Meestal lukt het Robert Witte (48) prima om te negeren dat hij een baarmoeder heeft. Voor het uitstrijkje dat hij vorig jaar liet maken in het kader van het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker, had hij zich schrap gezet. „Ik ging naar de huisarts, haalde daarna een gebakje”, vertelt hij.
Maar hij merkte dat de kosten van het onderzoek van zijn eigen risico waren afgetrokken. Terwijl voor vrouwen de betaling van het bevolkingsonderzoek wél wordt vergoed, de betaling aan de arts verloopt automatisch.
De nasleep een antwoord en de kosten vergoed te krijgen, leverden hem zoveel stress op dat hij aanklopte bij het College voor de Rechten van de Mens, dat zaken toetst aan de Wet gelijke behandeling. Witte eist dat mannen met een baarmoeder net zo worden behandeld als vrouwen. De uitspraak wordt vrijdag verwacht.
Witte is opgeleid als programmeur, boekhouder en psychosociaal therapeut maar is nu freelance schrijver van levensverhalen van particulieren. Hij werkt vanuit zijn woonplaats Alkmaar ook aan een kinderboek.
Veel vertrouwen in een goede afloop heeft hij niet, vertelt hij door de telefoon. Hij kreeg, vindt hij, weinig gelegenheid om zijn eis nader toe te lichten: „Ik wil dat er beleid wordt ontwikkeld voor mannen met een baarmoeder. Die groep wordt steeds groter.” Voor hen zouden net zo weinig drempels opgeworpen moeten worden als voor vrouwen die mee willen doen aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker, vindt hij.
Elke vrouw krijgt vanaf haar dertigste elke vijf jaar een oproep om aan dat onderzoek mee te doen. Daarbij zit een kaartje met stickers met naam en streepjescode, op basis waarvan de huisarts het onderzoek kan uitvoeren en automatisch betaald krijgt. Zo ging het bij Witte ook toen hij nog geregistreerd stond als vrouw.
Maar na zijn 45ste verjaardag viel het kaartje niet meer in de bus: in 2014, op zijn 42ste, had hij zich als man laten registreren in de Basisregistratie Personen (BRP). Witte: „Op 1 juli 2014 was de wet veranderd. Je hoefde als transman je baarmoeder niet langer te laten verwijderen om je geslacht te laten veranderen. Dat kwam goed uit want ik wilde graag als de vader van onze dochter geregistreerd staan. Twee weken nadat de V in de administratie was veranderd in een M, werd onze dochter geboren.”
Uitstrijkje
De afspraak met de huisarts voor een uitstrijkje, waarvoor hij nu zelf het initiatief nam, stelde hij steeds uit. Op aandringen van een vriendin pakte hij uiteindelijk toch de telefoon. „Ik herinnerde me de stress van de vorige keer”, zegt Witte. „Toen had ik een oproep gekregen omdat ik nog als vrouw geregistreerd stond. Maar door hormoonbehandelingen zag ik er al mannelijk uit.”
Toen hij aan de beurt was, klonk in de wachtkamer ‘mevrouw Witte’. De assistente voelde zich ongemakkelijk toen Witte opstond, vertelt hij, ze snapte het niet meteen. „Dat was vervelend voor haar, maar ook voor mij.”
Witte gebruikt de term ‘genderdysforie’, een vorm van stress bij mensen die een andere genderidentiteit hebben dan de identiteit die bij de geboorte is toegewezen. Die stress speelde op toen een maand na het uitstrijkje bleek dat de kosten ervan, 65 euro, afgetrokken waren van zijn eigen risico bij de zorgverzekering. Witte trok aan de bel maar elke keer dat hij werd teruggebeld, zat hij net in de trein of liep hij in de supermarkt. Witte: „Dan moest ik uitleggen dat ik een man met baarmoeder ben. Dat raakte me.”
De operatie om de baarmoeder te laten verwijderen, is best zwaar, legt Witte uit. De baarmoeder negeren zou bovendien makkelijker worden: onder invloed van mannelijke hormonen én door het ouder worden, zou de menstruatie – en dus de maandelijkse herinnering – vanzelf stoppen.
Hoeveel mannen met een baarmoeder Nederland telt, is onduidelijk. Sinds de wetswijziging in 2014 laten jaarlijks enkele honderden mensen hun geslachtsaanduiding in de gemeentelijke basisadministratie wijzigen en iets meer dan de helft daarvan is trans man. Hoeveel daarvan hun baarmoeder nog hebben, wordt niet bijgehouden.
Het aantal geregistreerde geslachtswijzigingen zal waarschijnlijk verder groeien als naar verwachting volgend jaar een wijziging in de Transgenderwet van kracht wordt. Dan zal een verklaring van een arts of psycholoog niet meer nodig zijn om de geslachtsbepaling te laten veranderen.
Witte vindt het tijd dat het bevolkingsonderzoek naar baarmoederhalskanker aan die realiteit wordt aangepast. Witte: „Dat vrouwen boven de dertig automatisch een oproep krijgen en het onderzoek automatisch wordt vergoed, is om de deelname zo hoog mogelijk te krijgen. Waarom wordt voor trans mannen met een baarmoeder de drempel niet net zo laag gemaakt?” Daar zit ‘m de ongelijke behandeling die hij bij het College voor de Rechten van de Mens aankaartte.
Volgens Witte zijn er twee mogelijkheden. Eén: iedereen in Nederland krijgt vanaf de dertigste verjaardag elke vijf jaar een oproep om een uitstrijkje te laten maken. Wie niet mee wil doen – omdat hij of zij geen baarmoeder heeft of om een andere reden – kan zich afmelden, zoals ook nu al gebeurt. Twee: niemand krijgt een oproep en iedereen kan zichzelf melden. Registreren welke mannen een baarmoeder hebben, is om privacyredenen geen optie.
Witte: „Optie twee werkt drempelverhogend dus is niet realistisch.” Blijft over optie één, die hij niet disproportioneel vindt: „Bij de invoering ervan zul je veel uitnodigingen moeten versturen, maar mannen zonder baarmoeder zullen zich afmelden en dan blijven er niet zo veel meer over.”
Tijdens de zitting voerde de advocaat van Bevolkingsonderzoek Nederland aan dat de huidige gang van zaken een gevolg is van de keuze van de trans persoon zich als man te registreren. Witte: „Dat kwam als een mokerslag binnen. Het is toch niet míjn fout dat ik ongelijk behandeld word?”
Mocht de uitspraak negatief uitvallen, dan stapt Witte naar de rechter. De tegenpartij wordt dan het RIVM, de instantie die het beleid rond bevolkingsonderzoeken ontwikkelt. Witte: „Ik ga me niet bij deze ongelijkheid neerleggen. Dan zou mijn boodschap zijn dat het oké is zo met mij en andere mannen met een baarmoeder om te gaan. Die boodschap wil ik niet geven.”