Ondanks de strenge duurzaamheidseisen die Nederland stelt aan uit de Baltische staten afkomstige biomassa, verdwijnen complete bomen en stukken kaalgekapt bos in Nederlandse energiecentrales. Die verstoken het Baltische hout om de Nederlandse energieproductie te verduurzamen.
Dit is dit weekeinde gebleken uit onderzoek van Platform voor onderzoeksjournalistiek Investico, onderzoeksprogramma Argos en het internationale onderzoekscollectief Money to Burn. Zij richten zich op de bedrijfsvoering van Graanul Invest uit Estland, ’s werelds op een na grootste producent van houtpellets, geperste houtkorrels.
Graanul Invest exporteerde vorig jaar voor ruim honderd miljoen euro korrels naar Nederland, die voorzien zijn van alle benodigde duurzaamheidscertificaten omdat het hout afkomstig zou zijn uit ‘onvermijdelijke reststromen’ van bosbeheer. De directie van Graanul en Estse topambtenaren zeggen tegen de onderzoeksjournalisten dat ook complete bomen en hout uit kleine percelen ‘kaalkap’ tot de ‘onvermijdelijke reststromen’ behoren. Daardoor voldoet het Estse hout aan de Nederlandse subsidiecriteria.
Maar volgens Estse en Letse natuurorganisaties leidt de export van houtkorrels uit de Baltische staten tot kaalslag van hun bossen. In een rapport dat het Estse Fund for Nature (ELF) en de Letse vogelstichting LOB begin december publiceerden staat onder meer dat er ook hout uit Europees beschermde bossen die onderdeel zijn van het Natura 2000-netwerk in de korrels belandt.
In de twee landen sneuvelt er jaarlijks, aldus de opstellers van het rapport, een bos ter grootte van de gemeente Amsterdam voor de productie van de duurzame korrels. Per saldo heeft de „intensieve bosbouw een belangrijke negatieve impact op het klimaat,” aldus ELF in het rapport.
De Estse natuurorganisatie heeft onder meer kritiek op de wijze waarop de Nederlandse overheid haar duurzaamheidssubsidies voor geïmporteerde houtkorrels controleert. Daarbij vertrouwt Nederland op door biomassaproducenten als Graanul aangeleverde certificaten, zonder zelf bijvoorbeeld in Estland de bosbouw te controleren.
Subsidies biomassa
De Europese markt voor biomassa is de afgelopen jaren sterk gegroeid, aangejaagd door subsidies vanuit landen als Denemarken, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Alleen Nederlandse centrales kregen sinds 2013 al ruim 3,5 miljard subsidie toegekend voor het verstoken van biomassa, als milieuvriendelijk alternatief voor steenkool.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/11/kik58-afbeelding.jpg)
In politiek Den Haag woedt een hevige discussie over het zwaar gesubsidieerde bijstoken van biomassa in elektriciteitscentrales. De bijstook, die aan de Europese regels voldoet, levert een belangrijke bijdrage aan de klimaatdoelen van het kabinet.
Maar volgens critici – binnen en buiten de Kamer – is het gebruik van biomassa zoals de houtkorrels uit Estland uiteindelijk juist slecht voor het milieu. Het kabinet zou niet alle wereldwijde effecten, zoals de ontbossing in de Baltische staten, in haar berekeningen meenemen. De Sociaal-Economische Raad adviseerde het kabinet eerder dit jaar om de subsidies op biomassa uit houtkorrels af te bouwen en in te zetten op alternatieven.