Recensie

Recensie Theater

‘Music in Motion’ voelt intiem en dichtbij

Video Musici van het Rotterdams Philharmonisch Orkest maakten samen met dansers van het Scapino Ballet ‘Music in Motion’, een korte video die vrijdag om half vijf in première gaat.

Musici van het Rotterdams Philharmonisch Orkest in de video ‘Music in Motion’.
Musici van het Rotterdams Philharmonisch Orkest in de video ‘Music in Motion’. Stijn te Hennepe

‘Rotterdam, stad van morgen”, dichtte woordkunstenaar YoungMichPoetry (Y.M.P) in de videoclip Song of Freedom, die het Rotterdams Philharmonisch Orkest online zette rondom bevrijdingsdag. „We leven bij de gratie van: het is wat het is.” Geen orkest ondernam sinds het begin van de coronacrisis zo veel nieuwe initiatieven op internet als het Rotterdams Philharmonisch. Bijna drie miljoen keer werd via YouTube de clip bekeken waarin de musici thuis – opgenomen met de telefoon – samen een fragment uit het slotdeel van Beethovens Negende symfonie speelden.

Vorige week werkten de musici met dansers van het Scapino Ballet aan een nieuw project in de schouwburg: Music in Motion, een korte video die vrijdag om half vijf in première gaat. De opnamen ervan laten zien hoezeer corona het begrip ‘samen’ een nieuwe en paradoxale betekenis geeft. De muziek – Griegs opzwepende ‘In de hal van de bergkoning’ uit Peer Gynt – wordt in stukken en beetjes vertolkt. De instrumentgroepen treffen elkaar niet, de klanken van de achtendertig musici worden later digitaal aaneengesmeed. En hetzelfde geldt voor de veertien dansers. En toch voelt alles in de enscenering van Scapino-choreograaf Ed Wubbe intiem en dichtbij.

Hoger niveau

Nu de vertedering van telefonische amateurbeelden van musici thuis lijkt uitgewerkt, moeten orkesten zichzelf opnieuw blijven uitvinden op een hoger niveau. Hoe kunnen ze aan hun publiek, waarvan maar een fractie voorlopig de concertzaal in mag, meerwaarde bieden op internet? Wat het oor betreft kan de muziek in digitale vorm niet opboksen tegen live. En concertregistraties kunnen dit gemis niet opvullen, gelooft RPhO-directeur George Wiegel. „Die bestaan toch altijd uit hetzelfde beeld: een zwetende dirigent van wiens gezicht je de emoties af kunt scheppen, staand voor – zoals we hier doorgaans gekscherend zeggen – honderd pinguïns op een ijsschots.”

En dus dwingt corona orkesten andere denkrichtingen uit. „Echte vernieuwing begint waar de comfortzone eindigt”, zegt RPhO-innovator Mike Schäperclaus. De voormalig slagwerker verdiende onder meer internationaal zijn sporen als musical director van de wereldtour van Disney’s musical The Lion King. Hij is de drijvende kracht achter de initiatieven op internet, waaronder de nieuwe video Music in Motion. „Alle reacties wereldwijd op onze Negende van Beethoven toonden dat we een snaar geraakt hadden. Uit Australië mailden mensen ons dat hun vijfjarige zoon de hele dag op zijn speelgoedtrompet met de clip stond mee te spelen. Wil je de kunstvorm levend houden, dan moet je blijven maken. Dit is geen tijd om af te wachten. Het leven gaat door, de muziek ook.”

Al jaren wilden het RphO en Scapino Ballet iets samendoen. De leegte van de coronacrisis schiep daar ruimte voor, beaamt Scapino-choreograaf Ed Wubbe. „Met Music in Motion gooien we onszelf in het diepe, maar we voelen dat dit moet. De film verbeeldt een dialoog tussen musici en dansers, maar ook een tussen kunst en kijker.”

Danser Sana Sasaki van het Scapino Ballet.

Justin Bekker

Waardevol proces

Orkesten moeten de coronacrisis aangrijpen voor experimenten, vindt RPhO-directeur Wiegel. „Corona heeft de orkesten uit hun harnas gehaald. We zitten nu in een laboratorium. Dit is een waardevol proces. Al vrij snel na de sluiting van de zalen barstte hier de discussie los: ‘Oké, wat kan er nog wel? Hoe kunnen we iets maken dat zich kan meten met de concertervaring?’ Enkele maanden terug was het bijna een misdaad niet alle noten te spelen zoals ze geschreven staan. Klassieke muziek opnemen met mobiele telefoon? Een no-goarea. Vervolgens ‘klussen’ we op die manier drie minuten Beethovens Negende in elkaar – alleen om ons eigen Rotterdamse publiek te laten zien dat we er nog zijn – en plotseling voelen mondiaal miljoenen mensen zich daardoor ontroerd en getroost. De hybride wereld biedt kennelijk kansen die we niet eerder zagen.”