Opinie

Met zuiverheidsverlangen komt de ongelijkheid

Maxim Februari

Water en zeep houden me al een tijdje bezig. Aan het begin van dit jaar boog ik me over parfum en de ongewassen onderklasse ten tijde van de Franse Revolutie. Daarna verdiepte ik me in zeep. En dat allemaal omdat ik al tijden gefascineerd ben door de deugd van de properheid. Of, anders gezegd, door zuiverheid als morele waarde.

Volgens de Amerikaanse sociaal-psycholoog Jonathan Haidt wordt zuiverheid van oorsprong gewaardeerd omdat je er besmettingen en ziektes mee voorkomt in de gemeenschap. Gaandeweg is zuiverheid een morele intuïtie geworden die de samenleving beschermt en het heilige eerbiedigt; een waarde met voornamelijk conservatieve signatuur.

Zuiverheid gaat dan over meer dan besmetting en zeep, de morele intuïtie hecht ook waarde aan het behoud van een traditionele cultuur, het huwelijk, de kerk. Linkse zuiverheid vind je hooguit op de voedselafdeling van de reformwinkel, suggereert Haidt.

Hoe het ook zit met dat rechts en dat links, feit is dat het progressieve Westen de fysieke angst voor het uitwisselen van lichaamssappen lange tijd heeft overgelaten aan meer behoudende culturen. Elkaar geen hand geven, gezichtsbedekking dragen, grenzen voor buitenstaanders gesloten houden: het is allemaal letterlijk en figuurlijk Berührungsangst. Dwaas, vond het progressieve Westen. Maar door corona gaat het nu op alle punten overstag.

Dat is interessant, omdat je kunt verwachten dat met de terugkeer van zuiverheidsmaatregelen ook iets gaat veranderen in de waarden van de samenleving als geheel. Een afname in infectieziektes heeft in culturen geleid tot een toename in gendergelijkheid, schreven Michael E. W. Varnum en Igor Grossman een paar jaar geleden in het tijdschrift Nature Human Behaviour. Hoe minder besmettelijkheid, hoe meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Waarom zou dat andersom niet zo zijn?

In streken met hoge sterftecijfers besluiten vrouwen al op jonge leeftijd veel kinderen te krijgen, bovendien hebben ze zorg voor zieke familieleden. Dat is een van de verklaringen voor de ongelijke verhoudingen in besmette gebieden. De andere verklaring is het opbloeien van de conservatieve moraal: de familiebanden worden sterker, de reserve jegens vreemdelingen neemt toe. Zuiverheid stijgt in de hiërarchie van waarden, gelijkheid zakt.

Dit jaar wijzen veel commentaren ons op de eenzaamheid die zal ontstaan door de nieuwe Berührungsangst, op ons eigen gebrek aan nabijheid en troost, onze eigen stress, de gevaren voor ons eigen immuunsysteem. Maar hoe zit het met de anderen? Het beeld dat we van hen hebben verschuift immers ook nu we bij ze uit de buurt moeten blijven. Het vertrouwen in ze neemt af; ze komen vreemd en onrein op ons over.

Het zuiverheidsverlangen neemt niet alleen toe in het lichamelijk contact, er is tegelijkertijd een groeiende behoefte aan sociale en morele zuiverheid, ook in progressieve kringen. Denk aan het identiteitsdenken, dat de eigen kring rigoureus afbakent van andere kringen, wat een behoudende en berührungsangstige reflex is. Denk aan de morele superioriteit van groepen die zo overtuigd zijn van hun eigen gelijk dat ze hun mening alleen nog geven met handschoenen aan en een gezichtsmasker op.

‘Onze eisen en argumenten staan niet ter discussie”, schreef een collectief toen het laatst een omstreden kunstwerk wilde laten verwijderen van het festival BredaPhoto. De initiatiefnemers van de actie wilden anoniem blijven en ze wilden niet in gesprek over de kwestie. Ze hadden immers gelijk, dus praten was niet nodig. Hun standpunt was helder, duidelijk, zuiver. „Our statement is clear.”

Morele zuiverheid, de behoefte aan een schoon geweten, anderen de maat nemen en zelf rein blijven: aan alle kanten zie je smetteloosheid opkomen als belangrijke waarde. En dan kun je wel tegenwerpen dat die ontwikkeling al gaande was voordat het virus ons besmette, maar je weet niet helemaal zeker of dat wel zo is. Misschien hing besmetting al in de lucht.

Gedragsonderzoeker Corey Fincher schreef in 2016 op de website Phys.org een reactie op het artikel van Varnum en Grossman over gendergelijkheid. Tegen de algemene trend in, schreef hij, lijkt de ongelijkheid hier en daar juist weer toe te nemen. De verkiezing van Trump kon wel eens een opleving betekenen van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen. „Misschien zien we later, als we terugkijken, een opleving van infectieziektes.”

Inderdaad, misschien is Trump een gevolg van het virus dat eraan zat te komen, misschien kondigde het stijgen van zuiverheid op de morele ladder de besmetting al aan. De vraag is nu: hoe zorgen we dat rechtvaardigheid en gelijkheid niet helemaal onderaan die ladder belanden?

Maxim Februari is jurist en schrijver, www.maximfebruari.nl.