De EU is deze week het middelpunt van de tech-wereld. Niet vanwege een baanbrekende nieuwe dienst, maar vanwege vergaande voorstellen voor regulering van sociale media, zoekmachines en online marktplaatsen.
Twee nieuwe wetten geven wetgevers en gebruikers meer grip op bedrijven als Amazon, Apple, Facebook en Google, techreuzen die zo groot en alomtegenwoordig zijn dat ze ongrijpbaar lijken voor bestaande wetgeving.
De Digital Services Act (DSA) dwingt grote platforms om illegale en schadelijke inhoud snel te verwijderen en gebruikers inzicht te geven in de manier waarop algoritmes aanbevelingen voorschotelen. Bedrijven moeten hun data beschikbaar stellen voor wetenschappelijk onderzoek en hun systemen toegankelijk maken voor externe controles.
De Digital Markets Acts (DMA) hakt er economisch het hardst in; het bevoordelen van eigen producten in zoekmachines, downloadwinkels of webwinkels is volgens het wetsvoorstel verboden. De strengste regels gelden voor de grootste bedrijven. Die grens tussen groot en klein ligt volgens de voorstellen bij 6,5 miljard euro jaaromzet en 45 miljoen maandelijkse gebruikers.
Amerikanen zijn dan ook geneigd Europese regulering af te doen als digitaal protectionisme. Aan de andere kant: dat doen de VS net zo goed, door hun markt af te schermen voor Chinese internetbedrijven als Tencent en Bytedance (TikTok). Ook in de VS is behoefte aan regulering en zullen de voorstellen van de EU op zijn minst als inspiratiebron kunnen dienen.
De regels gaan volgens belangenorganisaties en progressieve partijen nog niet ver genoeg. Het Europese Parlement (EP) zal vermoedelijk aandringen op nog strengere regels. Ook de lidstaten gaan hierover, via de Europese Raad, met elkaar in gesprek – inclusief meer ‘techvriendelijke’ landen als Ierland en Luxemburg. Dan volgt, na onderhandelingen tussen EP en raad, een uiteindelijke beslissing.
De wet zal naar verwachting in 2023 in werking treden. Maar dan moeten de voorstellen wel ongeschonden door het uitgebreide besluitproces komen, en alle bijbehorende lobbyprocessen overleven.
Wat zijn de reacties?
Consumentenorganisaties
Monique Goyens, directeur van de koepelorganisatie voor Europese consumentenorganisaties BEUC: „Het is teleurstellend dat online marktplaatsen in bepaalde gevallen niet aansprakelijk worden gesteld voor schade toegebracht aan consumenten. Deze diensten zijn geen neutrale doorgeefluiken, dus moeten ze meer verantwoordelijkheid krijgen. Consumenten willen adequate bescherming, of ze nu online of in de winkelstraten winkelen. Het is onaanvaardbaar dat platforms doorgaan met het toestaan, verspreiden en profiteren van onveilige autostoeltjes voor kinderen die worden verkocht in e-shops, neprecensies op sociale mediasites en oplichtingsadvertenties in zoekmachines.”
Rejo Zenger, beleidsadviseur voor burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom: „Het is juist goed dat internetbedrijven gevrijwaard blijven van juridische aansprakelijkheid voor wat gebruikers plaatsen. Dat betekent dat ze niet voortdurend mee hoeven te kijken met wat hun gebruikers plaatsen, en moeten afwegen of het door de beugel kan. Dat komt de privacy en vrijheid van meningsuiting ten goede.
„Toch mist het voorstel ambitie. Het is goed dat gebruikers meer inzicht krijgen in de manier waarop platforms berichten en advertenties voorschotelen. Maar deze toegenomen transparantie helpt niet bij het breken van de macht van de grote techbedrijven. Als het gaat om de bescherming van onze rechtsstaat en het publieke debat, dan zouden we geholpen zijn met een diverser online landschap. Daar doet de Commissie helaas weinig aan.”
De Autoriteit Consument & Markt (ACM): „We vinden de voorstellen een goede aanvulling op het bestaande instrumentarium. Er komen mogelijkheden om vooraf aan grote (poortwachters)platforms bindende regels op te leggen voordat er onherstelbare schade aan de markt wordt toegebracht. Grote platforms hebben ook grote verantwoordelijkheid om eerlijk te handelen en moeten hun maatschappelijke rol serieus nemen. Daarom zijn we tevreden met de verplichtingen waar grote platforms aan moeten voldoen om de markten goed te laten werken. Zo wordt misbruik voorkomen.”
Techbedrijven
Facebook: „Wij geloven dat de Digital Services Act en de Digital Markets Act op de juiste weg zijn om het goede van het internet te behouden. We verwelkomen EU-regelgeving voor schadelijke en illegale online content. We steunen ook regels die innovatie stimuleren, concurrentie mogelijk maken en het welzijn van de consument beschermen. We hopen dat de DMA ook grenzen zal stellen voor Apple. Apple heeft de regie over een heel ecosysteem, van apparaten tot apps en de App Store, en gebruikt zijn macht om ontwikkelaars, consumenten en grote platforms als Facebook te benadelen.”
Google: „We zijn bezorgd dat de voorstellen van de Commissie specifiek gericht lijken te zijn tegen een handvol bedrijven en het moeilijker maken om nieuwe producten te ontwikkelen ter ondersteuning van kleine bedrijven in Europa. We zullen blijven pleiten voor nieuwe regels die innovatie ondersteunen, verantwoordelijkheid vergroten en economisch herstel bevorderen ten voordele van Europese consumenten en bedrijven.”
Amazon: „We delen de ambitie van de Europese Commissie om grenzen tussen markten te verwijderen zodat consumenten en bedrijven volledige toegang hebben tot één Europese markt, zowel online als offline. We investeerden in de EU vorig jaar 2,2 miljard euro in logistieke diensten en personeel om onze 150.000 Europese verkooppartners te ondersteunen. Dat levert de EU tientallen miljarden omzet en honderdduizenden banen op.”
Techleap, belangenorganisatie voor Nederlandse startups: „Het is goed dat de voorstellen rekening houden met de omvang van bedrijven. Goed dat de gelimiteerde aansprakelijkheid gehandhaafd blijft en er geen verplichting tot monitoring is opgenomen. De wet moet er niet toe leiden dat innovatie en groei onaantrekkelijk gemaakt worden binnen de EU. Er zijn nog weinig grote platforms in Europa, maar die willen we wel.”
Politici
Europarlementariër Paul Tang (PvdA): „Het is goed dat er meer duidelijkheid komt over hoe tijdlijnen en zoekresultaten tot stand komen, en dat de grote platforms meer openheid moeten geven over de werking van hun algoritmes en advertenties. Maar dat verandert de structuur van de markt niet, en dat is nu juist nodig. Deze bedrijven zijn groter dan veel landen en die marktmacht gaat ten koste van de keuze voor consumenten, de mediapluriformiteit en het recht op privacy. Het is ook jammer dat de Commissie het voorstel van het Europees Parlement om gepersonaliseerde advertenties te verbieden niet heeft overgenomen. Daar blijven we voor strijden. Het zou ook mooi zijn als er een knop komt waarmee je kan aangeven geen gepersonaliseerde advertenties te willen ontvangen, een soort digitaal bel-me-niet-register.”
Europarlementariër Liesje Schreinemacher (VVD): „Ik vind het juist goed dat er geen verbod op gepersonaliseerde advertenties komt. De keuze moet bij de gebruiker zelf liggen. Denk aan de bonuskaart van Albert Heijn; die is ook gepersonaliseerd, maar heel veel mensen zijn er blij mee. Ik ben wel voorstander van een knop om gepersonaliseerde advertenties uit te zetten. Ik ben ook blij met de verbeterde online consumentenbescherming. Zo moeten handelaren buiten de EU nu altijd een wettelijke vertegenwoordiger aanwijzen. Dat betekent dat je niet meer in het duister tast als een product dat je op een Chinese marktplaats hebt besteld, niet wordt geleverd.”
Europarlementariër Kim van Sparrentak (GroenLinks): „Voor het eerst zorgt wetgeving ervoor dat de grote platforms niet meer vogelvrij zijn, en in dat opzicht is het voorstel van de Commissie revolutionair. Mensen staan straks niet meer met lege handen als ze content kwijtraken of online bedreigd worden. Ook de strengere regels voor platforms, als het gaat om het delen van data met handhavers, gaat veel impact hebben op onze maatschappij. Zo kunnen steden illegale verhuurders op Airbnb aanpakken. Op andere gebieden gaat het voorstel niet ver genoeg. Deze platforms belonen polarisatie omdat extreme berichten onze aandacht langer vasthouden. Dat is een gevaar voor de democratie, maar de Commissie laat deze unieke kans liggen en om daar iets aan te doen.”
Staatssecretaris van Economische Zaken Mona Keijzer (CDA): „De EU-voorstellen verbeteren de moraal van de markt en stellen kaders aan spelers van buiten én binnen de EU. Wel is ruimte voor maatwerk noodzakelijk om die doelen daadwerkelijk te bereiken en op snelle veranderingen te kunnen inspringen. Bijvoorbeeld door strenger toezicht en vooraf ingrijpen bij grote platforms met een poortwachtersfunctie. De effectiviteit daarvan zit in een aanpak per geval door gericht in te grijpen bij de grootste spelers. We willen nieuwe toetreders of voordelen van platforms niet belemmeren door onnodig te reguleren. Alleen zo zorgen we voor een goede balans tussen innovatie, consumentenbescherming en bescherming van kleine ondernemers.”
Specialisten
Hoogleraar Informatierecht Joris van Hoboken (Vrije Universiteit Brussel): „Ik had een modernisering verwacht van de juridische aansprakelijkheid van internetdiensten. Online ‘tussenpersonen’ blijven gevrijwaard van aansprakelijkheid voor wat gebruikers plaatsen. Ik had op zijn minst verwacht dat de Commissie met gerichter beleid zou komen. Door bijvoorbeeld specifieke regels op te stellen voor zoekmachines of sociale media. Het valt ook op dat de Commissie strenge eisen stelt aan transparantie, maar dat is eigenlijk een heel lichte vorm van regulering. Het zou kunnen dat de commissie de waarde van transparantie-eisen overschat. Verder ben ik blij dat platforms datasets beschikbaar moeten stellen aan gecertificeerde wetenschappers. Alleen door onderzoek te doen, kunnen we de echte impact van deze bedrijven op de samenleving meten. Ik maak me wel zorgen dat de bedrijven nog steeds veel controle houden over de data die ze vrijgeven.”
Marc Wiggers en Robin Struijlaart, advocaten Loyens & Loeff: „Dit is een aardverschuiving op het gebied van mededingingsrecht. Het grote verschil is dat er nieuwe regels zijn, die direct gelden en waarop toezicht kan worden gehouden. Als je bedrijf een bepaalde omvang heeft, moet je jezelf melden bij de Europese Commissie en je aan die regels houden. Een stevig pakket, dat ook ruimte biedt voor opknippen van een bedrijf. Het is maar de vraag of dat laatste zin heeft: wie weet creëer je daarmee juist meerdere nieuwe monopolisten.”
Correctie (17 december 2020): In een eerdere versie van dit artikel stond dat Joris van Hoboken hoogleraar is aan de Universiteit van Amsterdam. Dat klopt niet. Van Hoboken is hoogleraar aan de Vrije Universiteit Brussel en als onderzoeker verbonden aan de UvA.