreken, ik ze gemakkelijker kan schoonspoelen.”