‘Helaas, het is niet gelukt een bezichtiging te regelen”, laat onze aankoopmakelaar weten. „Er staan er al bijna tachtig ingepland.” Het is niet de eerste keer tijdens onze zoektocht naar een koophuis in Utrecht dat we niet eens kunnen gaan kijken.
Ik besluit het er deze keer niet bij te laten. Dit is écht een huis waar we écht heel graag willen wonen. En ik heb verhalen gehoord, over mensen die een huis ‘gegund’ is. Bij de HEMA koop ik een kaartje. ‘Jij bent KEI leuk!’, staat er in grote letters op. Op de envelop schrijf ik ‘aan de bewoners’, op de kaart leg ik uit waarom ik zó graag bij dit huis zou willen kijken, en of ze aan ons willen denken, mocht er een plekje vrijkomen.
Die avond krijg ik een sms’je. „Wat leuk dat jullie zo enthousiast zijn. We weten hoe lastig de markt is. Soms moet je geluk hebben, of de stoute schoenen aantrekken.” De zondag voor de eerste bezichtigingen mogen we komen kijken.
Het is de droom van elke aspirant-huiseigenaar: een lieve oude meneer of mevrouw die in een prachtig jarendertighuis woont en die niet uit is op de hoofdprijs, qua geld. Liever heeft hij fijne, lieve kopers. Mensen die een gelukkig leven willen opbouwen in het huis waar hij zélf zo gelukkig is geweest.
Kopers in spe proberen die droom te verwezenlijken door een persoonlijke gunfactor te creëren. Maar omdat koper en verkoper elkaar bijna niet meer ontmoeten, is dat lastig. En dus schrijven ze briefjes. Handgeschreven smeekbedes. Met een kindertekening erbij, een illustratie, bloemen. Allemaal in de hoop dat de verkoper met de hand over het hart strijkt: het hoogste bod is niet nodig, ik kies jullie. Dat idee.
Een illusie? Niet altijd. Want soms werkt de persoonlijke noot wél.
„Natuurlijk zijn er veel verkopers die heel rationeel en zakelijk denken over het verkopen van hun huis, die kiezen voor het hoogste of voor hen qua voorwaarden beste bod”, zegt Hans André de la Porte, woordvoerder van Vereniging Eigen Huis. „Maar iemand kan ook nog kijken naar wie hij het huis gunt. Als het dan aankomt op twee vergelijkbare biedingen, kan een persoonlijke noot, waarin kopers vertellen wie ze zijn en waarom ze graag het huis in kwestie zouden willen kopen, echt het verschil maken.”
Dat komt, zegt hij, doordat het kopen en verkopen van een woning altijd een transactie is tussen particulieren – nieuwbouwwoningen daargelaten – en dat voegt een extra dimensie toe. „Gevoelens kunnen meespelen.”
Vreemden over de vloer
Aankoopmakelaar Rutger Koning (42) van Koning Aankoopmakelaars in Utrecht, volgens huizenkoopsite Funda de nummer één op het gebied van aankopen, is het daar niet helemaal mee eens. „Een gevoel, of een briefje in de brievenbus, is zelden de beslissende factor”, zegt hij. Niet in de laatste plaats omdat verreweg de meeste woningen met een verkoopmakelaar worden verkocht. „Uiteindelijk gaat een bod over variabelen, over de datum van oplevering, wel of geen bouwtechnische keuring, voorbehoud van financiering of niet, maar vooral en bovenal: geld. De gunfactor komt maar heel zelden om de hoek kijken en alléén als er nauwelijks verschil is tussen twee biedingen, dat weet ik zeker.”
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/01/web-1101ecohuisjpg.jpg)
Dat wil niet zeggen dat zoekers en kopers het niet proberen. Niet alleen op het moment dat ze hun droomhuis te koop zien staan, ook vóórdat een woning op de markt komt. Want ook dat gebeurt. Mensen stoppen een foto van zichzelf in een envelop en schrijven een persoonlijk verhaal over waarom ze daar graag willen wonen. Met de vraag of de huidige eigenaren het misschien willen verkopen, aan hen.
Het gebeurt, vrij vaak, maar de effectiviteit is nooit onderzocht, zegt André de la Porte. Leden van Vereniging Eigen Huis stellen soms de vraag of ze dat moeten doen, zo'n persoonlijk bericht, of het werkt. „Het lastige is dat je natuurlijk altijd alleen de succesverhalen hoort.” Het zijn verhalen die gedeeld worden in de vriendengroep, bij de koffiemachine op het werk.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62141203-f5fa1f.jpg|https://images.nrc.nl/K1rZCvto15tIuaiZTEgqDFcrsEg=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62141203-f5fa1f.jpg|https://images.nrc.nl/WNFvAGTYVXB4ya9g2zDd_XBzqzg=/5760x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data62141203-f5fa1f.jpg)
Maar er is ook schaamte. Trots vertellen dat je bij een oude mevrouw bent geweest om haar uit haar huis te kletsen, dat doen mensen liever niet, zegt De la Porte. Toch meent hij: „Wie niet waagt, die niet wint.”
Zo kent hij het verhaal van iemand die aanbelde bij een oudere mevrouw. „Zo van: jij wilt vast verhuizen. Die mevrouw schrok er verschrikkelijk van.” Een aantal dagen later ging diegene terug, met een bos bloemen, om sorry te zeggen. „Een maand later belde haar zoon. ‘De bloemen zijn weg, maar het kaartje niet’, zei hij.” Bleek dat de mevrouw het vreselijk vond haar huis te verkopen, en geen vreemden met makelaars over de vloer wilde. Uiteindelijk heeft die persoon het huis kunnen kopen.
‘Projectdroomhuis’
„Nee hoor, het is ons niet gelukt”, zegt Sanne van Huissteden (33) aan de telefoon. Ze kan er wel om lachen. Zij is een van de huizenzoekers die hun hoop op het briefje in de brievenbus hebben gevestigd. Voor de persoonlijke noot maakte ze een illustratie van het type huis dat veel te vinden is in de buurt waar ze graag wilde wonen: de Tweede Daalsebuurt in Utrecht. Ze liet het kaartje door diverse brievenbussen glijden. „Mochten jullie je huis willen verkopen (zonder makelaar), of weten jullie buurtbewoners die van plan zijn hun huis te verkopen, dan horen wij dat graag.” Voor de reacties hadden zij en haar vriend een apart mailadres aangemaakt: ‘projectdroomhuis’.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data57799692-c10b9a.jpg)
Ze schreef het briefje nadat ze een bezichtiging hadden gehad in hun droomhuis, in de Goudsbloemstraat. Ze grepen mis omdat ze ver onder het hoogste bod zaten. Het briefje moest helpen een huis in dezelfde stijl in dezelfde wijk te bemachtigen. „Kort daarna hebben mijn vriend en ik ook een aankoopmakelaar in de arm genomen, omdat we er achter waren gekomen dat het zonder niet zou lukken.” Onder de vleugels van de makelaar schreven ze geen briefjes meer. „Ik had het idee dat de makelaar ons persoonlijke verhaal voor ons overbracht.”
Niet alle makelaars doen het, maar steeds meer makelaars voegen het persoonlijke verhaal van de huizenzoekers standaard toe. Ook Rutger Koning van Koning Aankoopmakelaars, die ervan overtuigd is dat het vooral om geld gaat, voegt bij elk bod een verhaal toe. „Maar dat is meer dan alleen een persoonlijk bericht”, zegt hij. Het is voornamelijk om aan te tonen dat de koper écht enthousiast is over het huis. En een financieel zekere partij is. Hoogopgeleid, een stabiele baan met dito inkomen.
Ook Richard van Gaelen, NVM-makelaar in Amsterdam, benadrukt de menselijke kant van het kopen van een huis. „We gebruiken niet wekelijks kindertekeningen om een verkoper te overtuigen, maar het is wel gebeurd hoor. Je moet inventief zijn, alles is beter dan niets.”
Op die manier heeft hij een, zoals dat heet „bijzonder object” helpen verkopen. „De verkopers handelden in lijn met wat ze dachten dat hun overleden zus zou willen voor haar huis. Gegadigden moesten echt een soort sollicitatiebrief schrijven om kans te maken.” Op basis van die brief is het verkocht. „Het is en blijft people’s business”, zegt hij. „Het is uiteindelijk verkocht voor een bedrag dat flink lager was dan het hoogste bod.”
Anarchistische anti-kapitalist
Money talks, zegt makelaar Mohamed Ibrahimi (37) uit Utrecht, maar soms klinkt persoonlijkheid luider. Hij noemt de gevallen waarin beleggers interesse tonen in een huis. „Eigenaren willen vaak liever het huis verkopen aan een particulier dan iemand die er niet zelf gaat wonen of het gaat verbouwen om het voor een hoger bedrag weer te verkopen.” De verkoop aan een particulier gebeurt dus soms ook uit maatschappelijk oogpunt, voegt hij eraan toe. „Mensen verkopen liever aan andere mensen dan aan bedrijven.” Ibrahimi voegt dan ook al jaren de persoonlijke verhalen toe als mensen interesse hebben voor een huis.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/04/data57375371-f8c0fb.jpg)
„Ik moet bekennen dat die wel op elkaar lijken”, zegt hij. Even mezelf voorstellen, dit is wat ik doe, dit is waarom ik het zo’n leuk huis vind, dit is waarom de wijk me zo trekt. „Er komt dus wel wat creativiteit bij kijken om op te vallen”, zegt hij. „Soms wordt er zelfs via sociale media gezocht. Zie ik op Instagram opeens een post van mensen die een huis zoeken, het digitale equivalent van een briefje dus.”
Ondanks dat het Sanne van Huissteden niet is gelukt, heeft ze nog wel vertrouwen in het idee van een persoonlijke noot. „Je briefje zal net een huis treffen waar een anarchistische anti-kapitalist woont die zonder makelaar, en zonder de hoofdprijs te vragen, zijn huis wil verkopen.” Maar ze heeft wel een kanttekening: „Het moet wel authentiek zijn. Het moet écht je droomhuis zijn, anders werkt het niet.”
En soms, soms zijn sprookjes echt waar. Ondertussen wonen mijn vriend en ik al ruim een maand in het huis waar ik een half jaar geleden naartoe ben gefietst om een kaartje door de brievenbus te doen. De verkopers waren blij dat ze het huis waarin zij zelf zo gelukkig waren geweest, konden verkopen aan mensen die zij kenden. Wij ook.