Online onderwijs heeft weinig invloed op de cijfers en voortgang van studenten, maar wel op hun humeur en motivatie. Dat blijkt uit onderzoek van ResearchNed onder twaalfduizend studenten aan hogescholen en universiteiten, in opdracht van studentenorganisatie ISO.
Het ISO wilde weten wat studenten vinden van online onderwijs dat nu al bijna een jaar de dagelijkse praktijk is. Verschillende universiteiten en hogescholen houden de voortgang en stemming van hun studenten bij, maar een groot landelijk onderzoek ontbrak tot nu toe.
Uit het onderzoek, dat donderdag verschijnt, blijkt dat een op de drie studenten aan universiteiten het afgelopen jaar helemaal geen fysiek onderwijs heeft gevolgd. Gemiddeld volgen de meeste studenten, aan zowel hogescholen als universiteiten, ruim 70 procent van hun colleges online.
Vinden ze dat prettig? Nou, nee: bijna 80 procent wil dolgraag meer fysiek onderwijs. Toch zijn studenten ook positief over de online lessen. „Ik ben blij met de vrijheid die het onderwijs op afstand mij geeft”, zegt een van de studenten. „Het onderwijs op afstand zorgt ervoor dat ik mij goed kan focussen op de leerstof en het maakwerk én niet afgeleid ben door andere leerlingen.” Een ander: „Online onderwijs is anders, maar daardoor niet minder van kwaliteit. Net zoals bij fysiek onderwijs, het draait allemaal om je eigen inzet.”
Eenderde van de ondervraagde studenten zou ook na de coronacrisis nog wel (deels) afstandsonderwijs willen volgen.
Eenzaamheid groot probleem
Het grootste probleem van online onderwijs is de eenzaamheid die ermee gepaard gaat: ruim dertig procent van de studenten voelt zich vaak eenzaam, kampt met motivatieproblemen en kan zich nauwelijks concentreren. De onderzoekers van ResearchNed leggen een direct verband tussen de hoeveelheid online onderwijs en de mate van welbevinden. Anders gezegd: hoe meer online colleges, hoe eenzamer en ongemotiveerder de student.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/12/data65807547-33cb83.jpg)
Dahran Çoban, voorzitter van het ISO, noemt de uitkomsten zorgelijk. „Er zijn studenten die niemand zien en hele dagen alleen naar zichzelf kijken in teams.” Het ISO gaat een eigen ‘routekaart’ maken om studenten meer perspectief te bieden, zegt Çoban. „Het hoger onderwijs ontbreekt tot nu toe volledig in de persconferenties en routekaarten van het kabinet. Er wordt wel veel gesproken over jongeren en onderwijs, maar dan gaat het altijd over het basisonderwijs. Dat is absurd! De nood onder studenten is te hoog. We kunnen niet langer achteraan in de rij staan.”