Opinie

Aanpassen aan klimaatverandering kost tijd, dus we moeten opschieten

Klimaatadaptatie Volgende week wordt in Nederland een (grotendeels digitale) klimaattop gehouden over klimaatadaptatie. We kunnen ons gelukkig aanpassen, stelt onderzoeker Marjolijn Haasnoot maar we hebben geen tijd te verliezen.
De ‘zandmotor’ voor de kust van den Haag in 2018, waar nu regelmatig zand wordt opgespoten
De ‘zandmotor’ voor de kust van den Haag in 2018, waar nu regelmatig zand wordt opgespoten Foto Michiel Wijnbergh

Klimaatverandering is niet meer een verre toekomst, maar is nu al zichtbaar. Denk aan de droge zomers, bosbranden, het temperatuurrecord van 40 graden in Nederland of de 38 graden boven de poolcirkel. Om klimaatveranderingen te beperken moeten we wereldwijd hard aan de slag. Ook als we niet op de meest dramatische klimaatverandering afstevenen, is aanpassing nodig, vooral aan de stijging van de zeespiegel.

Want ook als de temperatuur gestabiliseerd is, blijft de zeespiegelstijging nog eeuwen doorgaan. Het smelten van de ijskappen van Antarctica en Groenland, een belangrijke bron daarvan, gaat nog honderden jaren door. Een temperatuurstijging van 1 graad betekent 2,5 meter zeespiegelstijging over honderden jaren.

Gelukkig zijn er allerlei mogelijkheden om ons aan te passen en komen er steeds meer beschikbaar. Nederland staat er wereldwijd om bekend. Wij hebben immers al eeuwen ervaring. Niet alleen met harde infrastructurele werken, zoals de Deltawerken en de Afsluitdijk, maar ook steeds meer met oplossingen waar we meebewegen met de natuur zoals de zandmotor. Hier wordt gebruik gemaakt van de waterstroming om de kust te onderhouden en mee te laten groeien met zeespiegelstijging. Of met de aanleg van wetlands voor een dijk of kering, waardoor vegetatie de golven afremt.

Lees ook: dit blog over zeespiegelstijging van klimaatwetenschapper Peter Kuipers Munneke

Nederland bereidt zich voor en past zich aan, met een adaptief plan dat geïmplementeerd en bijgesteld wordt afhankelijk van hoe snel de zeespiegel stijgt. Maar doen we dat snel genoeg? Adaptatie kost tijd; voor het maken van (gedragen) plannen en voor het realiseren daarvan. Voor het ontwerpen en bouwen van de Deltawerken was in totaal zo’n dertig jaar nodig. De Oosterscheldekering werd gebouwd in zestien jaar.

Hoogwaterbescherming

Op dit moment wordt ongeveer 25 kilometer dijk per jaar aangepakt om in 2050 de nieuwe norm voor de hoogwaterbescherming uit 2015 te halen. De deltacommissaris riep onlangs op dat een versnelling nodig is om de benodigde 1.000 kilometer dijk aan te pakken. Nederland telt zo’n 3.100 km dijk die bij een verdergaande klimaatverandering moet worden aangepakt. We hebben inmiddels veel geleerd, maar de opgave waar we voor staan is groot, veel groter dan in het verleden, door de grotere en snellere klimaatverandering.

Daarom moeten we de beschikbare tijd nu al gaan gebruiken voor experimenteren met nieuwe maatregelen, bijvoorbeeld met het op grotere schaal toepassen van natuurlijke maatregelen en een zouttolerante landbouw. Dat biedt niet alleen winst voor waterveiligheid en zoetwaterschikbaarheid, maar ook voor recreatie en natuur.

In de tussentijd staat de wereld niet stil. Wereldwijd groeit de bevolking en trekken steeds meer mensen naar de kust, ook in Nederland zien we een trek naar de Randstad. Dat vraagt ruimte voor wonen en werken. De nu geplande investeringen in duurzame energie, woningbouw, weg- en waterbouw hebben vaak een lange levensduur en trekken weer nieuwe mogelijkheden aan. Zo bepalen beslissingen die we nu nemen, de toekomst.

Overtollig rivierwater

Daarin is ruimte nodig voor het aanpassen van duinen, keringen en dijken en zoetwaterberging doordat er meer te beschermen valt, terwijl de zeespiegel ook nog stijgt en de vraag naar zoet water toeneemt. Ruimte is ook nodig voor het bergen van overtollig rivierwater dat bij een stijgende zeespiegel steeds moeilijker naar zee kan afstromen. Vanwege de lange levensduur, moeten we bij beslissingen over nieuwe ontwikkelingen zoals wonen, werken, energietransitie, de klimaatverandering en de zeespiegelstijging nu al meenemen.

Dat betekent flexibele maatregelen en investeringen, en niet meer bouwen op kwetsbare, laaggelegen locaties. Zo zetten we Nederland niet verder op slot, maar gebruiken we deze nieuwe ontwikkelingen als een kans voor een transitie naar een klimaatbestendig land.

Het goede nieuws is: er is veel mogelijk en we hebben nog tijd. Maar geen zeeën van tijd!

Marjolijn Haasnoot, wetenschapper klimaatadaptatie en water bij de Universiteit Utrecht en kennisinstituut Deltares, ontwikkelde een adaptieve aanpak om voor te bereiden op onzekere klimaatverandering. Ze is een van de hoofdauteurs van het 6de assessment van het IPCC.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.