Analyse

Vrouwenrechtenverdrag is ‘ideologie’ voor Polen

Istanbul-Conventie Een internationaal verdrag tegen vrouwenmishandeling is in Midden-Europa steen des aanstoots omdat het genderrollen ter discussie stelt. „Een feministische uitvinding om homo-ideologie te rechtvaardigen.”

Polen demonstreren afgelopen vrijdag in Warschau tegen de terugtrekking uit het verdrag
Polen demonstreren afgelopen vrijdag in Warschau tegen de terugtrekking uit het verdrag Foto Wojtek Radwanski/AFP

Met veel tumult stapt Polen uit het internationale verdrag dat vrouwen moet beschermen tegen verkrachting, huiselijk geweld en discriminatie. Justitieminister Zbigniew Ziobro belegde in het weekend een persconferentie om aan te kondigen dat hij de deratificatie van de zogeheten Istanbulconventie in gang zou zetten. Dit verdrag uit 2011 „bevat elementen van ideologische aard die wij schadelijk achten”, aldus Ziobro, de meest rechtse minister in de Poolse conservatief-nationalistische regering.

Voorafgaand aan de beslissing gingen duizenden vrouwen in Warschau en elders de straat op, maar met vrouwenrechten heeft Ziobro’s ideologische beslissing weinig te maken. Met de rechten van homoseksuelen en transgenders en de Poolse controverse over seksuele voorlichting op scholen des te meer. Waar Ziobro aanstoot aan neemt is namelijk „de constructie van het zogenaamde sociaal-culturele gender in tegenstelling tot biologische sekse”. De suggestie, met andere woorden, dat man of vrouw zijn een keuze is.

De minister van Justitie voerde al een kruistocht tegen het vrouwenverdrag voordat de vorige, centrum-rechtse regering het in 2015 ratificeerde. Vanuit de oppositie noemde hij het „een feministische uitvinding om homo-ideologie te rechtvaardigen”. Nu, twee weken nadat de conservatieve, katholieke president Andrzej Duda – nipt – is herkozen, voegt Ziobro „de daad bij het woord”.

Lees ook deze reportage: Seksuele voorlichting op school ? Niet in de ‘lhbt-vrije’ zones van Polen

Polen is niet het eerste land dat zich heeft bedacht over het verdrag van de Raad van Europa dat in het Turkse Istanbul werd gesloten. Van de 45 landen die het sinds 2011 ondertekenden, hebben onder andere Hongarije, Tsjechië, Slowakije en Bulgarije het nooit geratificeerd.

Eén controversiële zin

De Istanbulconventie spoort landen aan om misdaden tegen vrouwen, zoals huiselijk geweld en verkrachting, maar ook meisjesbesnijdenis en eerwraak, strenger aan te pakken. In Spanje heeft dat geleid tot een concrete aanpak van ‘machogeweld’. De linkse regering daar diende begin dit jaar, met het internationale vrouwenverdrag in de hand, een wet in waarin wordt vastgelegd dat seks alleen mag met expliciete wederzijdse instemming.

In Midden-Europa daarentegen is de discussie over het vrouwenverdrag gekaapt door nationalistische politici en religieuze belangengroepen die zich verzetten tegen westerse ideeën over seksualiteit. Dat komt door één zinnetje. Om begripsverwarring te voorkomen is gender in de verdragstekst, bijna terloops, gedefinieerd als „de maatschappelijk geconstrueerde rollen, gedragingen, activiteiten en eigenschappen die een gegeven samenleving van toepassing vindt op vrouwen en mannen”.

Over transseksualiteit of homoseksualiteit rept de tekst niet, maar legitimatie daarvan wordt wel – met succes – gebruikt als argument tegen het verdrag.

Bulgarije was het eerste land waar zulke framing de Istanbulconventie fataal werd. Politici repten van „internationale lobby’s die druk uitoefenen om een derde sekse te legaliseren” en om „homohuwelijken af te dwingen”. Ook werd het verdrag bestempeld als gevaar voor kinderen. Tegenstanders deden alsof het idee om niet-stereotiepe genderrollen te verankeren in lesmateriaal zou leiden tot „het onderwijzen van homoseksualiteit en travestie”. In 2018 verwierp zelfs het Hooggerechtshof het verdrag omdat de passage over gender in strijd zou zijn met de Bulgaarse grondwet.

Lees ook:Demografische paniek is in Oost-Europa ‘zwaar onderschatte politieke factor

In Hongarije en Slowakije, waar conservatieve coalities aan de macht zijn, verwierp het parlement het verdrag eerder dit jaar na vergelijkbare controverse. Polen trekt nu zijn eerdere ratificatie in.

Traditionele waarden

Op 12 juli herkoos Polen de conservatieve president Duda na een felle strijd met de progressieve Rafal Trzaskowski. Die heeft zich als burgemeester van Warschau ingezet voor de rechten van lhbti’ers en voor seksuele voorlichting op scholen. Polen kent geen geregistreerd partnerschap of huwelijk voor stellen van hetzelfde geslacht en onderwijs over seksualiteit is er taboe.

Duda voerde campagne met de belofte „kinderen te beschermen tegen lhbt-ideologie” en kondigde aan dat hij adoptie door niet-heteroparen zou verbieden. Binnen de politieke agenda van „traditionele waarden” die hij en de regering willen uitvoeren, is het sneuvelen van het vrouwenverdrag dan ook slechts nevenschade.