Hoe maak je een groot, geopolitiek vraagstuk concreet en behapbaar genoeg om mensen in beweging te krijgen? Over die vraag bogen medewerkers van drie Nederlandse ngo’s zich, na het uitbreken van de crisis aan de Grieks-Turkse grens. Ze wilden iets doen aan de mensonterende omstandigheden waarin migranten leven op de Griekse eilanden en samen bedachten ze een plan.
De burgemeester van Berlijn, zagen ze, had al in december gezegd minderjarige vluchtelingen uit Griekenland te willen opnemen – tegen de wens van de Duitse regering in. Nadat de Turkse president Erdogan zei de grenzen naar Griekenland voor vluchtelingen niet langer meer te bewaken, sloten andere Duitse burgemeesters zich daarbij aan. Zoiets, besloten Stichting Vluchteling, Vluchtelingenwerk en Defence for Children, konden zij ook in Nederland opzetten.
#500 kinderen
Na een paar uur was er een persbericht en de hashtag #500kinderen. Ze verstuurden mails naar zoveel mogelijk Nederlandse gemeenten, met de vraag of zij gezamenlijk 500 vluchtelingenkinderen uit Griekenland kunnen opvangen. Binnen 24 uur schaarde de eerste gemeente (Leiden) zich achter het idee en inmiddels staat de teller op zeventien. Zij verklaarden zich, per meerderheid van de gemeenteraad, bereid om mee te doen. In zo’n twintig andere gemeenten bereiden raadsfracties moties voor, over de vraag of zij zich willen aansluiten bij deze Nederlandse coalition of the willing.
Nu er dagelijks weer honderden mensen aankomen in Griekenland op de al overbelaste eilanden, worstelt de Europese Unie met de vraag hoe de verantwoordelijkheid voor de gezamenlijke buitengrenzen kan worden gedragen. De Europese Commissie riep de 27 lidstaten vorige week op gezamenlijk duizend tot vijftienhonderd kinderen van de eilanden op te nemen. Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Portugal, Finland en Kroatië zegden toe.
Spullen en expertise
Nederland doet niet mee, zei premier Rutte vorige week. Woensdagmiddag herhaalde staatssecretaris Ankie Broekers-Knol (Migratie, VVD) dat het opnemen van vluchtelingenkinderen volgens de Nederlandse regering niet bijdraagt aan „een structurele oplossing” en dat Nederland daarom geen gehoor geeft aan die oproep. Dat wil Nederland pas als álle Europese lidstaten het ook doen. Wel zegde Broekers-Knol extra steun toe aan Griekenland in de vorm van spullen en expertise.
/s3/static.nrc.nl/bvhw/files/2020/03/web-1203lesbosnieuw.jpg)
Maar die starre houding leidt tot toenemend ongemak. „Dit kunnen we ons als mensheid toch niet veroorloven, om dit te laten gebeuren?” zei burgemeester van Leiden Henri Lenferink vorige week in Nieuwsuur, waar hij uitlegde waarom zijn gemeente bereid is om 25 minderjarige vluchtelingen op te nemen uit Griekenland. „Ze leven in erbarmelijke omstandigheden. Laten we dit met elkaar oplossen. Dit is een overzichtelijk vraagstuk.”
Op de Griekse eilanden zitten nu zo’n 5.500 minderjarigen vast, merendeels jongens. Dit zijn wezen, kinderen die onderweg hun ouders zijn kwijtgeraakt of kinderen die door hun ouders vooruit zijn gestuurd – in de hoop dat zij later recht hebben op gezinshereniging in Europa. Op de vraag of het niet ongemakkelijk is om deze, veelal jongens op te vangen, die deels ook afkomstig zijn uit landen die Europa als ‘veilig’ beschouwt zoals Afghanistan en Pakistan, zei Lenferink: „Deze jongens willen we toch niet onder zulke omstandigheden alleen laten leven?”
De coalition of the willing ontstaat, deels ongecoördineerd, ook in andere Europese landen. In Oostenrijk sluiten steeds meer gemeenten zich erbij aan. In Duitsland ging eerder onder druk van lokaal verzet deze week de Bundestag overstag, waar Merkel beloofde alleenstaande en zieke kinderen tot veertien jaar op te nemen uit Griekse opvangkampen. Daar had de Berlijnse burgemeester steun gevonden bij een nog groter netwerk van zo’n 140 gemeentes die zich ‘veilige havens’ noemen: steden die zich al langer tegen landelijk beleid keren, vooral als het gaat om de opvang van vluchtelingen.
Fearless cities
In de Verenigde Staten bestaan al langer sanctuary cities, een soort vluchtplaatsen voor vluchtelingen en illegalen. Die beweging begon in de jaren tachtig bij religieuze gemeenschappen die zich vanuit barmhartigheid keerden tegen de plannen van de overheid om vluchtelingen uit Midden-Amerikaanse landen te weren in de VS. In Europa verenigden zich eerder al progressieve steden onder de noemer fearless cities, om ‘mensenrechten, democratie en de publieke zaak te verdedigen’. Ook Amsterdam, dat nu ook kinderen wil opnemen, sloot zich daarbij aan.
Of Den Haag zich nu door lokaal verzet laat overtuigen, lijkt op dit moment onwaarschijnlijk. Binnen de coalitie bestaat weliswaar onenigheid met D66 en de ChristenUnie die zich liever barmhartiger opstellen, maar met een rechtse meerderheid in de Tweede Kamer zien zij vooralsnog geen mogelijkheid het Nederlandse standpunt te veranderen. Wel vonden de twee regeringspartijen donderdag, samen met het CDA, steun voor een motie die Nederland oproept tot „een constructieve houding” in de crisis voor „een structurele oplossing”.
Oproep Europese Commissie
De druk wordt ook door anderen opgevoerd: de Duitse staatsminister van Europese Zaken Michael Roth zei donderdag tijdens een bezoek aan de Tweede Kamer dat hij een „gebaar van humaniteit” verwacht van de Nederlandse regering en dat het „niet realistisch” is te wachten met het opnemen van vluchtelingen uit Griekenland tot onwillige Oost-Europese landen dat gaan doen.
Intussen is er wel beweging in Europa. Na de oproep van de Europese Commissie aan lidstaten om kinderen op te nemen, schaarde ook het Europese parlement zich donderdag achter een initiatief van europarlementariër Tineke Strik (GroenLinks). Zij onderhandelde over een brief die oproept om alle kwetsbare asielzoekers in Griekenland eerlijk te verdelen onder de Europese lidstaten. Hoewel deze brief niet kan afdwingen dat lidstaten daar ook naar zullen handelen, is de symbolische waarde groot: de oproep wordt gesteund door de Europese fracties van CDA, D66 én de VVD.