Als het aan de Europese Commissie ligt, is er geen ontsnappen meer aan. De EU móét in 2050 klimaatneutraal zijn. Dat was al het plan, maar woensdag kwam de Commissie met het voorstel om dit ook wettelijk te verankeren. Wat de komende jaren ook gebeurt, wat voor ‘andere prioriteiten’ zich ook aandienen, niemand die dan nog kan proberen de koers te ‘verleggen’.
Dat doel vraagt veel van iedereen – niet in de laatste plaats van Europese bedrijven. Strenge regels kunnen bedrijven immers op (hoge) kosten jagen. Kosten die bedrijven aan de consument kunnen gaan doorberekenen. Wordt zo de concurrentiekracht van Europese bedrijven niet ondermijnd? Bedrijven uit andere landen, de Verenigde Staten en China bijvoorbeeld, waar de regels minder streng zijn, kunnen hun producten goedkoper aanbieden. En zullen Europese bedrijven zélf niet de wijk nemen naar andere regio’s?
/s3/static.nrc.nl/images/gn4/stripped/data56058636-f4461c.jpg)
Om dit soort averechtse effecten tegen te gaan, broedt de Commissie ook op een andere klimaatmaatregel: het invoeren van een ‘Carbon Border Tax’, een heffing op de invoer van producten van buiten de EU om de uitstoot van CO2 die bij de productie ervan vrijkwam te ‘beprijzen’. Commissievoorzitter Ursula von der Leyen noemde zo’n heffing eerder een ‘cruciaal instrument’ om ervoor te zorgen dat „Europese bedrijven mondiaal op een gelijk speelveld kunnen blijven opereren”. „We zullen onze Europese industrie beschermen”, benadrukte Europees Commissaris Frans Timmermans woensdag.
Sterker: volgens sommigen in Brussel hangt het succes van de Green Deal zelfs af van de invoering van de CO2-taks.
Het idee van zo’n heffing is niet nieuw en wordt door economen al veel langer bepleit. Het is ook aantrekkelijk: het lijkt het effectiefste en concreetste antwoord op kritiek dat strenger klimaatbeleid alleen maar leidt tot een verplaatsing van vervuilende industrie. ‘Koolstoflekkage’, wordt dat ook wel genoemd.
Oneerlijke concurrentie
Nu die druk in Europa gaat toenemen – bijvoorbeeld door een stijgende CO2-prijs, of strengere uitstootnormen – is de vrees dat bedrijven wegtrekken, of in elk geval te maken krijgen met oneerlijke concurrentie. Tot nu toe deelde de EU aan de industrie gratis emissierechten uit om dat te voorkomen, maar de ambitieuzere doelen zetten die steeds meer onder druk. Het nachtmerriescenario is dat Europa haar eigen ‘schone’ bedrijven de nek omdraait terwijl de mondiale broeikasuitstoot gelijk blijft, of zelfs stijgt. Een heffing aan de grens zou dat kunnen voorkomen. Voorstanders van de taks zien het zo: de EU legt zichzelf met haar klimaatplannen aan de ketting. Om te voorkomen dat ze niet voorbij wordt gerend door de rest van de wereld, moet ze die een boei omleggen.
Maar hoe de EU de CO2-prijs precies wil gaan doorberekenen, is nog onduidelijk. En wat de gevolgen van een grensheffing kunnen zijn, leidt in Brussel nu al, nog vóór er een voorstel ligt, tot discussie en nervositeit. Zo’n heffing druist immers recht in tegen de vrije internationale handel waarvan de EU zichzelf graag als verdediger ziet. Juist in tijden van geopolitieke spanningen en een sluimerende handelsoorlog kan het een extra escalatie zijn. Het is de reden dat de Europese Commissie voortdurend onderstreept te werken aan een heffing waar de Wereldhandelsorganisatie (WTO) mee kan instemmen. En nog liever met andere landen tot een akkoord komt over een gezamenlijke belasting op CO2-uitstoot.
„Ik zie dit plan om de vijf jaar opduiken” zegt Joost Pauwelyn, hoogleraar Internationaal Recht in Genève. „En dan wordt het altijd weer in de koelcel gestopt.” Eerder onderzocht Pauwelyn de mogelijkheid een ‘belasting’ binnen de WTO-richtlijnen te passen. Zijn conclusie: dat kan. „Juridisch hoeft er geen probleem te zijn. Maar politiek gezien is het blijkbaar heel moeilijk.”
Iedereen die denkt dat dit er snel door komt, gelooft in sprookjes
Poolse topdiplomaat
Niet in de laatste plaats is dat omdat goedkeuring van de WTO allerminst garandeert dat landen geen vergeldingsmaatregelen zullen nemen – zeker niet in de huidige tijden. De eerste reacties kwamen de afgelopen maanden al. Op het World Economic Forum in Davos dreigde de Amerikaanse minister van Economische Zaken Wilbur Ross al met tegenacties te komen als de EU Amerikaanse bedrijven extra zou gaan belasten. China liet eerder weten dat een heffing „de gezamenlijke strijd tegen klimaatverandering hindert”.
Met name Duitsland trapt om die reden op de rem, vrezend voor haar auto-industrie die in de huidige handelsoorlog toch al onder vuur is komen te liggen. Maar ook Polen ligt dwars. „Iedereen die denkt dat dit er snel door komt, gelooft in sprookjes”, aldus een topdiplomaat.
Daarmee zou de heffing een test kunnen worden voor de ‘geopolitieke’ ambities die Brussel heeft. Niet iedereen heeft er vertrouwen in dat ze daarvoor slaagt. Een adviseur van de Europese Commissie stapte onlangs op omdat hij de „externe dimensie” van de klimaatpolitiek nu al ziet stranden. „Idealisme is mooi”, zegt hij. „Maar je hebt ook realpolitik nodig en het is heel gevaarlijk dit te doen zonder een flankerend handelsbeleid. En dat zie ik de komende tijd totaal niet gebeuren.”
Koolstoflekkage
„Je kunt hier veel politieke energie in steken en een ingewikkeld systeem opzetten”, zegt Georg Zachmann, onderzoeker bij de Brusselse denktank Bruegel. „Maar dat wordt een zware strijd, en ik denk niet dat je die gaat winnen.” In een rapport zetten hij en collega’s deze week uiteen waarom een CO2-taks géén goed idee is. Bovenal omdat het risico van ‘koolstoflekkage’ volgens hem helemaal niet zo duidelijk is. „Het eerlijke antwoord is: we weten het niet, maar het is allesbehalve zeker. We hebben in Europa een prijs op CO2 én de energieprijzen liggen fors hoger dan in de VS, maar een uittocht hebben we nooit gezien. Het is ook helemaal niet zo makkelijk je waardeketen zomaar om te leggen.”
Verstandiger dan een heffing, denkt Zachmann, is met de opbrengsten van de emissiehandel fors te investeren in eigen, schonere industrie. „Het grote succes van de afgelopen jaren zijn de snel dalende kosten van hernieuwbare energie. Je kunt als Europa mondiale impact hebben door te investeren in minder vervuilend cement en staal. Dat maakt ons ook competitiever, en daarmee een wereldleider.”
De Europese Commissie zegt volgend jaar hoe dan ook met een voorstel te komen. Hoewel Pauwelyn eerdere plannen zag stranden, denkt hij dat de tijdgeest een grensheffing een extra zetje kan geven. „Voor Von der Leyen is het klimaatplan heel belangrijk. En juist vanwege de handelscrisis kun je ook denken: we doen het gewoon. De Trump-optie, waarmee je andere landen onder druk zet.”