Mijn politieke val was ‘mini-staatsgreep’, zegt Richard de Mos

Boek Het corruptieonderzoek naar de Haagse ex-wethouder Richard de Mos begon met een tip over horecavergunningen die gekocht zouden kunnen worden. Dat schrijft hij in zijn boek, dat maandag verschijnt.

Oud-wethouder Richard de Mos (Groep de Mos/Hart voor Den Haag) gaat in een nieuw boek de verdenkingen tegen hem puntsgewijs af.
Oud-wethouder Richard de Mos (Groep de Mos/Hart voor Den Haag) gaat in een nieuw boek de verdenkingen tegen hem puntsgewijs af. FotoSem van der Wal/ANP

Het is oktober 2018 en in een brasserie in het Haagse stadhuis heeft een ondernemer een afspraak gemaakt met Nino Davituliani, gemeenteraadslid van Groep de Mos. Hij heeft haar telefoonnummer gekregen van een restauranthouder, wiens vergunningsaanvraag net is afgewezen. Voor 15.000 euro zou te regelen zijn dat hij zijn sluitingstijden toch mag verruimen, met hulp van Davituliani en een ambtenaar.

Zo begint een onderzoek dat een jaar later zal leiden tot een inval door de rijksrecherche bij twee wethouders van Groep de Mos, Richard de Mos en Rachid Guernaoui, en een doorzoeking van hun werkkamers en die van ambtenaren op het stadhuis. Het is een bom onder het Haagse college, waar Groep de Mos deel van uitmaakt: de twee wethouders worden verdacht van schending van het ambtsgeheim, corruptie, en deelname aan twee criminele organisaties. Davituliani wordt eveneens verdacht van deelneming aan criminele organisaties en van meineed.

Lees ook over het corruptieonderzoek: De verstrengelde belangen van Richard de Mos

Mijn verhaal

In zijn boek Mijn verhaal, dat maandag verschijnt, gaat de Haagse politicus Richard de Mos puntsgewijs alle verdenkingen af. Het boek is een publieke verdediging, met voorwoord van zijn advocaat Peter Plasman. Het staat vol details uit het strafdossier die niet eerder bekend waren, en citeert uitvoerig uit de verhoren van andere verdachten en getuigen in de zaak.

Eind dit jaar zal het strafrechtelijk onderzoek waarschijnlijk zijn afgerond. De Mos, die na zijn val terugkeerde als raadslid, wil meedoen aan de Tweede Kamerverkiezingen. Code Oranje, de partij waarvan hij lijsttrekker is en advocaat Plasman als tweede op de kandidatenlijst staat, heeft genoeg ondersteuningsverklaringen binnen en levert die maandag in bij de Kiesraad, de laatste stap om mee te kunnen doen aan de verkiezingen in maart.

90.000 euro aan donaties

In het boek staat dat een aantal van omkoping verdachte horeca- en vastgoedondernemers in totaal meer dan 90.000 euro doneerde aan Groep de Mos, een veel hoger bedrag aan omstreden betalingen dan tot nu toe bekend was.

De grootste donateur is de Haagse projectontwikkelaar Dennis Buis, die in twee tranches meer dan 50.000 euro overmaakt. Edwin Jansen en Michel Zaadhof van NU Projectontwikkeling betalen facturen voor promotiefilmpjes en het verbeteren van de website van de partij, in totaal meer dan 11.000 euro. En Atilla Akyol van zalencentrum Opera pakt het bonnetje op voor advertorials in huis-aan-huiskranten, à 32.000 euro.

Lees ook: Hoe Richard de Mos het mes aan drie kanten liet snijden

Volgens de rijksrecherche is er sprake van omkoping, omdat deze ondernemers in ruil hiervoor gunsten en informatie van De Mos hebben gekregen. De politicus zelf schrijft: „Opkomen voor de stad, haar inwoners en verder afgepeld het opkomen voor je kiezers en donateurs, iets wat in veel andere landen heel gewoon is, is in het kleinburgerlijke Nederland op eieren lopen.”

Over de beschuldigingen tegen Nino Davituliani schrijft hij dat ze bij de ontmoeting in de brasserie zou hebben gezegd dat er „niks te regelen is”. Ze verwees de ondernemer door naar haar partner Erding Akyol omdat die horeca-ervaring heeft. Erding en diens broer Atilla worden daarna afgeluisterd, waarna ook De Mos en Guernaoui in beeld komen bij het corruptieonderzoek.

‘Klankborden’

Corruptie noemt De Mos onbewezen, wellicht zijn er „vermeende onregelmatigheden waar een voorzitter van pak ‘m beet FC Bal op Dak zijn bed niet voor uitkomt”. Schending van het ambtsgeheim was volgens hem „klankborden” met een groep bevriende ondernemers: „Anders dan gevestigde partijen, had ik niet of nauwelijks kaderleden, met het bijbehorende netwerk, waarmee ik kon klankborden.”

En cliëntelisme? Volgens hem is de ombudspolitiek die hij voorstaat door andere Haagse partijen overgenomen. En volgens hem zijn alle besluiten, bijvoorbeeld die over nachtvergunningen, door het hele college genomen: „Besluitvorming, als dat er al was, gebeurde in collegiaal bestuur.”

De Mos ziet het rijksrechercheonderzoek voornamelijk als een politieke afrekening. „Een mini-staatsgreep”, schrijft hij een aantal keer. „De groei van Groep de Mos moest worden geremd. Toen dat niet lukte, is geprobeerd mijn partij een kopje kleiner te maken.” En: „Dossiers zijn zo verdraaid dat mij, mede met behulp van zogeheten ‘anonieme stadshuisbronnen’, de zwartepiet toegespeeld kon worden.”

Vreugdevuren

Hij suggereert verder dat de timing van de inval te maken had met het onderzoek naar de uit de hand gelopen vreugdevuren, dat enkele dagen later zou verschijnen en waardoor de positie van toenmalig burgemeester Pauline Krikke (VVD) wankelde. Volgens De Mos liet hij de VVD-fractievoorzitter de avond voor de inval weten dat zijn fractie Krikke zou laten vallen. Al maanden daarvoor waren hij en andere hoofdrolspelers afgeluisterd door de rijksrecherche.

Tegelijk suggereert De Mos dat Krikke al sinds 2018 wist van het onderzoek naar in elk geval Davituliani. Krikke zegt na de inval in het stadhuis – zo blijkt uit haar verhoor dat De Mos citeert – niet op de hoogte te zijn van het corruptieonderzoek.