Schilder Koen van den Broek: ‘Het mooie uitzicht snij ik er gewoon af’

Interview Galerie Ron Mandos in Amsterdam toont een overzicht van het oeuvre van de Vlaamse schilder Koen van den Broek, met 21 werken uit de afgelopen 21 jaar. Hij zoomt in op scheuren in verweerd asfalt of stukjes stoep.

Koen van den Broek, Plot, Olieverf op canvas, 200 x 300 cm, 2015
Koen van den Broek, Plot, Olieverf op canvas, 200 x 300 cm, 2015 Foto Galerie Ron Mandos

Er wappert een vlag aan de Prinsengracht 282 met daarop de beeltenis van het werk Hope #2 van schilder Koen van den Broek (1973): een geabstraheerde regenboog die in een plas water op het asfalt te ontdekken is. De vlag aan de gevel van Galerie Ron Mandos roept in de context van de Amsterdamse grachtengordel onmiddellijk associaties op met de Gay Pride. Door de titel lijkt het werk tegelijkertijd naar de huidige coronacrisis te verwijzen: als een van de vele spandoeken in de stad die de mensen een hart onder de riem willen steken.

„Maar daar heeft het eigenlijk niets mee te maken”, vertelt kunstenaar Koen van den Broek. Zijn grote olieverfschilderijen gaan niet over concrete maatschappelijke of politieke onderwerpen: „Dan wordt het enkel een illustratie van wat er aan de hand is, waardoor je volgens mij geen goede kunst krijgt.” Zijn doeken focussen juist op alledaagse details. Zoals in de serie Cracks waarin hij inzoomt op scheuren in verweerd asfalt, of de serie Borders waar stukjes stoeprand de hoofdrol spelen.

Koen van den Broek. Foto Lee-Jae-An

Fotograferen vanuit een cabrio

Op roadtrips door onder andere de Verenigde Staten richt Van den Broek, zodra hij zijn cabriolet uitstapt, de camera direct naar de grond. Naar de scheuren in het wegdek en de schaduwen van het straatmeubilair. Ook fotografeert hij al rijdend het grootse verlaten landschap: beelden die doen denken aan de films van Wim Wenders of Alfred Hitchcock. Maar het zijn zelden indrukwekkende vergezichten die hij vastlegt. „Je kan de dingen niet mooier maken dan ze al zijn. Dat kun je zelfs niet met een foto vatten. Dus snij ik dat mooie uitzicht er gewoon af.” Het gaat in die landschapswerken juist over het „gevoel dat er iets achter zit, maar dat dat niet wordt vrijgegeven.” Zoals in film de suggestie van geweld vaak intenser is dan het expliciet laten zien.

Eenmaal terug in België dienen de foto’s als voorstudies voor zijn schilderijen. Daarbij wordt „elk werk heel analytisch opgebouwd” en is er „geen ruimte voor correcties” achteraf. Door deze werkwijze onderscheidt Van den Broek zich van zijn inspiratiebron Willem de Kooning. Van den Broek identificeert zich met de benadering van de abstract-expressionist maar „met het verschil dat mijn werk niet expressief is, maar volledig is uitgetekend”.

Koen van den Broek, Stretched, Olieverf op canvas, 210 x 140 cm, 2014. Foto Galerie Ron Mandos

Van den Broeks latere werk is zelden het resultaat van het naschilderen van één enkele foto. Van den Broek is details uit eerder werk opnieuw gaan fotograferen en daarmee fotografische collages gaan maken, om deze vervolgens weer in één keer op het doek te zetten. Neem het werk Stretched: „Daar ben ik verschillende schaduwen in gaan terugcomponeren. Daarin lijkt het ook op zoiets als de cutaways van John Chamberlain, of het werk van Amerikaanse expressionisten als Franz Kline of Robert Motherwell. Je hebt dan nog wel referenties naar de realiteit, zoals een paal van een verkeerslicht, maar het is een vrij moment.”

Dat de schilder graag vertelt over zijn werk is evident. Voortdurend legt hij connecties tussen zijn werk en de kunstgeschiedenis. In vijf minuten springen we van Pieter Bruegel de Oude naar Henri Matisse en via Donald Judd en Edward Hopper naar Alfred Hitchcock en Michael Haneke.

Koen van den Broek, Casting Balance, Olieverf op canvas, 165 x 110 cm, 2019 Foto Galerie Ron Mandos

Normaal gesproken maakt de kunstenaar zijn voorstudies nooit in zijn thuisland België. „Je hebt kunstenaars, zoals Giorgio Morandi, die altijd thuisbleven en stillevens schilderden. Maar je hebt ook mensen die veel afstand nemen, vooral fotografen hebben dat nodig.” Van den Broek realiseert die afstand door „van het ene continent naar het andere” te reizen waardoor „je veel frissere beelden krijgt”. In Galerie Ron Mandos hangt echter één werk dat gemaakt is naar aanleiding van een recente foto die wel in België gemaakt is. Casting Balance toont een fragiel twijgje dat nog net niet is weggewaaid door de wind. „Ik heb daar twintig jaar voor nodig gehad”, vertelt de schilder. En nee, dit werk gaat niet over thuisisolatie. Het kwam tot stand na „een breuk in een relatie” terwijl de schilder „een beetje treurig met de hond” door een herfstig Vlaams landschap wandelde.

Dat mensen de vlag buiten de galerie interpreteren als symbool voor hoop in tijden van corona of associëren met de Pride, maakt voor Van den Broek niet uit. „Zo’n regenboog mag je ook gewoon mooi vinden en je mag denken dat die vlag over de Gay Pride gaat, dat is niet zo, maar het is ook niet verkeerd.” Met name in zijn latere, abstractere werk is het „een beetje cloud-spotting, je kunt er van alles in zien.”

In deze coronatijden is hij vooral veel aan het wandelen met zijn hond. „Er is nu een lockdown, maar het is ook goed weer. Dus overal zijn beelden en schaduwen en géén mensen. Het huidige landschap van corona lijkt op het landschap in mijn schilderijen: het is een ‘Koen van den Broek-wereld’, volledig desolaat.”

Koen van den Broek: The Beginning. T/m 6 juni in Galerie Ron Mandos, Prinsengracht 282, Amsterdam. Op afspraak geopend. Inl: ronmandos.nl