Analyse

De stille ramp van 1,5 miljard schoolkinderen die thuiszitten

Thuisonderwijs Bijna negen op de tien kinderen wereldwijd kunnen niet naar school vanwege het coronavirus. Maar in lang niet elk gezin is er de rust, ruimte of rijkdom voor thuisonderwijs.

In 165 landen zijn alle scholen dicht, waardoor kinderen thuis les moeten krijgen. Ook in Slowakije waar twee zussen een educatief tv-programma kijken van de staatsomroep.
In 165 landen zijn alle scholen dicht, waardoor kinderen thuis les moeten krijgen. Ook in Slowakije waar twee zussen een educatief tv-programma kijken van de staatsomroep. Foto JOE KLAMAR / AFP

Vergeet ’t Kofschip. Nederlandse basisscholieren leren – vanwege alle Engelse leenwoorden – tegenwoordig vervoegen met ’t Sexy Fokschaap. Op de eerste dag dat de kinderen thuisonderwijs kregen, leek het nog een aangename verrassing: ook de ouders konden hier wat van gaan opsteken. Die coronacrisis gaat ooit voorbij, dit nieuwe ezelsbruggetje neemt niemand ons nog af.

In deze wittebroodsweken van de crisis lijkt de wereld nog mooi. Maar in werkelijkheid voltrekt zich een enorm drama nu mondiaal 87 procent van de schoolgaande jeugd thuiszit. Het gaat, volgens een dagelijks geactualiseerd overzicht van VN-organisatie Unesco, om ruim 1,5 miljard ingeschreven leerlingen in 165 landen, waar alle scholen dicht zijn. En dan ook nog 173 miljoen in landen waar op lokaal niveau onderwijs is stilgelegd.

Dat zijn enorme aantallen. Als ook maar 1 procent van al deze kinderen door thuis te blijven schade of leerachterstand oploopt, raakt dat een schoolklas met de omvang van de Nederlandse bevolking.

De massale schoolsluitingen, waarschuwt industrielandenclub OESO, „hebben enorme gevolgen, niet alleen voor leerlingen, maar voor hele gemeenschappen”. Het thuiszitten levert kinderen stress en angsten op. En voor leerlingen die normaal op school ontbijten of lunchen, kan daar honger bijkomen. En dan is er ook nog de „afnemende economische productiviteit doordat individuen en gezinnen gevraagd wordt zichzelf te isoleren” (lees: armoede).

Ook zonder corona is lang niet elk huis een veilige plek voor kinderen – en dit kan verslechteren nu een derde van de wereldbevolking in een meer of minder verplichte vorm van thuisisolatie zit. Met de stress, angst, honger en armoede waar de OESO voor waarschuwt kunnen reeds bestaande verschillen tussen leerlingen groeien. „Rijkere gezinnen zullen eerder ouders hebben die digitaal behendig zijn en hun thuiszittende kinderen kunnen helpen. Voor leerlingen uit minder rijke gezinnen is het onwaarschijnlijker dat ze die hulp krijgen, waardoor ze verder achterop raken.”

Een meisje uit de eerste klas in Sofia, Bulgarije.
Foto Vassil Donev / EPA
Alice (5) kijkt een video die ze van school heeft gekregen, in Santo Andre, Brazilië.
Foto Amanda Perobelli / Reuters
Een leerlinge van een privéschool in Bahrein.
Foto Hamad I Mohammed/Reuters

Wel een tablet, geen internet

Overal ter wereld zijn de afgelopen weken virtuele klaslokalen ingericht, van waaruit leraren hun leerlingen bestoken met huiswerk en instructie-vlogs. Ouders bieden in de klassenapp tegen elkaar op wie het mooiste weekschema heeft opgetuigd of delen foto’s hoe de eettafel gezellig is ingericht als leslokaal-en-kantoor-ineen. Maar lang niet ieder gezin heeft daar de ruimte, regelmaat of rust voor. Of een internetverbinding en de benodigde apparaten om al het lesmateriaal binnen te halen.

Zo zijn er in de VS weliswaar tablets uitgedeeld aan leerlingen uit armere gezinnen, maar die bieden niet altijd soelaas. Het stadskatern van The New York Times berichtte donderdag over de 10-jarige Allia Phillips, een razendslim meisje uit het stadsdeel Harlem, dat met haar moeder en oma in een daklozenopvang woont. Allia zat maandag helemaal klaar voor haar eerste les op afstand, maar de iPad bleef op zwart: het bleek dat haar opvang geen internetaansluiting heeft. Alleen in New York al zijn er 114.000 kinderen in dit soort kwetsbare thuissituaties.

Aan de andere kant van de wereld is dit niet anders. Zo tekende The Economist het relaas op van het 15-jarige Chinese meisje Tang Sisi dat studeert voor het zhongkao, een cruciaal examen dat zal bepalen of ze in aanmerking komt voor voorbereidend universitair onderwijs. Om de thuislessen te kunnen volgen moet Sisi haar tafeltje op de patio neerzetten, alleen daar kan ze het wifi-signaal van de buren opvangen – als een sneeuwstorm haar tenminste niet naar binnen jaagt. „Het is een pijnlijk contrast met rijke tieners met goede computers, snel internet en privéleraren, die beter zullen presteren”, schrijft het Britse weekblad.

Ook Nederlandse middelbare scholieren zagen hun toekomstperspectieven doorkruist worden door corona. Zij kregen vorige week te horen dat ze geen centraal schriftelijk examen hoeven af te leggen maar een (of geen) diploma krijgen op basis van hun schoolonderzoeken. Eerder was besloten dat groep-8-leerlingen geen eindtoets afleggen. Dit raakt vooral armere of allochtone kinderen, omdat zij door leerkrachten – wier schooladvies nu allesbepalend zal zijn – vaker te laag worden ingeschaald.


Huiswerk maakt ongelijk

Als de scholen er wel open zijn, zie je in Spanje heel jonge kinderen met rolkoffertjes vol huiswerk en schoolboeken zeulen. Ze krijgen deze vanaf het eerste jaar van de basisschool, als ze rond de zes zijn. En zelfs dat vinden sommige ouders al te laat, bleek enkele jaren geleden tijdens een ouderavond op een openbare basisschool in Madrid. Waarom, vroeg één van de yuppie-ouders verontwaardigd, krijgen onze kinderen „nog steeds” geen huiswerk?

De meeste kinderen in deze kleuterklas waren net zindelijk, sommigen deden nog een middagdutje tijdens de siësta. De juf legde uit dat kinderen op deze leeftijd „leren door te spelen”. Een hoogst on-Spaans antwoord. De cultuur van deberes (huiswerk) is diepgeworteld in het land, terwijl onderzoek al jaren uitwijst dat die grote keerzijden kent. Huiswerk is in de praktijk het uitbesteden van onderwijs aan ouders. Dat is gunstig voor leerlingen die goed zelfstandig kunnen leren of met ouders die hen kunnen begeleiden. Wie dat niet heeft, raakt steeds verder achterop bij de voorhoede.

In normale tijden leert deze laatste groep in ieder geval op school nog iets. Door corona echter zal het onderwijs voor 7 miljoen Spaanse kinderen wekenlang puur en alleen bestaan uit huiswerk. Dit is een stille ramp, stelde de Madrileense filosoof, essayist en hoogleraar sociologie César Rendueles vorige week tegen webkrant El Confidencial. „Er zullen kinderen zijn die nu harder vooruitgaan dan wanneer ze naar les waren gegaan. En er zullen kinderen veel verder achterop raken dan ze al waren.”

Rendueles klaagt over een „adulto-centrische aanpak” van dit virus. Zo noemde premier Pedro Sánchez in een toespraak tot het Spaanse volk wel het lot van huisdieren, maar niet dat van in huis opgesloten kinderen. Dat honden en hun baasjes zich nog wel op straat mogen begeven, maar ouders hun jonge kinderen niet mogen uitlaten, is volgens Rendueles exemplarisch.

Lees ook deze interviewtjes met leerlingen in Italië: Je moet nu leraar van jezelf zijn, zegt de Italiaanse Carmen (19)

Pizza’s van de overheid

Tegelijkertijd wordt deze gezondheidscrisis anders aangepakt dan de economische van vorig decennium. Te midden van torenhoge werkloosheid en oplopende armoede hielden sommige regio’s hun schoolkantines toen ook tijdens de drie maanden lange Spaanse zomervakantie open. Kinderen konden er blijven lunchen: voor velen de enige warme maaltijd van de dag. Maar vooral bestuurders van de rechtse Volkspartij (PP) weigerden hier destijds geld voor vrij te maken. Nu laat het PP-bestuur van Madrid twee restaurantketens pizza’s en sandwiches bezorgen bij gezinnen die dat nodig hebben.

Het toont hoe het coronavirus gezien wordt als een soort natuurramp die iedereen raakt. Terwijl de kredietcrisis met veel schulddenken omgeven was, bieden overheden nu wereldwijd financiële hulp aan burgers.

Tegelijkertijd moeten miljarden van hen verplicht binnen blijven uit solidariteit met oudere of zieke landgenoten. En terwijl de epidemiologie nog onderzoekt welke rol schoolkinderen spelen in de verspreiding van Covid-19, betalen zij nu al wel een hoge prijs – die nog lang kan doorwerken nadat het virus is uitgedoofd. Hun ouders die worstelen met het combineren van lesgeven en thuiswerken, kunnen zich zolang vastklampen aan de wijze les van de Madrileense kleuterjuf: „Ze leren ook door te spelen.”