Honderden asielzoekers uit Oeganda kregen de afgelopen jaren onterecht verblijfspapieren verstrekt. Het merendeel lijkt niet meer te kunnen worden ingetrokken. Dit staat in interne stukken van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), ingezien door NRC.
De asielzoekers veinsden homoseksualiteit volgens de IND, en kregen op die grond verblijfspapieren. Homoseksualiteit is verboden in Oeganda; op het praktiseren staat een levenslange celstraf. Oegandezen hebben in Nederland een aanzienlijke kans op inwilliging van hun asielverzoek. De afgelopen twee jaar was Nederland binnen Europa favoriet onder Oegandese asielzoekers. Ruim vierhonderd Oegandezen vroegen asiel aan.
De IND onderzocht ruim tweehonderd asielaanvragen van mannen en vrouwen die wegens hun homsoseksualiteit tussen 2014 en 2017 een verblijfsvergunning kregen. De vluchtverhalen vertoonden vaak veel overeenkomsten, zowel de gebeurtenissen als de verhaallijnen. De fraude is vermoedelijk groter, omdat aanvragen voor 2014 en na 2017 niet zijn bekeken. De IND vermoedt dat de fraude werd begeleid door een netwerk van mensensmokkelaars in Nederland en Oeganda, die voor een paar duizend euro per persoon de asielzoekers hielpen met hun reis naar Nederland en met de aanvraag. „Er is een beeld ontstaan van georganiseerde netwerken die fraude en misbruik van de visum en IND procedures faciliteren”, aldus de dienst. De IND werkt voor zijn onderzoek nauw samen met het Openbaar Ministerie, volgens de interne stukken. Het ministerie van Justitie, waar de IND onder valt, wil vragen van NRC over de fraude niet beantwoorden, „omdat het onderzoek nog loopt”.
Cursus in Amsterdam
Het onderzoek begon in 2018 na diverse tips. Het IND-aanmeldcentrum op Schiphol ontving meerdere anonieme brieven, die stelden dat op een cursus in Amsterdam Oegandese asielzoekers worden getraind zich als homoseksueel voor te doen. Ook legden Oegandezen bij de IND afgelopen jaren belastende verklaringen af over landgenoten die zich voor zouden doen als homoseksueel, maar dat niet zouden zijn.
De IND onderzocht de mogelijkheid om de verstrekte verblijfsvergunningen in te trekken. Dat blijkt bij het merendeel praktisch onmogelijk. In slechts een enkel geval is de verblijfsvergunning ingetrokken. Dit komt doordat de IND moet aantonen dat het verhaal verzonnen is en de asielzoeker zelf niet hoeft niet te bewijzen dat hij wél de waarheid sprak.
Asieladvocaten zijn kritisch over het IND-onderzoek. Het is logisch, zegt asieladvocaat Erik Hagenaars, die regelmatig lhbti-Oegandezen bijstaat, dat de vluchtverhalen gelijkenissen vertonen. Volgens hem zoekt de IND vooral naar tegenstrijdigheden en vage verklaringen om zo een verzoek af te kunnen wijzen. Dit botst met Europese regelgeving, zegt Hagenaars, waarin staat dat bij de beoordeling van vluchtverhalen asielzoekers het voordeel van de twijfel moet worden gegund.
Sinds 2018 worden Oegandese lhbti-zaken door ervaren IND’ers gedaan, die extra alert zijn op mogelijke fraude. De dienst willigt sindsdien minder Oegandese asielverzoeken in. In 2014 versoepelde de IND juist het asielbeleid voor homoseksuele asielzoekers uit Oeganda, onder toenmalig staatssecretaris van Justitie Fred Teeven (VVD). Asielzoekers hoefden niet langer te bewijzen dat zij gevaar liepen in hun thuisland, maar moesten met een plausibel verhaal over hun geaardheid duidelijk maken dat zij het risico liepen gestraft te worden. Critici vreesden destijds dat de kans op misbruik zou toenemen.
De IND is aan strikte richtlijnen gebonden bij het ‘horen’ van lhbti-vluchtelingen. Zo mag de dienst niet vragen naar details van het seksleven. Videomateriaal of foto’s mogen niet gebruikt worden als bewijs voor de seksuele geaardheid. IND-medewerkers vragen vooral naar de problemen die asielzoekers (dreigen te) ondervinden.