Deze maand zoekt ze haar kleinzoon op in Monaco. Het is vaste prik, zegt Marian Lehnen: elk jaar, veertien dagen. „Is Max niet op reis, dan maak ik gezonde dingen. Hij mag niet veel eten. Brood bijvoorbeeld eet hij niet.”
Max is Max Verstappen, Nederlands succesvolste autocoureur. Als kind reisde hij al de wereld over, vertelt Lehnen, samen met zijn vader Jos, haar zoon. Alles moest wijken voor de sport. Formule 1-coureur worden was het doel. „Dat zei hij al toen hij tien was.”
Het carrièreverloop van Max Verstappen is bijna on-Nederlands, zo projectmatig werd hij in anderhalf decennium klaargestoomd voor de top. Maar ook achter het merk Max Verstappen zit een uitgekiende strategie. Zijn management probeert een stevige greep te houden op media, familie en ondernemers. Dat leidt niet zelden tot spanningen en rechtszaken.
Hoe groeide een jochie uit de Limburgse Maasvallei uit tot eigenzinnige wereldster? Iemand die altijd zijn eigen lijn kiest, of het nou om zijn inhaalmanoeuvres gaat of zijn keuze om niet met collega’s te knielen als protest tegen racisme. En: hoe wordt het merk Verstappen vermarkt?
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60335719-b1c2bd.jpg|//images.nrc.nl/5xTXew7thL1xd3fzjwqmcCfYRfk=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60335719-b1c2bd.jpg)
Max Verstappen na zijn overwinning bij de Grand Prix van Spanje in 2016. Foto Dan Istitene/Getty Images
De Verstappens
Hier begon het, op het voormalige woonwagenkampje aan de Groensebos in het Limburgse kerkdorp Maria Hoop – vernoemd naar de heilige maagd Maria. Ingeklemd tussen de akkers stond hier de autosloperij van Sjef Verstappen, overgrootvader van Max. Twee kleine loodsen uit 1980, met verroeste golfplaten, vormen de restanten van wat ooit een goedlopende onderneming was. Tegenwoordig zit er een metaalrecyclingbedrijf.
Sjef woonde met zijn vrouw in een woonwagen naast de sloperij. Drie kinderen krijgen ze, zoon Frans is de oudste. Die trouwt later met Marian, waar naast Jos ook Gerda uit voortkomt. Het gezin verblijft in het aangrenzende stadje Montfort, waar Frans het café De Rotonde runt.
In de weekenden en vakanties bezoeken ze vaak hun grootouders op het kamp, om buiten in de vrijheid te spelen, vertelt Gerda. „Op de autosloperij konden we in de auto’s klimmen en mochten we met de motoren spelen. Er liepen ook wilde katten.”
De jongeren uit de buurt racen rondjes over het kampterrein, op crossbrommers of door motors aangedreven skelters. Ook de jonge Jos scheurt mee. Het zijn net echte wedstrijden, met ouders die langs de kant toekijken. ‘Josje’, dat kleine menneke, heeft potentie, zien sommigen dan al.
Acht jaar is Jos als hij met zijn vader de kerk in hun dorp uitloopt, na zijn eerste communie, wanneer verderop het geronk van kartmotoren klinkt. In die jaren worden nog veel straatraces gehouden, met strobalen langs het parcours. Vader en zoon gaan kijken en raken gefascineerd door de karts die bumper aan bumper strijden voor elke meter. Niet lang daarna krijgt Jos zijn eerste kart cadeau.
Hij maakt indruk in lokale wedstrijden en op de kartbaan van Genk, even verderop. Hartstochtelijk geholpen door zijn vader, die in de loods van de sloperij uren aan de kart sleutelt. Het is allemaal nieuw voor hem, hij moet de techniek uitvinden.
Hoewel ook aimabel, staat de vorig jaar overleden Frans Verstappen vooral bekend als drammerige, felle man. Hij werd gehard bij de mariniers in Den Helder. Was bloedfanatiek met sporten – wielrennen, voetbal, judo. Slechts één ding telde bij hem: winnen.
Jos en Frans trainen veel en reizen heel Nederland en, later, Europa door voor races. Frans kan hard zijn voor Jos. Als die op jonge leeftijd een keer crasht met zijn kart, wordt hij voor straf opgesloten in het busje waarmee ze de circuits afgaan. De huilende Jos zou met zijn vuistjes tegen het raam hebben geslagen – maar hij mocht er onder geen beding uit.
De racerij, een peperdure sport, was lastig te bekostigen, zegt Gerda. Het gezin ging zelden op vakantie, om zo te sparen voor de loopbaan van Jos. „Er werd altijd gezocht naar sponsoren die een handje konden helpen. We hadden geluk dat mijn opa Sjef meer geld had.”
Door zijn voortreffelijke, maar ook wat rauwe talent én met hulp van manager en oud-coureur Huub Rothengatter, haalt Jos de Formule 1. In 1994 debuteert hij bij team Benetton, als ploeggenoot van Michael Schumacher. Ondanks pech, persoonlijke fouten en verkeerde team-keuzes, groeit hij uit tot Nederlands succesvolste coureur in de Formule 1, met twee derde plaatsen. „Max was niet zo ver gekomen zonder Jos, maar Jos was ook niet zo ver gekomen zonder zijn vader”, zegt iemand dicht bij de familie.
Frans Verstappen botst tot op latere leeftijd met Jos, soms ook fysiek. Maar hoe „onredelijk” en „streng” hij ook kon zijn, zegt dochter Gerda, het is begonnen bij de mentaliteit en het geloof van Frans. Al wilde hij daar wel „te veel credits” voor.
Zoals zijn vader dat bij hem deed, projecteert Jos zijn fanatisme op zijn zoon: Max Emilian Verstappen – roepnaam Max.
Foto’s ANP
Kind op de grens
Het uitzicht is vorstelijk vanuit de voormalige schippersherberg in de Belgische grensplaats Maaseik. Links en rechts kronkelt de Maas door het weidse landschap, met de laagstaande rivier als natuurlijke landsgrens. In dit tot villa omgebouwde verblijf woont Max Verstappen in zijn tienerjaren, voor hij in 2015 naar het fiscaal milde Monaco verhuist.
In de woonkamer beneden heeft hij zijn eigen racesimulator. Kijkt hij achterom, de Maas over, dan ziet hij Nederlands Limburg liggen.
Naast de tuin van de villa staat nog een oud bruggetje, als verbindingspunt over een oude rivierbedding. „Iedereen uit Maaseik had zijn eerste kus onder dit bruggetje”, zegt een buurtbewoner. Met een knipoog: „Ik denk Max ook.”
Verstappen, geboren in het ziekenhuis van Hasselt op 30 september 1997, groeit op in Maaseik. Hij woont nooit in Nederland, maar kiest later wel voor een Nederlandse racelicentie. Zijn moeder Sophie komt uit de prominente Belgische ondernemerfamilie Kumpen, die voornamelijk actief is in de wegenbouw.
Echte Kumpens zijn hard maar respectvol, „met het mes tussen de tanden”, zegt Paul Kumpen, peetvader van Sophie. Het is een racefamilie. Hij is bestuurslid van de Belgische automobielclub, die bestuursposities levert binnen de internationale automobielfederatie FIA.
De zachtaardige Sophie was een begenadigd karter en won verschillende kampioenschappen bij de mannen – vrouwencompetities bestaan in die tijd nog niet. Internationaal reed ze onder meer tegen Formule 1-coureurs Jenson Button en Giancarlo Fisichella.
Hij was een rijpere jongen. Als een volwassene zat hij tussen de kinderen
Koen Baerts schooldirecteur in Maaseik
Ze ontmoet Jos op de kartbaan in Genk. Het stel trouwt en krijgt een zoon en een dochter. Sophie stopt met racen om de Formule 1-carrière van haar man kracht bij te zetten.
Max, die vrijwel zijn hele jeugd naar school gaat in Maaseik, was een jongen van de wereld, zegt Koen Baerts, pedagogisch directeur van de katholieke middelbare school Mosa-RT. Hij had meer in zijn mars dan hij liet zien. „Dat merkte ik aan de manier waarop hij antwoorden gaf in de klas, of bij denkoefeningen. Hij was pienter genoeg, maar had andere interesses.”
Het is in die periode – rond 2008 – dat Jos en Sophie scheiden. Max gaat bij zijn vader wonen, zusje Victoria bij haar moeder. „Aan Max zagen we niet dat hij daar last van had, omdat hij een vrijgevochten jongen was”, zegt Baerts. „Het was de mama die altijd probeerde alles te regelen rond school, als hij een week weg was.” De afspraak: Verstappen krijgt alleen vrij voor buitenlandse trips als de schoolresultaten goed zijn. Af en toe wordt een oogje dichtgeknepen.
„Soms moest ik een moeilijk gesprek met hem voeren, en dan kon hij op een mature manier dingen benoemen”, zegt Baerts. „Hij was een rijpere jongen. Als een volwassene zat hij tussen de kinderen.”
Rond de scheiding ontstaan veel spanningen in het gezin. Een „dreigende ondertoon” hebben de sms-berichten die Jos tussen mei 2007 en april 2008 stuurt aan zijn (ex-)vrouw, stelt de rechter in Tongeren. Hij wordt veroordeeld voor stalken: een voorwaardelijke celstraf van drie maanden en een geldboete van 1.650 euro. Van mishandeling van Sophie wordt hij vrijgesproken.
Sophie heeft zich nooit publiekelijk over de scheiding uitgesproken, en het management van Verstappen, zo klinkt het, ziet er op toe dat dat ook niet gebeurt. In een van haar spaarzame interviews, met Het Belang van Limburg, in 2015, vertelt ze dat Max het „zuiver rijden” van haar heeft en het „rauwe vechten” van zijn vader. „Max is ook heel open en sociaal, dat heeft hij van mij. Jos is meer gesloten.”
Peetvader Kumpen herinnert zich wat Sophie tegen hem zei toen Max dertien of veertien was: „Hij rijdt zeker zo goed als zijn vader, maar in zijn hoofd is hij nóg sterker en veel gecontroleerder.”
Dat is precies wat Jos voor ogen heeft: hij wil van Max een betere versie van zichzelf maken. Evenwichtiger, en minder impulsief.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/web-0108zatspojongemax.jpg|//images.nrc.nl/aRL9IA5Pp-41LqoInNzJaw9iySU=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/web-0108zatspojongemax.jpg)
Max Verstappen in 2010 als karter bij het wereldkampioenschap in de KF3-klasse in Braga, Portugal. Foto ANP
Gehard in de kart
In 2002 gaat de telefoon van autosportvolger Bas Kaligis. Jos Verstappen vertelt hem dat Max gaat trainen in de kart in Genk, misschien wil hij komen kijken en wat foto’s maken? Het ventje is vijf, maar Kaligis ziet zijn potentie al: een goede rijstijl, goede lijnen en rempunten. En dat terwijl hij pas een jaar bezig is.
Het begon zo: als Verstappen een jongen nog jonger dan hemzelf ziet rijden, wil hij ook, zegt hij huilend tegen zijn moeder. Hij krijgt zijn eerste minikart, terwijl zijn vader eigenlijk wil wachten tot hij zes is.
Als eigenaar van website RaceXpress volgt Kaligis bijna alle kartraces van Verstappen. Wanneer die in 2005 op zijn zevende zijn debuut maakt in een wedstrijd op het circuit van Emmen, voor het nationale kampioenschap, is Kaligis de enige aanwezige van de pers. „Hij won meteen, hij versloeg jongens die twee, drie jaar ouder waren.”
Jos staat in die eerste jaren vaak óp de baan, vooral als het regent, om de lijnen aan te wijzen waar zijn zoon de meeste grip heeft. Kaligis: „Hij ziet alles. Als Max ergens een foutje maakte, kon Jos dat precies aangeven.” Zo ontwikkelt Verstappen, sterk beïnvloed door zijn vader, zijn rijstijl. „Vanaf het begin was het pushen en stampen”, zegt Kaligis. „Max reed in de eerste ronde gelijk op de limiet, ondanks koude bandjes.”
Toen al stelde Jos hoge eisen aan Max, zag tante Gerda. „Dan kwam Max uit school en was het van: papa, ik ga met de jongens voetballen in het park. Maar mijn broer had de bus al ingeladen om te gaan trainen. ‘Niks ervan’, zei hij. ‘Wij gaan karten.’ Oh, zei Max, mag ik niet een keertje? Nee, er werd gekart. Dat vond ik als moeder wel hard voor een ventje van zeven, acht.”
Hij won meteen, hij versloeg jongens die twee, drie jaar ouder waren
Bas Kaligis autosportvolger
Jos Verstappen investeert in de jeugdjaren naar schatting een half miljoen euro. Uitvalsbasis is de werkplaats van de bevriende familie Pex, die een dakdekkersbedrijf bij Maasbracht heeft. Daar vindt al het voorwerk plaats, de tuning van de karts – Jos weet ze tot in perfectie af te stellen. En hier scheurt de jonge Max rond op skelters, met de broers Jorrit en Stan Pex, zijn beste vrienden.
Ze reizen veel naar Zuid-Europa, waar de meeste races zijn. Jos achter het stuur, Max op de bijrijdersstoel of slapend op een bankje achterin.
Jos zit er altijd bovenop, vertelt Michel Vacirca. Hij is teammanager van de Italiaanse kartploeg CRG, waar Max onder contract stond. Onderweg in zijn vrachtwagen naar races, met de karts achterin, wordt Vacirca geregeld door Jos gebeld voor een extra check. „Heb je alle spullen Michel? Heb je wel die banden?”
Jos zoekt voor de race altijd een verhoging langs de baan op, stopwatch in de hand. Elk detail was voor hem relevant, zegt Vacirca. En ja, dat leverde ook weleens ruzie op, dan spraken ze dagen niet met elkaar. „Jos was maar met één ding bezig: Max. Als ik niet snel antwoordde op iets, was het: laat maar.”
Keihard maar fair, vindt hij Jos. Die foetert niet alleen hém uit, maar ook Max, vertelt Vacirca. Bijvoorbeeld als hij zijn regenoverall vergeten is. „Dan reed hij maar zonder, werd hij maar nat. Maakte Jos niets uit.” Of als hij te lang wacht met inhalen. „Dan zei Jos: verdomme, je had moeten opletten.” Na teleurstellingen houdt Max zijn helm op, zodat niemand zijn tranen ziet.
De machientjes suizen over het bochtrijke circuit in het Zuid-Italiaanse Sarno, met de Vesuvius die kilometers verderop aan de horizon schittert. Het is september 2012 en de dan 14-jarige Verstappen probeert met een drieste actie zijn verloren koppositie te heroveren. Hij botst, schiet van de baan en moet opgeven. Aangedaan zoekt hij zijn vader op. Maar die zwijgt. Jos praat een week niet met zijn kind, vertelt hij in The Telegraph. Hij wil hem de pijn van het verliezen laten voelen.
„Ik heb nooit verrassingen gehad in de Formule 1, omdat niemand zo hard voor mij is geweest als mijn vader”, zegt Verstappen later. Hij sluit zijn kartcarrière in 2013 af, na alles te hebben gewonnen wat er te winnen valt. Hij is klaar voor het echte werk.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60340325-aab286.jpg|//images.nrc.nl/nnQuKIULIrFRzyvaegUD_mbDQWM=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60340325-aab286.jpg)
Max Verstappen bij het EK in de Formule 3 in 2014. Hij komt uit voor Van Amersfoort Racing. Foto Thomas Suer/Getty Images
Jochie wordt topcoureur
In het oude kantoor bij team Van Amersfoort Racing in Huizen is de spanning voelbaar, begin 2014. Waar gaat Verstappen, dan 16, rijden dat jaar? Er moet snel beslist worden. De deadline voor de inschrijving voor het Europese Formule 3-kampioenschap nadert. Eigenlijk is de overstap naar die klasse ongebruikelijk snel voor zo’n jonge coureur, net uit de kart.
Toch lijkt dit voor Verstappen de beste route naar de Formule 1. „Voor 999 van de duizend is die stap te groot, maar niet voor Max”, zegt de ervaren teambaas Frits van Amersfoort.
De kosten voor de Formule 3 zijn fors. Verstappen moet ongeveer een half miljoen neertellen wil hij in de opleidingsklasse uitkomen. Van de potentiële geldschieters die zijn benaderd, stapt geen enkele in. Verstappen is een groot talent, maar nog geen gevestigde naam.
Ruim twee uur overleggen ze: Van Amersfoort, vader en zoon Verstappen, manager Raymond Vermeulen en de oude manager Rothengatter. Dan slaat Rothengatter, die bekendstaat als een goede dealmaker, zijn hand op tafel. ‘We doen het’, zegt hij.
De auto wordt besteld, de eerste inschrijfkosten voldaan. Rothengatter financiert zelf enkele tonnen, onder meer om de aanschaf van de auto (150.000 euro) te bekostigen. Hij was het die Van Amersfoort jaren eerder tipte over Verstappen met de woorden: „Max wordt het helemaal.”
De dynamiek tussen de veeleisende Jos en de meer relaxte Max is in die tijd best „lastig”, ziet Van Amersfoort. „Ze kunnen elkaar soms niet luchten of zien.” Maar er is geen moment dat Max zijn vader laat vallen. „Dat gebeurt gewoon niet.”
Het is kletsnat in de tweede race op het stratencircuit van de Norisring in Neurenberg, juni 2014. Maar de wagenbeheersing van Verstappen is superieur en hij leidt ruim. „Wij riepen door de boordradio dat het wel goed was zo, maar hij drukte nog even door”, zegt Van Amersfoort. Verstappen wint alle drie de races, net als het weekend ervoor in België. Hij excelleert in de Formule 3.
Vooral zijn optreden op de Norisring trekt de aandacht van een van de meest invloedrijke mensen in de autosport: dr. Helmut Marko, topadviseur van Red Bull Racing.
Sommige mensen vinden hem te extreem, maar ik denk dat daar juist zijn kracht in schuilt
Xevi Pujolar voormalig race-engineer Max Verstappen
„Het werd misdadig genoemd, zo’n jonge knul in de Formule 1”, zou Marko later zeggen tegen NRC. Hij haalt Verstappen naar Red Bulls opleidingsteam: Toro Rosso. Bij zijn debuut in Melbourne, maart 2015, is hij met 17 jaar en 166 dagen de jongste Formule 1-coureur ooit. Véél te jong, klinkt het.
Zijn toenmalige race-engineer, Xevi Pujolar, maakte zich weleens zorgen: kan een jongen van die leeftijd wel zo veel informatie verstouwen? „Max kreeg van alles te horen: over de wagen, de banden, de motor. Soms keek hij ons aan en dacht ik: hij is overloaded. Maar nee, hij was nog niet klaar en vroeg zelfs nog meer. Hij pushte iedereen, de engineers, de mecaniciens.”
In zijn eerste jaren klinkt, naast lof over zijn spectaculaire inhaal- en verdedigingsacties, ook regelmatig kritiek. Verstappen zou te agressief en roekeloos rijden. Hij voert felle gevechten met de Ferrari-coureurs Sebastian Vettel en Kimi Räikkönen. Daar zie je: een echte Verstappen buigt niet, wijkt niet.
„Sommige mensen vinden hem te extreem”, weet Pujolar, „maar ik denk dat daar juist zijn kracht in schuilt.” Alleen de auto is volgens hem nu nog het probleem – Red Bull heeft minder vermogen dan het oppermachtige Mercedes. „Als het alleen om de bestuurder ging, was Max al wereldkampioen geweest.”
Dat Verstappen in die eerste Formule 1-maanden nog een hotelkamer met zijn vader deelt tijdens de raceweekenden, tekent de band. „Max vertrouwt blindelings op zijn vader”, zegt Pujolar. „Het is een competitieve omgeving, soms weet je niet waar je staat, mis je referentie. Jos hielp hem daar enorm bij.”
Op 15 mei 2016 grijpt Jos zijn zoon stevig vast, na de wonderlijke race in Barcelona. Op zijn achttiende is die de jongste winnaar van een Formule 1-grand prix ooit. Nog geen twee weken nadat hij is gepromoveerd naar het eliteteam van Red Bull. „Unbelievable”, roept Marko voor de camera’s.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60340100-84077b.jpg|//images.nrc.nl/dsqyKm5DXEmvvworL1HQbieUUjY=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60340100-84077b.jpg)
Max Verstappen en zijn vader Jos tijdens de Grand Prix van Oostenrijk in 2016. Foto Red Bull
Waken over de ‘BV Max’
Het is 2016 en uitgeverij Karakter wil „gewoon” een „aardig” boek maken over Max Verstappen, zegt directeur Chris de Graaf terugblikkend. Het moet de eerste biografie worden van de dan 18-jarige coureur, geschreven door voormalig Formule 1-journalist André Hoogeboom. De familie wordt via het management om medewerking gevraagd. Ze bedanken.
De biografie Max wordt toch geschreven. En de inhoud is voorgelegd aan Verstappen, om duidelijk te maken dat zijn reputatie niet wordt geschaad. De Graaf: „Er staat geen onvertogen woord in.”
Toch sommeert Verstappens management de uitgever in mei 2016 af te zien van publicatie. Hierop biedt Karakter een vergoeding van 10 procent van de netto-opbrengst aan. Te weinig, vinden Verstappens vertegenwoordigers.
Zij proberen via de rechter het boek uit de handel te laten halen, na de eerste druk eind 2016. Door het gebruik van portretfoto’s – op de omslag en in het boek – zou Karakter inbreuk maken op de „verzilverbare populariteit” van Verstappen, stelt diens advocaat. De financiële waarde van het gebruik van zijn portret ligt tussen de 175.000 en 250.000 euro, blijkt uit marktanalyses die zij hebben laten uitvoeren.
Verstappen verliest de zaak, ook in hoger beroep. Het hof oordeelt dat de door de uitgever aangeboden vergoeding redelijk is. Bovendien ligt het auteursrecht voor de foto’s bij derden en zijn de afbeeldingen eerder in de media verschenen.
Saillant is dat geïnterviewden uit het boek voor publicatie zijn benaderd door het management van Verstappen om hun medewerking in te trekken. Dat vertelt auteur Hoogeboom en wordt bevestigd door de uitgever en andere bronnen. Twee geïnterviewden vragen aan Hoogeboom hun bijdrage niet op te nemen, onder wie oud-coureur Jan Lammers. De advocaat van Karakter, Pieter Bos, weet dat te voorkomen. „Je kan niet zomaar iets intrekken”, zegt hij nu.
De ontwikkeling van een sterk mondiaal imago mag absoluut niet ondermijnd worden
Jaap de Groot voormalig Telegraaf-journalist
De kwestie illustreert hoe het ‘merk’ Max Verstappen steeds scherper wordt bewaakt door manager Raymond Vermeulen, die de commerciële en zakelijke belangen behartigt. De Limburger was al betrokken bij de Verstappens toen Jos nog coureur was.
:strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60335818-5769c0.jpg|//images.nrc.nl/GvRV0EiURykJeJFXB_zKG_HZ4so=/1920x/smart/filters:no_upscale():strip_icc()/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/07/data60335818-5769c0.jpg)
Jaarlijks verdient Max Verstappen ruim 40 miljoen euro aan inkomsten, staat in het onlangs uitgebrachte boek De magie van Max, geschreven door voormalig Telegraaf-journalist Jaap de Groot. Naast het salaris bij Red Bull heeft hij lucratieve sponsordeals met onder meer supermarktketen Jumbo en kledingmerk G-Star. „De ontwikkeling van een sterk mondiaal imago mag absoluut niet ondermijnd worden”, schrijft De Groot. „Het commerciële traject wordt om die reden overzichtelijk en exclusief gehouden.”
Wie in de slipstream een graantje wil meepikken, kan op weerstand rekenen. Verstappens management begint in 2018 een rechtszaak tegen online supermarkt Picnic, die in een reclamefilmpje een lookalike van de coureur inzet. Picnic moet in eerste aanleg 150.000 euro schadevergoeding betalen, maar in hoger beroep wordt die uitspraak vernietigd.
Kleinere voorvallen wijzen ook op een strakkere regie. Zo krijgt Bas van Bodegraven, voorzitter van ‘Gomax Fanclub’, het verzoek zichzelf geen oprichter van de Max Verstappen fanclub meer te noemen, omdat zo’n officiële fanclub niet bestaat – het zou voor verwarring zorgen.
En de naam Verstappen mag niet meer gekoppeld worden aan de organisatie die regelt dat de Formule 1-races op groot scherm in een horecazaal in Montfort kunnen worden bekeken, zegt vrijwilliger Arjan Brouwers. Opa Frans Verstappen was geestelijk vader van de samenkomsten. Na zijn overlijden hebben de leden het „voor hem” voortgezet. Brouwers: „Maar Jos wilde de naam Verstappen er niet meer aan verbinden.”
Opvallend is ook dat het management van Verstappen meer zakelijke activiteiten naar zich toetrekt. De mogelijkheden zijn legio voor de ‘BV Max’, als jonge, aansprekende topcoureur in een hypercommerciële wereldsport, die na schrale jaren is ontdekt door Nederland.
Ze doen er alles aan om het merk te exploiteren, zegt Jeroen Huis in ’t Veld. In 2016 wordt de ondernemer – hij heeft dan nog een sportreisbureau – door Red Bull en Vermeulen benaderd of hij een plan wil bedenken voor „een waanzinnige beleving” voor vijfhonderd fans bij de Grand Prix in Oostenrijk.
Hij komt met het idee voor een Max Verstappen Tribune. Fans kopen voor 99 euro een ticket voor de Red Bull Ring en krijgen onder meer een oranje T-shirt. Het idee slaat aan, de beelden van het oranje-leger gaan de wereld over. ‘Maxmania’ is geboren.
In de jaren daarna neemt het aantal afnemers – én de ticketprijs – toe. In 2019 zitten er 20.000 fans op verschillende Verstappen-tribunes. Het contract dat Huis in ’t Veld voor drie jaar afsloot, wordt niet verlengd; Verstappens management neemt de ticketverkoop in eigen beheer.
Foto’s ANP
Fricties met de media
Ivo Op den Camp heeft het geboortekaartje van Max Verstappen altijd bewaard. De Formule 1-watcher van De Limburger volgt de Verstappens al zo’n dertig jaar, eerst vader, nu zoon. Vooral Jos kent hij goed. Als die negatief in het nieuws was – sportief of in de privésfeer – wist hij wat er de volgende dag kon gebeuren: een telefoontje rond acht uur, half negen. „Dan had ik weleens een ziedende Jos Verstappen aan de lijn. Maar het was altijd fair, op basis van argumenten.”
Ook nu is Jos Verstappen nooit ver weg, als zijn zoon in het nieuws komt. Hij en manager Vermeulen „houden alles in de gaten”, zei Jos onlangs in een interview in het blad Formule 1. Zo wordt Max „uit de wind” gehouden.
In juli bijt Jos, via Twitter, de Formule 1-specialist van het AD toe dat hij de Formule 1 „echt niet snapt”, na kritiek van de verslaggever op de leiding van Red Bull Racing in een radioprogramma. Die toonzetting werkt soms door in hoe zijn zoon omgaat met de media. In journalistieke kringen wordt daarom wel van de ‘lange arm van Jos’ gesproken.
In het geval van de AD-watcher reageert Verstappen, na de tweet van zijn vader, in mediasessies stekelig en kortaf op diens vragen. Nadat de Red Bull-woordvoerder de journalist eerst heeft gevraagd of een collega van hem het persmoment kan volgen.
Spanningen zijn er ook in 2016, tussen ‘kamp-Verstappen’ en de NOS. Het begint met kritiek van buitenlandse journalisten op zijn risicovolle rijstijl na een incident in de GP van België: oud-wereldkampioen Jacques Villeneuve vreest dat hij nog eens iemand dood rijdt. In gesprek met de Nederlandse pers, kort erop voor de GP van Italië, reageert Verstappen fel: „Hij moet een beetje opletten met zijn uitspraken dat er iemand doodgaat, want hij heeft zelf iemand doodgereden.”
Wij zijn voor Max, willen dat hij wint
Will Moerer directeur Ziggo Sport
Verstappen doelt op een crash van Villeneuve in 2001 in Melbourne, waarbij een marshal (baancommissaris) overlijdt door een afgebroken wiel. De NOS brengt de gevoelige uitspraak van Verstappen als een van de weinige Nederlandse media, het wordt een rel als internationale nieuwssites het oppikken. Het management van Verstappen roept de NOS op het matje, omdat zij vinden dat een nuancerend citaat van Verstappen ontbreekt in het bericht. Te weten: „Ik vind wat hij zegt [Villeneuve] niet respectvol naar de familie van de overleden marshal.”
De NOS voegt dat citaat alsnog toe aan het bericht. Maar de Formule 1-verslaggever wordt in de laatste maanden van 2016 geboycot door Red Bull: hij mag niet meer aanschuiven bij Verstappens persconferenties voor de Nederlandse pers. Pas in het nieuwe seizoen is hij weer welkom.
Het illustreert de angst voor imagoschade rond Verstappen. Dat blijkt ook bij de GP van Japan, afgelopen oktober. Als Verstappen al snel van de baan wordt getikt door Charles Leclerc en moet stoppen, uit hij in een interview bij Ziggo Sport kritiek op de wedstrijdleiding: „Echt belachelijk wat hier vandaag gebeurt.” Daarop stuurt de persvrouw van Red Bull, nog tijdens de race, een WhatsApp-bericht naar Nederlandse journalisten waarin ze vriendelijk verzoekt „niets te publiceren dat schadelijk is voor Max”.
Op de achtergrond speelt mee dat het belang van de traditionele media in de Formule 1 tanende is. Red Bull heeft zelf een strakke mediastrategie, Verstappen bereikt veel volgers via zijn site en social media én heeft een partnership met Ziggo Sport.
Verstappen is het boegbeeld van de betaalzender, die bij Formule 1-races gemiddeld 1,5 miljoen kijkers trekt. Rond raceweekenden krijgt Ziggo Verstappen meerdere keren voor de camera, hij verschijnt ook vaak in andere Ziggo-programma’s en in reclames. Over de hoogte van het contract wil Will Moerer, directeur van Ziggo Sport, niets zeggen, maar een ingewijde schat het op minimaal enkele miljoenen.
Er is kritiek geweest dat Verstappen onvoldoende kritisch wordt benaderd door de zender. Pitreporter Jack Plooij, in het dagelijks leven tandarts, en commentator Olav Mol, zien zichzelf niet als journalisten. Bij vaste volgers bestaat ergernis dat Verstappen het mede daarom niet meer gewend is tegenspraak te krijgen. Moerer: „Ik begrijp wat je bedoelt, maar ik geloof niet dat je ons daar de schuld van kan geven.”
Moerer erkent dat de zender geen „journalistiek product” beoogt te maken. „Onze abonnees willen gewoon een mooie race zien, met vakkundig commentaar. Ze moeten natuurlijk niet gaan roepen dat het goed is, terwijl hij het verknalt.” Moerer spreekt tegen dat zijn verslaggevers „klakkeloos achter Verstappen en zijn team aanlopen”. Maar „een beetje chauvinisme” moet kunnen. „Wij zijn voor Max, wij zijn niet neutraal. Wij willen dat Max wint. Dat mogen we ook uitstralen.”
Hoe moeilijk het is om je als journalistiek programma niet te verliezen in de Maxmania, bewijst de gang van zaken rond het interview van Jeroen Pauw met Verstappen, in 2016, vijf dagen na zijn eerste zege in Barcelona. Toenmalig Pauw-redacteur Rachel Franse vertelt dat er maanden aan investeren aan vooraf gingen. Ze hield veel contact met Vermeulen, verdiepte zich in de social media-strategie van Verstappen en sprak met familieleden. Plots kwam het verlossende bericht: morgen interview in de kelder van sponsor Exact, aan de A13 bij Delft. Bij hoge uitzondering stemde Pauw in met een niet-live-interview, op locatie.
De afgesproken tien minuten liepen uit, het werd een hele uitzending. Dat Verstappen een jasje en cap met Red Bull-logo droeg, was Franse „om eerlijk te zijn” ontgaan. „Ik denk dat ik dacht: fuck it. Kan mij dat petje schelen, die big fish zal ik krijgen!” BNN-VARA kreeg daarop een waarschuwing van het Commissariaat voor de Media, omdat de sponsoruitingen „te nadrukkelijk en te langdurig in beeld” waren.
Zelf is hij nauwelijks veranderd, zeggen de mensen die hem kennen. Maar de wereld om hem heen wel. Fenomeen in wording, die Nederland lijkt te ontstijgen. Het ‘project-Max Verstappen’ is veelbelovend begonnen – maar pas volmaakt als hij wereldkampioen wordt.