De Amerikaanse president Donald Trump is maandag door de geheime dienst in veiligheid gebracht wegens een schietincident nabij het Witte Huis. Trump werd tijdens een persconferentie in de mediaruimte plotseling door agenten gemaand te vertrekken. Hij was ongedeerd. Dat melden internationale persbureaus.
Trump onderbrak een coronabriefing waar hij net aan was begonnen. Hij keerde negen minuten later terug naar de mediaruimte. Hij zei dat een persoon door de agenten was neergeschoten en naar een ziekenhuis was gebracht. De verdachte was gewapend, zei hij.
„Het was een schietincident buiten het Witte Huis”, aldus Trump. „Het lijkt heel goed onder controle te zijn. Maar er was een schietincident, en iemand is naar het ziekenhuis gebracht. Ik ben niet op de hoogte van de toestand van de persoon.” Trump bevestigde dat de neergeschoten persoon de verdachte is. Volgens een woordvoerder van de brandweer is de man mogelijk ernstig gewond geraakt.
De verdachte, een 51-jarige man, was op een agent van de geheime dienst afgekomen en had hem bedreigd met een mogelijk vuurwapen, liet de geheime dienst later op de avond weten in een verklaring. De man is in zijn romp geschoten. Volgens de geheime dienst is niemand die door de organisatie wordt beschermd in gevaar geweest.
VolgenSecretService U.S. Secret Service Statement from U.S. Secret Service on officer involved shooting: https://t.co/vMP9ypuNh5
De schietpartij vond plaats bij 17th Street en Pennsylvania Avenue, vlakbij het Witte Huis. Over de motieven van de verdachte is nog niets bekend.
De president werd tijdens het incident vanuit de mediaruimte naar het Oval Office gebracht, zei hij. Ook minister van Financiën Steven Mnuchin en begrotingsdirecteur van het Witte Huis Russ Vought werden weggevoerd. Het Witte Huis werd tijdens het incident afgesloten. Gevraagd of hij geschrokken was van het voorval, antwoordde Trump: „Ik weet niet, maak ik de indruk van streek te zijn?”