Reportage

Angst en onzekerheid tijdens herdenkingsceremonie op Franse scholen

Op scholen in heel Frankrijk werd maandagochtend de brute moord op leraar Samuel Paty herdacht. De eerste schooldag na de herfstvakantie zal veel docenten nog lang heugen.

De Franse premier Jean Castex (midden) en de Franse minister van Onderwijs Jean-Michel Blanquer (rechts naar Castex) wonen een herdenkingsceremonie bij op een school in de Parijse voorstad Conflans Sainte-Honorine. Paty werd onthoofd in deze voorstad door een achttienjarige jongen van Tsjetsjeense afkomst.
De Franse premier Jean Castex (midden) en de Franse minister van Onderwijs Jean-Michel Blanquer (rechts naar Castex) wonen een herdenkingsceremonie bij op een school in de Parijse voorstad Conflans Sainte-Honorine. Paty werd onthoofd in deze voorstad door een achttienjarige jongen van Tsjetsjeense afkomst. Foto Thomas Coex/AFP

Het is maandagochtend even voor elven wanneer schooldirecteur Stéphanie Plessier zich opstelt tussen basketbalveld en pingpongtafel. De zon schijnt fel op het schoolplein van het Collège François Cazes, omzoomd door de hoge toppen van de Franse Pyreneeën. Er klinkt een zachte, klaaglijke zucht bij de ongeveer honderd scholieren die op het plein staan wanneer Plessier, staand onder de Franse vlag, begint met het voorlezen van de ‘Brief aan alle leerkrachten’ van de beroemde Franse socialist Jean Jaurès.

De tekst, waarin wordt gewezen op het belang van docenten bij het ontwikkelen van democratische waarden bij kinderen, is een verplicht onderdeel van de herdenking deze maandag, op alle scholen in Frankrijk, van de brute moord op geschiedenisdocent Samuel Paty twee weken geleden in een voorstad van Parijs. Na het voorlezen van de brief volgt een minuut stilte, kinderen aan de ene kant, docenten aan de andere. Aan de rand van het schoolplein kijken vijf politieagenten vanaf hun motoren toe. Ze zijn er wegens de terreurdreiging na de aanslag. „Een aanslag is hier net zo reëel als elders”, zegt een van hen na afloop van de ceremonie. Hij wijst op de aanslagen in de Zuid-Franse steden Toulouse en Montauban in 2012. Daarbij kwamen in totaal zeven personen om het leven, onder wie drie kinderen die werden doodgeschoten bij een joodse school.

Tijd om bij te komen heeft de schooldirecteur tijdens de net afgelopen herfstvakantie niet gehad. „Ik ben de hele week op school geweest”, vertelt ze in haar kantoor vlak voor de ceremonie. Niet alleen om het verplichte eerbetoon te organiseren, maar ook om de naleving van de mondkapjesplicht in goede banen leiden, die als onderdeel van de vorige week afgekondigde lockdown voor alle scholieren vanaf zes jaar geldt.

Voorafgaand aan de ceremonie is er op school gepraat over de aanslag, is er uitgelegd dat het moeilijk is geworden voor leraren, „dat we allemaal diep zijn geraakt door de aanslag”, zegt Plessier. „Daarna hebben we de kinderen een moment gegeven om hun gevoelens op te schrijven. Aan de hand daarvan gaan we kijken hoe we als school antwoorden kunnen geven op vragen en emoties van leerlingen en proberen hun gevoel van veiligheid op school te versterken”. Net als op andere scholen in Frankrijk zal de hele maand november ook op het Collège François Cazes in het teken staan van laïcité, vrijheid van meningsuiting en de waarden van de Franse Republiek.

Grote onzekerheid

Deze eerste schooldag na de herfstvakantie zal docenten in heel Frankrijk nog lang heugen. De brute onthoofding van hun collega twee weken geleden, gevolgd door aanslagen in Nice en Lyon, heeft onder Franse docenten tot grote onzekerheid geleid over de risico’s van hun beroep. Hoe gaan zij het gesprek erover aan in de klas? Zijn zijzelf nog wel veilig? Wat kunnen ze wel en niet zeggen tegen leerlingen en ouders?

Daarbovenop kwam afgelopen week de plotselinge corona-lockdown in Frankrijk, waarna de regering besloot het eerbetoon te beperken. Dat zorgde ervoor dat de onrust onder docenten verder groeide – zeker op kleinere scholen waar onvoldoende ruimte bleek voor één gezamenlijk stiltemoment mét de verplichte sociale afstand. Het verzoek aan docenten om de ceremonie dan maar alleen in de klas te houden, leidde tot verontwaardigde reacties. „Onbegrijpelijk”, zei Frédérique Rolet van lerarenvakbond SNES-FSU dit weekeinde tegen radiozender France Inter.

Plessier beseft dat zij het makkelijker heeft dan haar collega’s in de grote steden, niet alleen dankzij de aanwezigheid van een groot schoolplein en veel frisse lucht. „We zijn maar een kleine school, met weinig kinderen met een islamitische achtergrond. De kinderen zijn hier geen nummer, als ze iets uithalen pak ik meteen mijn mobiel om hun moeder te bellen”.

Desondanks hebben ook docenten op het platteland grote zorgen over radicalisering, zegt ze. „Het is moeilijk voor de leraren om erover te praten, ze voelen zich geraakt in het diepst van hun missie. Tegelijk willen we niet dat kinderen als makke schaapjes alles maar absorberen wat rondgaat in de media. Ze moeten leren respect te hebben. Dat je het oneens kunt zijn met anderen, maar dat dit geen reden is om iemand te doden”.

Lees ook: ‘Veel laren zijn huiverig om het debat aan te gaan’