Mogelijk verbod op ultra-rechtse groepen

Militant rechts Canada ziet hoe ultra-rechts wordt geïnspireerd vanuit de VS. Het parlement wil actie. Ook Frankrijk onderzoekt verbod van een ultra-rechtse beweging.

Aanhangers van Proud Boys, vorig jaar oktober in Florida bij campagne ‘Make America Great Again’.
Aanhangers van Proud Boys, vorig jaar oktober in Florida bij campagne ‘Make America Great Again’. Foto Ricardo Arduengo/AFP

De nog steeds toenemende zorgen in westerse samenlevingen over geweld uit extreem-rechtse hoek beginnen zich te vertalen in pogingen om ultrarechtse groeperingen te verbieden.

Dinsdag werd bekend dat de Franse minister van Binnenlandse Zaken, Gérald Darmanin, laat onderzoeken of Génération Identitaire bij wet verboden kan worden. Een dag eerder nam het Canadese Lagerhuis unaniem een motie aan waarin men opriep de Proud Boys tot terreurgroep te bestempelen. Ook in Canada gaat het nog slechts om een intentieverklaring; de regering bepaalt uiteindelijk of dat ook gebeurt.

In de VS jagen de FBI en andere ordediensten intensief op de bestormers van het Capitool. Woensdag gaf het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Veiligheid een officiële waarschuwing af voor het groeiend risico van aanvallen door „ideologisch gemotiveerde gewelddadige extremisten” die zich „gesterkt” zouden voelen door de bestorming. Zulke waarschuwingen worden doorgaans afgegeven voor buitenlandse dreigingen.

De wereld wacht af hoe Biden de sterk gegroeide invloed van ultrarechtse stromingen in het land wil terugdringen. De zichtbaarheid van Amerikaanse extremisten in de mondiale media maakt ze immers tot inspiratiebron voor geestverwanten elders. Bidens voorganger Trump negeerde steevast waarschuwingen van ordediensten over geweldsdreiging uit deze hoek, en riep na zijn verkiezingsverlies steeds minder verhuld op tot ordeverstoring.

De Proud Boys in Canada zullen, als zij op de terreurlijst komen, onder hetzelfde regime vallen als Al-Qaida, Boko Haram, Hezbollah en IS, benevens twee neo-nazinetwerken: Blood & Honour en Combat 18. Financiële tegoeden van deze groepen zijn bevroren en doneren eraan is strafbaar.

De aankondiging van Darmanin in Frankrijk kwam na een actie vorige week in de Pyreneeën, waarbij een dertigtal militanten symbolisch patrouilleerde om de komst van migranten vanuit Spanje te ontmoedigen.

Het ultrarechtse Génération Identitaire stamt uit 2012 en leunt dicht aan tegen de partij Rassemblement National van Marine Le Pen. Het viel tot nu toe vooral op door vigilante-achtige acties tegen de islam en migratie.

In 2018 voerde Génération Identitaire al eens actie in de Alpen op de grens met Italië. Toen werden twee helikopters en een vliegtuigje ingezet. Drie leden zijn achteraf tot zes maanden celstraf veroordeeld wegens het zich voordoen als ordehandhavers; in december 2020 werden zij in beroep vrijgesproken.

Bij de actie vorige week filmden militanten zichzelf terwijl zij in terreinwagens, uitgedost met vlaggen met de slogan ‘Defend Europe’ erop, door de Haute-Garonne reden. Op sociale media werd opgemerkt dat de video gelijkenissen vertoont met die van Islamitische Staat. Eén gebruiker zette er zelfs jihadistische muziek onder.

Darmanin noemde de actie ‘schofferend’ en laat zijn inlichtingendiensten nu een dossier aanleggen om het verbieden van de groep juridisch te onderbouwen. Dat was in 2019 al eens geprobeerd maar strandde op juridische bezwaren. Hoewel Génération Identitaire tot nu toe geen fysiek geweld pleegde, ondermijnt de groep volgens Darmanin het staatsgezag.

De motie is het gevolg van de bestorming van het Capitool in Canada’s buurland, op 6 januari. Groepen als Oath Keepers en Proud Boys namen daaraan deel, nadat deze laatsten eerder berucht werden door straatgevechten met aanhangers van de amorfe linkse beweging Antifa bij de Black Lives Matter-protesten in de VS afgelopen zomer. Als hun oprichter geldt de Brits-Canadees Gavin McInnes. De Ieden zeggen zich genoodzaakt te voelen „westerse waarden” desnoods met geweld te verdedigen.

Zuiderburen

Ultrarechtse groepen als de Proud Boys zijn zich afgelopen jaren ook in Canada meer gaan roeren onder invloed van de zuiderburen. Volgens de Canadese criminologe Barbara Perry zou het aantal ‘haatgroepen’ er sinds 2015 zijn verdubbeld tot 130. In de dagen rond de bestorming van het Capitool in Washington gingen Trumpaanhangers ook in Canada de straat op, zij het in heel kleine aantallen. In december riep de presentator van podcast Freedom Free for All, de zelfverklaarde racist Adam Blainey, op tot ‘oorlog tegen de staat’ en het ‘doden van de verraders’ in de regering-Trudeau.

Pal na de bestorming van het Capitool kwam Biden met een felle veroordeling: „Het was een rellende meute. Opstandelingen. Binnenlandse terroristen. Zo basaal is het. Zo simpel.” In zijn inauguratierede vorige week sprak de president over „de opkomst van politiek extremisme, white supremacy, binnenlands terrorisme, waarmee we de confrontatie moeten aangaan en dat we zullen verslaan”.

Termen als deze ontbraken in de waarschuwing van Homeland Security, wellicht een teken dat de regering beseft hoe tactisch zij te werk moet gaan. ‘Binnenlands terrorisme’ is in de VS geen juridische grond voor vervolging, vrijheid van meningsuiting een groot goed. En de aanpak van deze binnenlandse dreiging is bij voorbaat politiek dynamiet, door de soms nauwe ideologische verwantschap tussen militant rechts en de machtigste Republikeinse kringen van politiek en media.

De Canadese minister van Binnenlandse Veiligheid Bill Blair leek ook met dit probleem te worstelen toen hij tegenover een tv-zender het belang van goede bewijsvoering benadrukte: „De beslissing om welke organisatie dan ook tot terroristische entiteit te bestempelen, wordt gebaseerd op inlichtingen en bewijs dat verzameld wordt door onze nationale veiligheidsdiensten. Het stempel terrorisme is geen politieke exercitie.”