De Amerikaanse president Donald Trump heeft vrijdag gezegd te twijfelen of de Democratische running mate Kamala Harris wel in aanmerking komt voor het vicepresidentschap. De president zei kennis genomen te hebben van een opiniestuk van een „zeer gekwalificeerde, zeer getalenteerde” advocaat die stelde dat Harris als dochter van een Indiase moeder en Jamaicaanse vader niet zonder meer in aanmerking komt voor het ambt. In het verleden was Trump al een belangrijke aanjager van een onjuiste complottheorie die stelde dat Barack Obama niet in de Verenigde Staten was geboren en daarom geen president zou mogen worden. „Ik had gedacht dat de Democraten dat gecheckt zouden hebben voor ze in aanmerking zou komen voor het vicepresidentschap.”
Trump leek met zijn uitspraken te verwijzen naar een artikel dat werd gepubliceerd door Newsweek van rechtsgeleerde John C. Eastman. In dat stuk worden „vragen” gesteld over de juiste interpretatie van het veertiende amendement van de Amerikaanse grondwet. Uit dat amendement volgt dat iedereen die „geboren of genaturaliseerd is in de Verenigde Staten en aan hun jurisdictie onderworpen” Amerikaans staatsburger is. Het staatsburgerschap is een voorwaarde om president of vicepresident te mogen worden. De interpretatie van Eastman is volgens andere juristen achterhaald en onjuist. Desondanks zei Trump zich in de theorie te willen verdiepen.
De breed aanvaarde interpretatie van het amendement is dat mensen die geboren zijn in de VS door het veertiende amendement staatsburger zijn. De nuance dat zij onder de Amerikaanse jurisdictie moeten vallen, is volgens juristen bedoeld voor bijvoorbeeld kinderen van diplomaten of inwoners van reservaten die soevereiniteit genieten. Eastman beweert echter dat ook mensen die tijdelijk in de VS verblijven worden bedoeld. Mogelijk gold dat voor Harris’ ouders, stelt hij. In dat geval zou ook haar loyaliteit niet bij de VS liggen, maar bij de landen waar haar ouders geboren zijn: „Jamaica, wat betreft haar vader, en India, wat betreft haar moeder”.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/08/data60774769-e01928.jpg)
Achterhaald
Rechtsgeleerden doen de uitleg van Eastman tegenover Amerikaanse media af als onjuist. Stephen H. Legomsky van de Washington University School of Law stelt tegenover The Washington Post dat Eastman onderdeel is van een „randgroepering juristen” en wijst op een uitspraak van het hooggerechtshof uit de negentiende eeuw die hem ongelijk geeft. Laurence H. Tribe van Harvard noemt de theorie tegenover The New York Times „idioot” en zegt dat er „niets van klopt”. „Nee, dit staat buiten kijf”, zegt politicoloog Christopher Kelley van de Miami University gevraagd naar de legitimiteit van Harris’ kandidatuur.
Donald Trump was in 2011 een prominente vertegenwoordiger van de Birther-beweging, die twijfelde aan het staatsburgerschap van Barack Obama. Jarenlang hield Trump vol dat Obama niet in Hawaï geboren was (zoals hijzelf beweerde en wel degelijk het geval bleek te zijn) maar in Kenia. Dat is van belang omdat (vice)presidentskandidaten niet alleen staatsburger moeten zijn, maar een zogenoemde natural-born citizen. Dat wil zeggen dat genaturaliseerde Amerikanen niet voor het ambt in aanmerking komen.
Zowel in het geval van Obama als in het geval van Harris had Trump geen overtuigend bewijs om te twijfelen aan hun staatsburgerschap. Omdat in beide gevallen de aanval specifiek gericht is op Amerikanen van kleur, worden de aantijgingen gezien als racistisch.