Tussen vieze, gele muren slapen tientallen gedetineerden op de grond, in kleine, slecht geventileerde cellen. Velen hebben medische hulp nodig. Die krijgen ze vaker niet dan wel. Dit is Jau, de beruchtste gevangenis van Bahrein. Politieke gevangenen en zware criminelen zitten hier samen vast. Onder hen een jongeman, 29 jaar oud, die nog niet zo lang geleden zijn boodschappen deed bij supermarkt Coop in Zutphen. Zijn naam? Ali al-Showaikh.
Al-Showaikh vroeg drie jaar geleden asiel aan in Nederland. De Bahreinse autoriteiten, zo vertelde hij aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), zochten hem vanwege zijn activisme én dat van zijn broer, een leider binnen de ondergrondse sjiitische oppositie. Nederland geloofde hem niet en zette Al-Showaikh eind 2018 op het vliegtuig naar Bahrein, politiek het twaalfde minst vrije land ter wereld. Bij aankomst werd hij gearresteerd en na een summier proces levenslang vastgezet voor het helpen van voortvluchtige leden van een terroristische groep. Hij bekende, naar eigen zeggen tijdens marteling. Of hij inderdaad ontsnapte gevangenen hielp, en vooral wat die precies misdaan hadden, bleef onduidelijk. Nu zit hij met twaalf anderen in een cel van 4 bij 5,5 meter.
Twee keer per week mag Al-Showaikh een kwartier bellen. Hij klinkt afgestompt, gevangenen schreeuwen op de achtergrond. Het regime is streng, zegt hij. Met collectieve straffen houden de bewakers hen in toom. Soms wordt een gevangene uit de cel gehaald en mishandeld, zegt Al-Showaikh. Opstanden slaat de bewaking met geweld neer.
De hoop op vrijheid heeft Al-Showaikh laten varen. Behalve levenslang kreeg hij nog eens vijf jaar omdat Hezbollah in Irak hem getraind zou hebben voor het plegen van terroristische misdrijven. Opnieuw een volledig onbewezen aanklacht, zeggen mensenrechtenorganisaties. De zaak is een hoofdpijndossier voor staatssecretaris Ankie Broekers-Knol (Asiel en Migratie, VVD). Europa verbiedt uitzetting naar een land waar asielzoekers reëel risico lopen op „onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing”. Tweede Kamerleden proberen al anderhalf jaar helder te krijgen of Nederland Al-Showaikhs lot in Bahrein had moeten voorzien.
/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2019/01/gn4-22653115-39977367-1.jpg)
NRC zag een vertrouwelijke inspectierapport in van het ministerie van Justitie en Veiligheid, evenals Al-Showaikhs asieldossier en de Bahreinse vonnissen. Uit een reconstructie op basis van die documenten en gesprekken met betrokkenen en vier migratiedeskundigen blijkt dat Al-Showaikhs asielverhaal weliswaar niet volledig overtuigde, maar dat de IND de risico’s van uitzetting onvoldoende onderzocht. Omdat de dienst Al-Showaikh op punten ongeloofwaardig achtte, werden de aspecten die wel aanleiding gaven voor onderzoek ook niet uitgezocht. Op vragen van NRC reageert Justitie niet omdat het een individuele asielzaak en een vertrouwelijke rapport betreft.
Kamperen in de woestijn
Al-Showaikh groeit op in het dorpje Barbar in Noord-Bahrein. Hij deelt een kamer met zijn zestien maanden oudere broer Fayyad, met wie hij veel optrekt. Ze handballen, kamperen in de woestijn en zwemmen in de Perzische Golf.
Als het tijdens de Arabische Lente begin 2011 in Bahrein onrustig wordt, demonstreren de broers tegen het autoritaire soennitische regime dat de sjiitische meerderheid politiek en economisch marginaliseert. Fayyad raakt betrokken bij de organisatie van de protesten. Op 16 maart veegt het regime het demonstratieplein in hoofdstad Manama leeg. De daarna ondergronds opererende oppositie wordt steeds harder aangepakt. Nieuwe terrorismewetgeving maakt mogelijk dat dissidenten worden vastgezet, gemarteld en zelfs geëxecuteerd.
Veel politieke gevangenen komen terecht in Jau. Die haalt op 1 januari 2017 internationale media als tien gedetineerden weten te ontsnappen met hulp van buitenaf. Het zou gaan om jongens uit Barbar, buurtgenoten en vrienden van Fayyad en Ali. Na de uitbraak duiken de vluchters en hun helpers onder. Een aantal van hen probeert op 9 februari per boot naar Iran te vluchten. Met zeker een van de opvarenden spreekt Ali zich naar eigen zeggen online uit tegen het regime.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62809388-5000a6.jpg|https://images.nrc.nl/eNjBumjhOcyYEHmtT6gJcY-XSTw=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62809388-5000a6.jpg|https://images.nrc.nl/Hh6x0jr3awjKb4RgyC7pKiA2zds=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62809388-5000a6.jpg)
Beelden uit de privécollecties van de vader en van een vriend van Ali al-Showaikh.
Foto’s privécollectie
Ze zijn al even op zee als de Bahreinse kustwacht en een elite-eenheid hen in het vizier krijgen en de achtervolging inzetten. Vanuit een helikopter en speedboten schieten ze de schipper dood – volgens de autoriteiten in reactie op schoten vanaf de boot. Eenmaal geënterd proberen de paramilitairen informatie los te krijgen over Ali al-Arab, een bekende van de opvarenden. Bij de Jau-uitbraak is een vluchtauto gebruikt die naar hem leidt. Als iedereen zwijgt, schieten ze nog twee opvarenden dood, vertelt Fayyad later. Die middag wordt Al-Arab gearresteerd op zijn onderduikadres.
De volgende ochtend stapt Ali al-Showaikh op het vliegtuig, een dochtertje en baan bij een betaalmachinebedrijf achterlatend. Het wordt hem te heet onder de voeten. Vanuit Iran appt hij met een familielid van een van de gearresteerde jongens. Goed, schrijft die, als Al-Showaikh zegt ontsnapt te zijn. „Want ze hebben jullie foto’s. En met marteling en elektriciteit laten ze hen praten.” Ze zijn vergeven, antwoordt Al-Showaikh. Een maand later zien gevangenen een toegetakelde Al-Arab de cel binnengebracht worden, zijn teennagels zijn uitgetrokken.
Arrestatie bij aankomst
„Stel dat u nu zou moeten terugkeren naar Bahrein”, zegt een IND-medewerker. Het is 18 augustus 2017, een half jaar na het bootincident. Al-Showaikh – zwart baardje, dito haar, stevige neus en wenkbrauwen – zit in grensdetentie op Schiphol. „Wat zou er dan met u gebeuren?” Al-Showaikh twijfelt niet. „Dan word ik gelijk gearresteerd en gemarteld.”
Volgens de rechter in Bahrein zou Al-Showaikh geholpen hebben bij het onderbrengen van terroristen en het zorgen voor levensmiddelen
Hij vertelt zijn verhaal. Hij is een sjiiet, nam deel aan demonstraties en verzet zich online met activistencollectief Barbar Revolutionary Youth tegen het regime. Zijn broer is leider van een oppositiegroep die door het regime wordt weggezet als terroristencel. Al-Showaikh noemt het bootincident zijdelings, zegt dat een lid van zijn groep werd gearresteerd toen hij „illegaal van Bahrein naar Iran ging”. Via die arrestatie kwamen ze bij een andere jeugdvriend. Die wist waar Ali al-Arab ondergedoken zat, maar vertelde ook over Barbar Revolutionary Youth. Sindsdien zijn meer leden opgepakt, sommigen hebben gepraat. Dat moet wel, want daarna werden anderen ook gearresteerd – acht in totaal – én Al-Showaikhs broer werd benaderd door de politie in Duitsland, het land waar hij in 2015 asiel kreeg. Maar Duitsland weigerde het Interpol-uitleveringsverzoek van Bahrein en liet Fayyad naar Iran gaan.
Wat Bahrein de jongens uit Al-Showaikhs groep precies ten laste legt is onbekend, zegt hij, maar in essentie worden ze vervolgd omdat ze politiek actief zijn. Al-Showaikh vermoedt dat ook hij verdacht wordt van ‘lidmaatschap van een terroristencel’.De politie heeft zijn huis al doorzocht. Details over de gevangenisuitbraak, het onderduiken en het bootincident geeft Al-Showaikh niet. De link met mogelijk strafbare feiten houdt hij klein, vermoedelijk uit wantrouwen naar de Nederlandse autoriteiten. Wel staaft hij zijn angst voor repercussies voor zijn broer met artikelen over eerdere vervolgingen van familieleden van gevluchte activisten.
Vijf dagen na zijn verhoor faxt de immigratiedienst de beslissing. Al-Showaikh wordt – zonder dat er verder onderzoek is gedaan – niet geloofwaardig geacht. Hij weet het aantal leden, de startdatum en de socialmediawachtwoorden van Barbar Revolutionary Youth niet. Zijn asielrelaas is op punten tegenstrijdig en hij heeft niet overtuigend aangetoond dat hij „risico op ernstige schade” loopt. Ook niet vanwege zijn broer. Een rechtszaak mislukt omdat Al-Showaikhs advocaat het papierwerk niet door het digitale systeem krijgt. De Nederlandse ambassadeur voor Bahrein wordt tot zijn eigen frustratie nooit geraadpleegd.
Als duidelijk is dat hij Nederland uit moet, zegt Al-Showaikh tegen zeven medewerkers van de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) dat hij naar Iran wil. In Bahrein vreest hij arrestatie en executie. Om een visum te regelen, vraagt hij zijn paspoort. De DT&V, die verantwoordelijk is voor zijn uitzetting, weigert dat terug te geven, zet Al-Showaikh vast en maakt reizen onmogelijk omdat hij niet heeft getoond een ander land dan Bahrein in te kunnen. Hij heeft namelijk, zo is de redenering, geen papieren weten te regelen.
Op 19 oktober 2018, ruim een jaar na zijn aankomst en een dag voor zijn uitzetting, dient Al-Showaikh nog een nieuw asielverzoek in. Via zijn broer heeft hij screenshots verkregen van verhoorverslagen van Bahreinse Justitie. In een van die stukken vertelt een ondervraagde dat Al-Showaikh heeft geholpen met het onderbrengen van „personen die door de politie werden gezocht”. Het gaat om vijf jongens die op de vluchtboot naar Iran zaten, onder wie het groepslid dat Al-Showaikh tijdens zijn verhoor al noemde.
De IND’er die zijn aanvraag behandelt, vraagt kort naar de stukken en wil dan weten of Al-Showaikh de originelen heeft. Ruimte om uit te leggen wat de verslagen en namen daarin precies betekenen, krijgt hij niet. „Omdat u bijna wordt uitgezet, geef ik u gelijk mijn beslissing”, zegt de vrouw. Daar het onvertaalde kopietjes zijn, „kunnen deze niet dienen als nieuw bewijs”. Asielzoekers doen vaker last minute-aanvragen om hun uitzetting te frustreren. Al-Showaikhs verzoek om nog „één week om de documenten te krijgen”, wijst de IND’er af. Hij heeft genoeg tijd gehad om bewijs te verzamelen.
Aangekomen in Bahrein zoekt Al-Showaikh een laatste uitweg: hij vraagt de meegereisde Nederlandse marechaussees om zijn paspoort zodat hij kan proberen meteen door te vliegen, vertelt hij NRC later. Maar ook zij weigeren. In plaats daarvan dragen ze Al-Showaikh en zijn spullen over aan de al op hem wachtende Bahreinse politie. Als zijn advocaat in Nederland hoort dat Al-Showaikh is gearresteerd, mailt ze de DT&V dat hij waarschijnlijk wordt gemarteld en vraagt hem alsnog terug te halen, wat niet gebeurt.
Vier maanden later veroordeelt een rechter Al-Showaikh tot levenslang. Hij zou hebben geholpen bij het „onderbrengen van, en zorgen voor levensmiddelen voor” terroristen. Een aantal Jau-ontsnappers verbleef volgens de rechter in Al-Showaikhs huis, evenals Al-Arab, de jongeman wiens teennagels werden uitgetrokken. Wat nu precies terroristisch is aan de jongens legt de rechter niet uit.
Al-Showaikhs verweren hebben niets uitgehaald. Na zijn arrestatie had hij ruim twee maanden geen toegang tot zijn advocaat, maar volgens de rechter mogen verdachten zonder raadsman verhoord worden als daar „noodzaak toe is om de waarheid te achterhalen”. Het vonnis is uitsluitend gebaseerd op Al-Showaikhs bekentenis – die hij tijdens de rechtszaak weer introk – en de inlichtingen en getuigenissen van een luitenant en diens „geheime betrouwbare bronnen”. Die mag zich volgens de rechter beroepen op „informanten en tipgevers” zolang hij „persoonlijk ervan overtuigd is dat hetgeen zij hem gemeld hebben juist is”.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data43868538-da634c.jpg)
Klacht Europees Hof
Toch gloort er nog een beetje hoop voor Al-Showaikh. Zijn advocaat Flip Schüller diende vorig jaar een klacht in bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Als het Hof beslist dat de IND indirect verantwoordelijkheid is voor de marteling en het onterecht levenslang vastzetten van Al-Showaikh, moet Nederland zich mogelijk diplomatiek inspannen voor zijn vrijlating. Het zou de eerste keer zijn dat het Hof een land oplegt een uitgezette asielzoeker terug te halen, maar volgens experts is het niet ondenkbaar. Wel blijft de vraag of Bahrein zich iets aantrekt van buitenlandse druk.
Achter de schermen zet Nederland zich al diplomatiek in voor Al-Showaikh. Terwijl Buitenlandse Zaken zeer zelden uitgezette asielzoekers volgt, hebben diplomaten Al-Showaikhs rechtszittingen bijgewoond en „verschillende keren” hun zorgen over „een eerlijke rechtsgang en humane behandeling” aan Bahrein overgebracht, aldus het ministerie. Hoe zeldzaam ook, dit moet naar eigen zeggen niet gezien worden als erkenning van Nederlandse schuld, maar als „reguliere werkzaamheden op het vlak van mensenrechten”.
Ondertussen zit Al-Showaikh nog altijd in zijn kleine cel in de woestijn. Bezoek krijgt hij sinds corona niet meer, zegt hij. Het beloofde videobellen is amper van de grond gekomen. Door de slechte luchtkwaliteit heeft hij „constante griep”. Bewakers weigeren veelal de airco aan te passen. Vaak is het „verschrikkelijk koud” of blijft het apparaat uit bij veertig graden.
Met Al-Showaikh zit nu een flink deel van de groep vast. Begin 2018 werden in een massaproces 58 Bahreiners, onder wie de vluchters, veroordeeld voor de inmiddels beroemd geworden Jau-uitbraak. Op 27 juli 2019 executeerde een vuurpeloton, ondanks oproepen van Amerikaanse en Europese politici, de 25-jarige Ali al-Arab samen met een van de bootvluchters. Zonder eerlijk proces werd Al-Arab veroordeeld voor onder meer de moord op een agent.
Al-Showaikhs broer Fayyad leeft in zelfverkozen ballingschap in Iran. De broers hielden ooit van Nederland, zegt hij. Achteloos noemt hij ze op: Kluivert, Van der Sar, Bergkamp, Overmars. Een land dat „mensenrechten respecteert”, herinnert Fayyad zijn eigen woorden. „Je kunt er studeren en bent er veilig.” Hij schaamt zich. Híj was degene die Al-Showaikh adviseerde naar Nederland te gaan.
Luister ook naar deze aflevering van onze podcastserie NRC Vandaag: Geen asiel in Nederland, levenslang in Bahrein
U kunt zich ook abonneren via Apple Podcasts, Stitcher, Spotify, Castbox of RSS.