De wekelijkse briefings van RIVM-directeur Jaap van Dissel aan de Tweede Kamer hebben een wonderlijke cadans. Meestal is er sprake van een heldere presentatie en een feitelijke update, maar steeds vaker hoor ik ook een vaag, stroperig betoog, vooral in antwoord op vragen van Kamerleden. Alleen als je goed luistert, ontdek je interessante informatie. Deze week legde Van Dissel uit waarom we niet meer testen dan nu het geval is. „In Nederland zijn we niet voor testen om het testen. Het kost ook nog eens zeventig euro. Het gaat er om wat we met de uitslagen gaan doen.” Wonderlijk. Want wie zijn ‘we’? Ja, het RIVM en het kabinet, maar toch niet heel Nederland. De volgende zin is net zo wonderlijk: ‘Het kost ook nog eens zeventig euro.’ Sinds wanneer is ‘ook nog eens zeventig euro’ een argument om niet te testen?
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data57165534-2623a6.jpg)
Ik zocht het even uit: in Nederland moeten burgers preventieve tests zelf betalen. Maar schrijft een arts zo’n coronatest voor, dan moet de zorgverzekeraar deze vergoeden. Met andere woorden: zorgverzekeraars hebben een financieel belang bij zo min mogelijk coronatests. Daar kunnen die zorgverzekeraars niet zoveel aan doen. Immers, zij hebben zichzelf niet geprivatiseerd. Dat heeft de Nederlandse politiek gedaan, in 2006.
Wat er wordt gezegd in het Outbreak Management Team (OMT) van het RIVM, is momenteel geheim. Zeer begrijpelijk, want iedereen moet vrijuit kunnen praten. Maar waarom is het geheim wie er in dat OMT zitten? Is iemand in dat team verbonden aan de private zorgverzekeraars? Zo niet, in hoeverre hebben zorgverzekeraars dan invloed op ons coronabeleid, bijvoorbeeld via memo’s of appjes? Waar later al dan niet een actieve herinnering aan overblijft. En waarom eigenlijk, zijn de rekenmodellen van het RIVM geheim? Dit alles kan echt niet in een democratie.
Private zorgverzekeraars zijn onderdeel van de marktwerking in de Nederlandse zorg. Het voorspelbare effect is dat de Nederlandse zorg is gaan werken als, zeg, McDonalds. Geen buffers, weinig extra voorraden zoals testcapaciteit, IC bedden of beschermende kleding. Marktwerking zorgt voor weinig tot geen vet op de botten, waarna maatregelen om het onverwachte tegen te gaan (denk aan plots meer patiënten dan gebruikelijk) maar moeilijk kunnen worden genomen. Dat heet dan ‘efficiëntie’. Zei ik patiënten? Excuus, zorgconsumenten.
Een ‘efficiënte’ gezondheidszorg is niet bestand tegen disrupties zoals een pandemie. Terug naar het RIVM. Op 7 januari heeft China de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geïnformeerd over de ontdekking van het coronavirus. Op 12 januari deelde China de DNA-sequence van het virus met de wereld, zodat andere landen konden beginnen met het ontwikkelen van testmateriaal. Amerikaanse inlichtingendiensten sloegen toen alarm in Washington; er moesten snel forse maatregelen komen, zeiden ze. President Donald Trump negeerde die signalen.
Hoe is het in Nederland gegaan? Op 14 februari zei het RIVM nog stellig dat we ons ‘geen zorgen hoeven te maken over het coronavirus’. Tien dagen later suggereerde Van Dissel bij Nieuwsuur nog dat het allemaal zo’n vaart niet zou lopen. Hoe faliekant mis het RIVM het had, weten we nu allemaal. Begrijp me niet verkeerd: er werken hele verstandige, capabele mensen. Maar het zijn uiteindelijk mensen die, net als wij, feilbaar zijn. Des te meer vraag ik me af waarom het RIVM het eigen falen doodzwijgt. Het zou sterk zijn als Van Dissel uitlegt dat het RIVM het virus heeft onderschat, en vooral waarom dat is gebeurd.
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data57042133-0ececb.jpg)
Dat kan makkelijk in een persconferentie, met Rutte ernaast. De premier kan dan meteen toegeven dat de privatisering van de zorgverzekering een enorme fout was. Net als die hele marktwerking in de zorg. Hij kan zeggen dat het kabinet ervan heeft geleerd en er alles aan zal doen om dat weer terug te draaien.
Nu gaat het de hele tijd over een aankomende anderhalvemetersamenleving. Maar wat we nodig hebben is een voortschrijdendinzichtsamenleving.