Opinie

Wil Europa welvaart, dan bezuinigt het niet op wetenschap

Begroting EU-geld voor wetenschap kan niet door nationale uitgaven vervangen worden, stellen , en .
Onderzoek naar nanomateriaal aan de TU Eindhoven.
Onderzoek naar nanomateriaal aan de TU Eindhoven. Foto Bart van Overbeeke/Hollandse Hoogte

In de onderhandelingen tussen het Europees Parlement, de Raad en de Europese Commissie over de EU-begroting voor de komende jaren staat de toekomst van het Europees wetenschappelijk onderzoek en hoger onderwijs op het spel. De besluiten die binnenkort in Brussel genomen worden, bepalen voor jaren onze toekomst, direct tot 2028 en indirect ook de periode erna.

Ons wetenschappelijk onderzoek werkt aan oplossingen die het hoofd moeten bieden aan de grote uitdagingen waarmee onze samenlevingen worden geconfronteerd, zoals klimaatverandering. We hebben onderzoek nodig om nieuwe ideeën te ontwikkelen voor digitalisering en kunstmatige intelligentie, om maar een paar kwesties te noemen. Van alle EU-export is 80 procent afhankelijk van technologiesectoren. De Europese landen spelen een leidende rol in kenniscreatie. Onze banen en onze welvaart zijn afhankelijk van technologische ontwikkeling die berust op een sterke basis van fundamentele en toegepaste wetenschap, en ook van vaardigheden zoals het kunnen oplossen van complexe problemen, kritisch kunnen denken en creatief zijn.

Concurreren met de VS en China

De Europese universiteiten zijn van wereldklasse. Om op het hoogste niveau actief te blijven moet er worden geïnvesteerd, ook gezien de geopolitieke ontwikkelingen. De Verenigde Staten gaan aan kop met investeringen in kennis en innovatie, en China nam in 2017 de tweede plaats over van de EU toen het 370 miljard euro investeerde, vergeleken met de 320 miljard euro van de EU. Die investeringen zijn zo belangrijk, omdat we daarmee technologische afhankelijkheden in de toekomst kunnen voorkomen. Technologische ontwikkelingen geven vorm aan de samenleving. Met wetenschap en onderzoek moeten wij ervoor zorgen dat onze democratische grondrechten en humanistische waarden van vrijheid, transparantie, privacy en open samenwerking gegarandeerd zijn en verder worden versterkt.

We zijn het zeer oneens met het besluit van onze regeringen om fors te snijden in de financiering van de Europese samenwerking op het gebied van onderwijs, onderzoek en innovatie. In juli kwam het tot een akkoord over het Europese coronaherstelfonds en daarbij werd het totale bedrag voor de meerjarenbegroting naar beneden bijgesteld. Het resultaat is dat de Europese programma’s voor mobiliteit van studenten, samenwerking tussen universiteiten, onderzoek en innovatie in totaal 16,9 miljard euro moeten inleveren, ten opzichte van het eerdere Commissievoorstel uit mei 2020.

Lees ook dit interview met hoogleraar Rens Bod: ‘Straks trekken wetenschappers weer aan het kortste eind’

De huidige kracht van ons ecosysteem voor wetenschap en innovatie rust op twee pijlers: een excellente nationale wetenschapsbasis in combinatie met intensieve Europese samenwerking. Dit leidt tot een optimale mix van concurrentie en samenwerking en maakt dat nieuwe kennis voor onze samenlevingen beschikbaar komt. Bezuinigingen in de Europese begroting kunnen dus niet worden gecompenseerd door nationale investeringen. Een voorbeeld: met de nieuw opgerichte samenwerkingsverbanden tussen Europese universiteiten willen de Europese Commissie en de EU-lidstaten de samenwerking tussen Europese universiteiten naar een hoger niveau tillen. De voorgenomen bezuinigingen op het Erasmus+-programma voor uitwisseling van studenten brengen de financiering van deze ambitieuze nieuwe netwerken in gevaar.

Investeren betekent groei

In een wereld die steeds complexer en internationaler wordt, en steeds sneller gaat, hebben we jonge mensen nodig die gedijen in een omgeving die vraagt om kritisch denken en de bereidheid om op Europees niveau en daarbuiten samen te werken. Studenten die het Erasmusprogramma hebben doorlopen zijn goed op deze uitdagingen voorbereid. Het programma geeft jongeren immers de kans hun horizon te verbreden, interculturele vaardigheden op te doen en hun persoonlijke ontwikkeling een impuls te geven. Zelfs met de eerder beoogde financiering zou in de komende zeven jaar voor slechts 5 procent van alle huidige studenten mobiliteit op Europees niveau zijn weggelegd. Met de geplande bezuinigingen wordt dat getal alleen maar kleiner.

Een studie van de wetenschappelijke dienst van de Europese Commissie wees uit dat elke euro die in Europees onderzoek wordt geïnvesteerd een extra groei van 13 euro genereert. Zou je zo’n investering weigeren en vervolgens beweren dat je daarmee geld hebt ‘bespaard’? Dat is precies wat onze regeringen doen door te willen bezuinigen op Europees onderwijs en onderzoek.

Als we het getal uit de studie aanhouden, zullen we als gevolg van dit beleidsvoornemen maar liefst 200 miljard euro aan economische waarde verliezen. Bezuinigingen leiden dus niet alleen tot meer technologische afhankelijkheid. Het zal ook steeds moeilijker worden om de maatschappelijke uitdagingen aan te pakken, de klimaatverandering te stoppen en de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling te behalen. Europa moet blijven voortbouwen op de kwaliteit en kracht van ons fundamenteel onderzoek als belangrijke bron van welvaart en cultuur op ons continent.

De beslissende onderhandelingen over de EU-begroting zijn nu aan de gang. Het is nog niet te laat om de koers te wijzigen. Wij doen daarom een klemmend beroep op onze regeringen om de ogen te openen voor de waarde van onderwijs, onderzoek en innovatie en samen met het Europees Parlement de voorgenomen bezuinigingen op onderzoek, onderwijs en innovatie terug te draaien.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.