Rijke landen staan toch vooraan bij verdeling vaccins

Vaccindistributie Rijke en arme landen beloofden samen op te trekken bij de verdeling van coronavaccins. Maar daar komt nog weinig van terecht.

In het Italiaanse Anagni worden tests gedaan met het vullen van flesjes met het vaccin van Oxford University en Astrazeneca.
In het Italiaanse Anagni worden tests gedaan met het vullen van flesjes met het vaccin van Oxford University en Astrazeneca. Foto Vincenzo Pinto/AFP

Het is wel het belangrijkste multilaterale project sinds het Klimaatakkoord van Parijs genoemd: de samenwerking van rijke en arme landen in de strijd tegen Covid-19. De pandemie dooft immers pas als ook in arme landen op grote schaal gevaccineerd wordt. Nu de eerste veelbelovende vaccins in zicht komen, rijst de vraag of die samenwerking in VN-verband lukt?

Het korte antwoord: nog niet.

Voor behandeling en vaccinatie in landen met een laag of middeninkomen is volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) 38 miljard dollar nodig. Daarvan is pas een deel binnen.

Lees ook: ‘Nuttige fout’ AstraZeneca vergroot verwarring rondom coronavaccin

De WHO hoopt volgend jaar 2 miljard vaccindoses in arme landen te distribueren, maar heeft pas een afspraak voor de levering van 200 miljoen doses (te leveren door AstraZeneca of Novavax) en een principeafspraak voor nog eens 200 miljoen (met Sanofi), aldus een woordvoerder. Ter vergelijking: de EU kocht 1.305 miljoen doses, waarvan 50,8 miljoen voor Nederland.

WHO-directeur Tedros Adhanom Ghebreyesus zei dat arme landen „niet vertrapt [mogen] worden in de stormloop” op het vaccin. Het is niet de vraag „of de wereld het zich kan veroorloven om te delen, maar of de wereld zich kan veroorloven niet te delen”.

Het felbegeerde vaccin is inzet van een internationale wedloop die de geopolitieke verhouding van dit moment weerspiegelt. Het vaccin-initiatief van de WHO moet het in eerste instantie vooral hebben van de EU en enkele democratische bondgenoten als het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Zuid-Korea en Japan.

China en Rusland behoorden niet tot de geldschieters van het eerste uur, maar zijn wel van belang op de markt. Ze ontwikkelden eigen vaccins en gebruiken ze bij het onderhouden van bilaterale betrekkingen. Het Chinese vaccin gaat onder andere naar landen in de regio, bijvoorbeeld Maleisië en Indonesië. Rusland zegt voor het Sputnik V-vaccin vooruitbestellingen uit vijftig landen te hebben ontvangen , onder andere uit EU-lidstaat Hongarije.

De presidenten Xi en Poetin hebben het belang van samenwerking onderstreept. „We zullen onze beloften nakomen, hulp en ondersteuning bieden aan ontwikkelingslanden en hard werken om van vaccins een publiek goed te maken dat burgers van alle landen kunnen gebruiken en kunnen betalen”, zei Xi vorige week. Poetin zei dat „Rusland, natuurlijk, bereid is om behoeftige landen te voorzien van vaccins”.

Inspanningen schieten tekort

De Verenigde Staten staan nog aan de zijlijn. De VS investeerden onder president Trump snel grote bedragen in vaccinonderzoek, maar Trump stapte juist uit de WHO omdat hij vond dat de organisatie aan de leiband van China loopt.

De verwachting is wel dat de regering-Biden snel zal terugkeren in de WHO. Gezondheidseconoom Gavin Yamey van Duke University gaat ervan uit dat de VS dan ook zullen deelnemen aan het WHO-mechanisme voor vaccindistributie.

Om te garanderen dat rijk en arm de lasten zouden delen werd in april een nieuw multilateraal samenwerkingsverband opgezet, de ACT-Accelerator. Initiatiefnemers Frankrijk, EU en WHO hoopten dat rijke en arme landen samen zouden optrekken bij ontwikkeling, inkoop en distributie van vaccins, geneesmiddelen en testen. Maar de inspanningen schieten nog tekort. Amerikaans onderzoek laat zien dat het weleens tot 2024 kan duren voordat arme landen gevaccineerd zijn.

Volgens Tedros is nog dit jaar 4,3 miljard dollar nodig voor de Accelerator en volgend jaar nog eens 23,8 miljard dollar. Gaat dat geld er ook komen?

Lees ook: Spanje en Duitsland pakken ‘het grote prikken’ snel en voortvarend aan

„Ik ben tamelijk pessimistisch”, zegt Katri Bertram, een Finse econoom die eerder bij de Wereldbank werkte en nu in Berlijn een forum over internationale ontwikkeling leidt. „Uiteindelijk zal de wereld de pandemie onder controle krijgen. Maar dat gaat jaren duren. Het doel om volgend jaar twee miljard mensen in arme landen te vaccineren is niet erg realistisch.”

De vaccinafdeling van de ‘Accelerator’ heet Covax en wordt geleid door onder andere de WHO en Gavi, een organisatie die zich toelegt op de aanschaf en distributie van vaccins. Gavi, zegt Bertram, heeft een goede internationale reputatie, maar simpelweg niet genoeg geld.

Bij Covax hebben zich 97 landen aangesloten die de vaccins voor hun eigen bevolking betalen en 92 landen die ondersteuning nodig hebben. Covax koopt, aldus het plan, voor beide groepen vaccins in. Rijke landen betalen vooruit en krijgen in eerste instantie vaccins voor 20 procent van hun bevolking. De vaccins voor arme landen worden betaald uit ontwikkelingshulp die hier speciaal voor bestemd wordt. Arme landen krijgen de vaccins op hetzelfde moment en volgens een verdelingsmechanisme van de WHO.

Rijke landen hebben beloofd voor 4,8 miljard dollar vaccins te kopen via Covax en 5 miljard ingelegd voor de Accelerator.

Maar rijke landen hebben ook de productiecapaciteit van een aantal veelbelovende vaccins opgekocht – in eerste instantie voor zichzelf. Volgens Bertram is 90 procent van de productie opgekocht door rijke landen. Volgens onderzoek van Duke University hadden rijke landen begin oktober 3,8 miljard doses besteld met een optie op nog eens vijf miljard.

„De ambitieuze poging om een wereldwijd systeem op te zetten voor gelijkwaardige vaccinatie wordt door een handvol landen ondermijnd”

Rijke landen kunnen hun bevolking volledig vaccineren, sommige zelfs een aantal keren, voordat arme landen aan de beurt zijn. „De ambitieuze poging om een wereldwijd systeem op te zetten voor gelijkwaardige vaccinatie wordt door een handvol landen ondermijnd”, schrijft onderzoekster Elina Urli Hodges op de site van Duke’s Global Health Institute.

Bondskanselier Merkel maakt zich zorgen. Volgens haar is het probleem niet alleen gebrek aan fondsen, maar zet Gavi ze ook niet in. „We zullen nu met Gavi praten over het begin van die onderhandelingen, want ik maak me enigszins zorgen dat er nog niets is gedaan. Het belangrijkste is nu dat Covax het geld gebruikt om met fabrikanten te onderhandelen.”

Op de vraag wat Gavi zegt als Merkel belt, stelt een woordvoerder: „Hoewel er al heel wat is gepresteerd, moet er nog veel meer gedaan worden.” Ze wijst er per mail op dat in zeven maanden een organisatie op touw is gezet waarbij 189 landen zijn aangesloten, dat startkapitaal van 2 miljard dollar voor arme landen op tafel kwam, dat er afspraken zijn voor honderden miljoenen doses en dat er voortdurend onderhandeld wordt met donorlanden en fabrikanten. Nieuwe deals liggen in het verschiet.

Te snel in het zonnetje gezet

Volgens het Amerikaanse onderzoek had niet één arm land direct een vaccin besteld bij een van de fabrikanten. Wel vinden gesprekken plaats om een deel van de vaccins die rijke landen hebben besteld door te schuiven naar arme landen, nadat rijke landen een deel van hun eigen bevolking hebben gevaccineerd. Nederland is dat bijvoorbeeld van plan. Sommige landen, zoals India en Brazilië, hebben bovendien zelf een grote productiecapaciteit voor vaccins en zouden – op papier – inmiddels genoeg vaccins voor de helft van de bevolking hebben veiliggesteld. Andere landen, zoals Peru, krijgen vaccins omdat die er op grote schaal getest worden.

„Iedereen wijst met het vingertje naar het Amerika van Trump, maar doet intussen zelf ook niet genoeg”

De kosten van mondiale vaccinatie zijn een schijntje van de economische kosten van de pandemie. Waarom heeft de WHO het dan toch zo moeilijk?

Volgens Bertram durven veel politici zich niet sterk te maken voor andere landen als de vaccinatie van de eigen bevolking nog niet rond is. „Dat geldt ook voor Europa. Iedereen wijst met het vingertje naar het Amerika van Trump, maar doet intussen zelf ook niet genoeg.”

Lees ook: Tot nu toe geen kneusjes tussen vaccinkandidaten

Internationale organisaties hebben bovendien de fout gemaakt potentiële gelddonoren te snel in het zonnetje te zetten, zegt ze. Daardoor neemt de druk op de donor af. „Iedereen in de internationale fondsenwerving weet dat je pas lof moet geven als de handtekening is gezet”, zegt Bertram. De WHO, maar ook de EU, zegt ze, „doet het in verklaringen voorkomen alsof er enorme prestaties zijn neergezet, terwijl dat niet zo is”.

Daarnaast is ook niet transparant wat er gebeurt. „Als niet doorzichtig is welke afspraken gemaakt zijn, kan ook niemand in actie komen.” Het is opvallend dat kleine ngo’s en het publiek in de vaccindiscussie voor arme landen afwezig zijn. „Normaal is er een heel netwerk van organisaties dat zich achter een fondsenwervingsactie schaart. Zo ontstaat druk op overheden die niet meedoen, maar kunnen overheden die wel meedoen ook op steun rekenen. Nu is er straf noch beloning voor politici.”