Opinie

Prettig gezelschap

Marcel van Roosmalen

Het televisieprogramma Op1 belde. Ik had er tijdens de vorige lockdown gepraat over mijn moeder. Ze zagen een tweede lockdown naderen. Zat mijn moeder nog steeds, of weer, in dat verzorgingstehuis in Mook? Hoeveel doden waren er daar gevallen? Ik wist het niet meer precies, ook niet hoe het met mijn moeder ging trouwens.

Ondertussen kwam opa Ben (66), de man van mijn schoonmoeder, achterom. De roze fiets van Lucie van Roosmalen (5) in de hand. Eerste gedachte: was mijn moeder nog maar zo jong.

„Band geplakt, stuur weer recht”, zoiets zei hij.

Ik knikte, stak mijn duim op, gebaarde dat ik niet kon praten. Gedrag dat je bewaart voor intimi.

„Ik woon in een dorp”, zei ik tegen Op1, „daar komen de mensen gewoon je leven in lopen.”

Mochten ze nog eens bellen over mijn moeder?

Ik hing op, ging voor het raam staan en zag opa Ben in zijn auto stappen. Wat ging hij de rest van de dag doen? Een boek van Peter Sloterdijk lezen? Trommelen in zijn geluidsdichte kamer? Als ik de kinderen op vrijdag naar ze toebracht zat hij altijd achter een bord pap, Volkskrant ernaast. Gesprekken over de tweede golf, het nut van mondkapjes en dat hij gelukkig net voor ‘de grote drukte’ met pensioen was gegaan. Hij werkte bij de GGD, was de asbestspecialist van Nederland, hoogtepunt: een korte toespraak over de vervanging van daken in de Eerste Kamer.

Nog geen twintig minuten later belde De Vriendin, ze was toevallig bij haar moeder en opa Ben. Hij was uit de auto gestapt, ze hadden in de keuken ‘hallo’ gezegd en daarna hadden ze hem gevonden in zijn stoel. Ze hadden 112 gebeld en ze had hem gereanimeerd. Ze had erbij geschreeuwd, maar hij had weer kleur in zijn gezicht en het huis stond vol met zorgverleners.

„Ik weet niet hoe laat ik thuis ben.”

Ik haalde de kinderen van school.

De ambulance haalde ons in.

„Daar gaat opa Ben”, zei ik tegen Lucie en Leah (3) van Roosmalen.

Ze gingen direct tekeningen maken.

Lucie van Roosmalen zei dat ze hem beter ging tekenen, met wie moest ze anders zulke hoge kleurentorens bouwen?

Nog geen tien minuten later was opa Ben officieel dood.

Ik wist meteen wat ik ging missen, de onuitgesproken vertrouwdheid, het prettige gezelschap, het vanzelfsprekende.

Lucie van Roosmalen zei dat het niet eerlijk was.

„Oma Velp was eerst.”

Daarna ging ze door met tekenen.

Marcel van Roosmalen schrijft op deze plek een wisselcolumn met Ellen Deckwitz.