Opinie

Jammer dat tot inkeer komen zo moeilijk is voor kerk in Staphorst

coronaregels

Commentaar

Wat maakt een kerk anders dan een theater? Dat wil zeggen: als het om coronaregels gaat. Waarom mogen er onder het coronaregime veel meer bezoekers in een kerkgebouw dan in een theaterzaal? De vraag speelde het afgelopen weekeinde in alle hevigheid nadat ook tot de Randstad was doorgedrongen dat in enkele religieuze enclaves massaal wordt gekerkt.

Steen des aanstoots is de Hersteld Hervormde Gemeente in Staphorst die sinds juli, toen de regels versoepeld werden, op zondagen drie keer per dag een kerkdienst organiseert voor telkens maximaal 600 leden. Een praktijk die afgelopen zondag, dus na de jongste aanscherping van de regels door het kabinet, werd gecontinueerd. De nieuwe beperkende maatregelen rond bezoekersaantallen golden immers niet voor religieuze bijeenkomsten, redeneerde het kerkbestuur van het Staphorster godshuis van de afgescheiden orthodoxe stroming in het protestantisme.

En zo was er de zoveelste corona-ongerijmdheid: de Hersteld Hervormde Gemeente in Staphorst die 600 van de 2.300 beschikbare plaatsen mag vullen en het Amsterdamse theater Carré dat niet meer dan 250 bezoekers mag toelaten in de 1756 stoelen tellende zaal aan de Amstel. Met nog als extra bijzonderheid dat de kerkgangers is toegestaan te zingen, een activiteit die eerder door deskundigen is aangemerkt als risicovol.

De tegenstrijdigheid is een perfecte illustratie van het land van minderheden dat tussen alle generieke regels heen probeert te schipperen. Dat kan niet anders dan leiden tot soms een aanvaring, zoals nu waarbij het ene deel van de samenleving zich achtergesteld voelt bij een ander deel. Voor het belijden van een godsdienst of levensovertuiging is op het gebied van bezoekersaantallen bij de coronaregels een uitzondering gemaakt omdat dit recht in de grondwet is verankerd.

Maar het recht is niet absoluut, zo bevestigde de Raad van State dit voorjaar nadat door een gezamenlijke motie van D66 en SGP (sic!) om opheldering was gevraagd. Er mogen zonder dat de grondwet wordt aangetast ook eisen worden gesteld vanwege het algemene volksgezondheidsbelang. De Raad van State kwam daarom met de „methode van de redelijke uitleg”. Deze houdt in dat een maximering van het aantal bezoekers niet kan worden beschouwd als een beperking van de vrijheid van godsdienst. Vandaar dat de beperking tot 30 kerkgangers in de eerste fase van de lockdown volgens de Raad van State legitiem was.

Wat een kerkbestuur zoals dat van de Hersteld Hervormde Gemeente in Staphorst kwalijk mag worden genomen is dat het zelf het begrip redelijke uitleg in het geheel niet heeft gehanteerd. Vanaf 1 juli na het vieren van de teugels is voor de uiterste variant gegaan door de kerk open te stellen voor maximaal 600 gelovigen per keer. Dat wijst niet op een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Vervolgens die eigen regels ongemoeid laten nadat het kabinet vorige week besloot vanwege het toenemend aantal besmettingen de samenkomstregelingen aan te scherpen, wijst op blindheid.

In allerijl georganiseerd overleg tussen minister Ferd Grapperhaus (Veiligheid en Justitie, CDA) en het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken heeft er maandag toe geleid dat de Nederlandse kerken teruggaan naar 30 bezoekers per dienst. Ook zal er niet meer worden gezongen. Het kan dus wel. Jammer dat het orthodoxe deel van de kerk in Staphorst deze conclusie nog niet heeft getrokken. Recht in de leer zijn hoeft het gezond verstand niet in de weg te staan.

Correctie (6 oktober 2020): De kop en het slot van dit artikel zijn aangepast. De kerk in Staphorst had zich nog niet achter het advies van het Interkerkelijk Contact geschaard.