Onderzoek: ‘Financiële positie gemeenten onhoudbaar’

Gemeentefinanciën Accountantskantoor BDO bekeek de jaarrekeningen van alle 355 gemeenten. De tekorten lopen op. „De situatie is onhoudbaar.”

Veel gemeenten hebben bezuinigd, onder meer op sportvoorzieningen zoals zwembaden. IJsbaan Sportiom in Den Bosch is dicht door de coronamaatregelen.
Veel gemeenten hebben bezuinigd, onder meer op sportvoorzieningen zoals zwembaden. IJsbaan Sportiom in Den Bosch is dicht door de coronamaatregelen. Foto Merlin Daleman Merlin Daleman

Een op de vijf gemeenten heeft zo weinig financiële buffers dat ze in de categorie ‘meest risicovol’ vallen. Die gemeenten hebben een solvabiliteit van minder dan 20 procent. Dat concludeert accountantskantoor BDO op basis van de jaarrekeningen over 2019 van alle 355 gemeenten en de begrotingen voor 2021. BDO noemt de situatie „onhoudbaar”.

Volgens de accountants neemt het vermogen van gemeenten af en lopen de tekorten op naar verwachting op tot 1,3 miljard euro. Met als gevolg dat lokaal beleid verschraalt. „Het betekent voor de burger dat voorzieningen worden geschrapt: de huishoudelijke hulp, de subsidies aan culturele instellingen en sportclubs. Dat ga je merken”, zegt Rob Bouman, partner bij BDO.

Omdat gemeenten wettelijk verplicht zijn een sluitende begroting bij de provincie in te leveren, staan er weinig gemeenten daadwerkelijk rood en onder verscherpt financieel toezicht. Maar de accountants concluderen dat dit onder meer komt omdat is ingeteerd op het vermogen en er wordt bezuinigd. „Al drie jaar op rij zien we de solvabiliteit teruglopen”, aldus Bouman.

Volgens hem is „de financiële rek” eruit. „Ik loop lang mee, maar zo lastig om de begrotingen sluitend te krijgen, heb ik niet eerder gezien”, zei Bouman.

Lees ook over de gemeentefinanciën: De verschraling is in Zwijndrecht al ingezet

Gemeentefonds

Gemeenten waarschuwen zelf al enige tijd voor hun precaire financiële situatie, vorig jaar demonstreerden wethouders van Financiën nog bij het Binnenhof. Zo’n 85 procent van de gemeentelijke inkomsten komt uit het Gemeentefonds, een per jaar variërend bedrag dat afhangt van de uitgaven van het Rijk: gaan die omhoog, dan is de pot voor de gemeenten ook beter gevuld. Als halverwege het jaar blijkt dat het Rijk toch minder uitgeeft, wordt de bijdrage voor de gemeenten ook verlaagd. Die methodiek maakt het lastig begroten, zeggen gemeenten.

Bovendien kregen zij in 2015 extra taken erbij, zoals de jeugdzorg, de schuldhulpverlening en de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). De veronderstelling was dat gemeenten die taken efficiënter konden inrichten en zij kregen daarom een kleiner budget dan voorheen beschikbaar was. Maar, ziet BDO, dat sociaal domein drukt zwaar op de begrotingen van gemeenten: zestien gemeenten besteden zelfs meer dan 50 procent van hun begroting eraan.

Woonlasten

Gemeenten hebben weinig mogelijkheden om extra inkomsten binnen te halen: de meeste eigen grond is al verkocht en gemeentelijke belastingen zijn al vaak verhoogd. De gemeentelijke woonlasten stijgen overal sneller dan de inflatie, zag vorige week het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lage Overheden (COELO) van de Rijksuniversiteit Groningen. De afvalstoffenheffing stijgt met 9,1 procent, de ozb met 5,2 procent.

Ook de schulden groeien, ziet BDO. „Een stukje schuld is niet zo erg, als het bedoeld is om een brug te bouwen. Maar als het wordt gebruikt om structurele tekorten te dekken, is de situatie niet houdbaar”, aldus Bouman.

Lees ook: Voor gemeenten is het virus één kostenpost te veel

De coronacrisis raakt eveneens de gemeentelijke financiën, zegt BDO. Gemeenten geven meer uit, onder meer aan handhaving en steunmaatregelen voor zzp’ers, ondernemers en sportverenigingen en culturele instellingen. Het Rijk zal die kosten compenseren, maar de accountants denken dat de effecten van de crisis op lange termijn zichtbaar zullen blijven, bijvoorbeeld door meer inwoners die in de bijstand komen.